Werkwoordspelling les 1: waarom werkwoordspelling?

WERKWOORDSPELLING
LES 1: Waarom werkwoordspelling?
Nederlands- 1V 1G
 
 
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

WERKWOORDSPELLING
LES 1: Waarom werkwoordspelling?
Nederlands- 1V 1G
 
 

Slide 1 - Tekstslide

periode 2
Toets 3: Werkwoordspelling enkelvoudige zinnen            Telt 3x mee
Wanneer?  3 februari
Wat: PV (TT en VT), VDW, INF en VDW als BN


Toets 4: Fictie (jouw eigen boek)+ spreekvaardigheid     Telt 2x mee
Wanneer? Half maart
Wat: Pitch (spreken voor de klas) met jouw mening + argumenten


Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

1. Pak je laptop
2. Ga naar Finder > en open je map Nederlands. 
3. Maak daarin een nieuw mapje en noem dit werkwoordspelling

4. Als je daarmee klaar bent ga je naar SOM> jaarbijlage >Nederlands
5. Ga naar 'werkwoordspelling'
6. Download de 3 bestanden die daar staan
7. Zet de 3 bestanden in je nieuw gemaakte map werkwoordspelling

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

timer
5:00
Open het bestand 'ode aan de spellingscontrole'
Sla het bestand op in je map werkwoordspelling

Slide 12 - Tekstslide

Als je al klaar bent
  • Open het boekje 'Klas 1 Hulpboek spelling theorie en oefeningen' 
  • Lees eerst goed de theorie door over tegenwoordige tijd en verleden tijd
  • Begin alvast met opdracht 1, 2, 3 (tegenwoordige tijd, verleden tijd)

Slide 13 - Tekstslide

Ik heb een spelling 's jekker
In die p c fan mei
Die vraag ik steeds te kei ken
Offer ook vouw ten sein
Ik tip een toets en mak een wort
En wacht op wad ie zeg
Of ik nauw goed zit offer keert
Hei ken in taal sein weg
Zo gouw er een ver gissing is
Zeg hei dat dus die rekt
Dan maak ik al men fouten gut
Soda tut beter bekt
Ik dit stuk ook door 'm heen
Ben blei dat hei toen zij
Dat ie geen vouwtje fin den kon
In 't Neder lans fan mei




  • Ik heb een spellingschecker
  • In die pc van mij
  • Die vraag ik steeds te kijken
  • Of er ook fouten zijn
  • Ik typ een toets en maak een woord
  • En wacht op wat ie zegt
  • Of ik nou goed zit of verkeerd
  • Hij kent in taal zijn weg
  • Zo gauw er een vergissing is
  • Zegt hij dat dus direct
  • Dan maak ik al mijn fouten goed
  • Zodat het beter bekt
  • Ik deed dit stuk ook door 'm heen
  • Ben blij dat hij toen zei
  • Dat ie geen foutje vinden kon
  • In 't Nederlands van mij




Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Terug naar de leerdoelen

Slide 16 - Tekstslide

Terug naar de leerdoelen

Slide 17 - Tekstslide

Wat weet je nog over werkwoordspelling op de basisschool?

Slide 18 - Woordweb

Hoe goed vind je jezelf in werkwoordspelling?
0100

Slide 19 - Poll

Leg je antwoord op de vraag hiervoor uit. Denk voor je antwoord bijvoorbeeld aan de volgende vragen:

Hoe goed ken je de regels?
Hoe goed pas je de regels tijdens schrijfopdrachten toe?
Hoe belangrijk vind jij het om goed te spellen?
Waarom vind jij het belangrijk (of niet) om goed te spellen?

Slide 20 - Open vraag