les 1 kennismaking

les 1 kennismaking
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

les 1 kennismaking

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Hoe voel je je vandaag?
A
B
C
D

Slide 3 - Quizvraag

Programma voor vandaag
  • Gedicht
  • Wie ben ik ?
  • Wie zijn jullie ?
  • Taalquiz




Slide 4 - Tekstslide

Gedicht
Ik heb een spelling ’s jekker
In die p c fan mei
Die vraag ik steeds te kei ken
Offer ook vouw ten sein
Ik tip een toets en mak een wort
En wacht op wad ie zeg
Of ik nauw goed zit offer keert
Hei ken in taal sein weg
Zo gouw er een ver gissing is
Zeg hei dat dus die rekt
Dan maak ik al men fouten gut
Soda tut beter bekt
Ik dé dit stuk ook door ‘m heen
Ben blei dat hei toen zij
Dat ie geen vouwtje fin den kon
In ’t neder lans fan mei



De spelling's jekker

Ik heb een spelling ’s jekker in die p c fan mei
Die vraag ik steeds te kei ken, offer ook vouw ten sein
Ik tip een toets en mak een wort en wacht op wad ie zeg
Of ik nauw goed zit offer keert, hei ken in taal sein weg
Zo gouw er een ver gissing is, zeg hei dat dus die rekt
Dan maak ik al men fouten gut, soda tut beter bekt
Ik dé dit stuk ook door ‘m heen, ben blei dat hei toen zij
Dat ie geen vouwtje fin den kon, in ’t neder lans fan mei



Slide 5 - Tekstslide

Wie ben ik ?
  • Jos Campfens, 57 jaar
  • getrouwd, vrouw werkt bij Koninklijke Marechaussee
  • 2 kinderen, tweeling, jongen & meisje 20 jaar
  • 25 jaar makelaar geweest in Den Haag
  • woon in Den Haag/Kijkduin
  • docent Nederlands op een mbo opleiding 
  • docent Nederlands jaar 3 en 4

Slide 6 - Tekstslide

wat willen jullie nog
meer van mij weten?

Slide 7 - Woordweb

Wat verwachten
jullie van mij?

Slide 8 - Woordweb

Slide 9 - Tekstslide

Deenigeechteniettevermijdengroteaanhetbeginvanhetschooljaarnederlandsetaalquizvanhetjaar2023
  • 15 meerkeuze vragen 
  • 1 bonusvraag
  • eeuwige roem!

Zitten jullie er klaar voor ?

Slide 10 - Tekstslide

Onderdeel 1
  • Uitdrukkingen en gezegdes
  • 5 vragen

Slide 11 - Tekstslide

Iemand iets op de ……………… spelden.


Vul de uitdrukking aan met het juiste woord.
A
Jas
B
Broekspijp
C
Mouw
D
Borst

Slide 12 - Quizvraag

Dat is lood om oud ijzer.

Wat is de betekenis?
A
Dat maakt niets uit
B
Dat is niets meer waard
C
Dat is onzin
D
Dat is heel duur

Slide 13 - Quizvraag

Achter het net ……………….

Vul de uitdrukking aan met het juiste woord.
A
Vangen
B
Vissen
C
Kijken
D
Fietsen

Slide 14 - Quizvraag

Het naadje van de kous willen ……………….

Vul de uitdrukking aan met het juiste woord.
A
Eten
B
Trekken
C
Horen
D
Weten

Slide 15 - Quizvraag

"Iets hals over kop doen."

Wat is de betekenis hiervan?
A
Iets helemaal verkeerd aanpakken
B
Iets wat fout is gegaan opnieuw doen
C
Iets ineens gehaast doen
D
In 1 keer alles goed doen

Slide 16 - Quizvraag

Onderdeel 2
  • Woordbetekenis
  • 5 vragen

Slide 17 - Tekstslide

Ik heb een "PRIJSOPGAVE" per mail ontvangen

Welk woord heeft dezelfde betekenis als het woord tussen de haakjes?
A
Factuur
B
Offerte
C
Specificatie
D
Rekening

Slide 18 - Quizvraag

Parijs is een "METROPOOL"

Wat is de juiste betekenis van het woord tussen de haakjes
A
Lichtstad
B
Stad met heel veel metro's
C
Wereldstad
D
Een stad die dichtbij de Noordpool licht

Slide 19 - Quizvraag

Mijn jongste neefje is heel "TIMIDE"

Wat is de juiste betekenis van het woord tussen de haakjes?
A
Brutaal
B
Agressief
C
Angstig
D
Verlegen

Slide 20 - Quizvraag

Zij zijn "BEDUCHT VOOR "strafmaatregelen.

Wat is de juiste betekenis van het woord tussen haakjes
A
Slachtoffer van
B
Bang voor
C
Voorstander van
D
Verstopt voor

Slide 21 - Quizvraag

Dat bedrijf heeft veel "POTENTIE"

Wat is de juiste betekenis van het woord tussen de haakjes?
A
Uitstraling
B
Personeel
C
Mogelijkheden
D
Gevaarlijk werk

Slide 22 - Quizvraag

Onderdeel 3
  • Grammatica
  • 4 vragen

Slide 23 - Tekstslide

Ik loop samen met Jesse naar school

wat is het GEZEGDE in deze zin
A
loop
B
samen met Jesse
C
Ik
D
naar school

Slide 24 - Quizvraag

Jan geeft het nieuwe schoolboek aan Kees.

Wat is het ONDERWERP in deze zin
A
Kees
B
Jan
C
het nieuwe schoolboek
D
geeft

Slide 25 - Quizvraag

Jan geeft het nieuwe schoolboek aan Kees.

Wat is het LIJDEND VOORWERP in deze zin
A
Jan
B
Kees
C
het nieuwe schoolboek
D
Geeft

Slide 26 - Quizvraag

Jan geeft het nieuwe schoolboek aan Kees.


Wat is het MEEWERKEND VOORWERP in deze zin
A
Jan
B
Het nieuwe schoolboek
C
geeft
D
aan kees

Slide 27 - Quizvraag

Onderdeel 4
  • Spelling
  • 2 vragen

Slide 28 - Tekstslide

Wat is de juiste spelling van het woord?
A
pannekoekenpan
B
pannenkoekenpan
C
pannekoekepan
D
pannenkoekepan

Slide 29 - Quizvraag

Wat is de juiste spelling van het woord
A
Koffiezetapparaat
B
Kofiezetapparaat
C
Koffiezetaparaat
D
Koffiezetappart

Slide 30 - Quizvraag

Laatse vraag/ BONUSVRAAG 
  • Spelling
  • 1 vraag

Slide 31 - Tekstslide

Wat is de juiste spelling van mijn achternaam?
A
Campfers
B
Camphens
C
Campfens
D
Campfuis

Slide 32 - Quizvraag

Hoe voel je je na deze les
A
B
C
D

Slide 33 - Quizvraag