Zelfstandig herhalen 5.2

Zelfstandig herhalen H5.2 
  • Lees de slides goed door 
  • Beantwoord de vragen
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Zelfstandig herhalen H5.2 
  • Lees de slides goed door 
  • Beantwoord de vragen

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen 5.2
5.2.1 Je kunt de systematische naamgeving gebruiken om een naam of molecuulformule van een stof te noteren.
5.2.2 Je kunt de reactievergelijking van een verbrandingsreactie opstellen.
5.2.3 Je kunt een reactievergelijking opstellen op basis van een omschrijving.

Slide 2 - Tekstslide

Telwoorden
rij mono
dilemma
triathlon
tetris
pentagram
1 = mono
2 = di
3 = tri
4 = tetra
5 = penta

Slide 3 - Tekstslide

Uitgang van de stofnaam
laatste element
uitgang
O
oxide
Cl
chloride
S
sulfide
F
fluoride
I
jodide
P
fosfide
In tandpasta zit fluoride

Slide 4 - Tekstslide

Stappenplan: van molecuulformule naar systematische naam
1.) Noteer de cijfers uit de formule en geef het bijbehorende telwoord.

2.) Noteer de symbolen uit de formule en geef de bijbehorende stofnaam.

3.) Zet de telwoorden en namen in de juiste volgorde achter elkaar.

Slide 5 - Tekstslide

Voorbeeld:
1.) Noteer de cijfers uit de formule en geef het bijbehorende telwoord. 
 1 = mono -> hoort bij het eerste element, dus die kan je weglaten
 3 = trio
2.) Noteer de symbolen uit de formule en geef de bijbehorende stofnaam. 
 S = zwavel
 O = zuurstof -> dit staat aan het eind dus het wordt: oxide
3.) Zet de telwoorden en namen in de juiste volgorde achter elkaar.
 Zwaveltrioxide

SO3

Slide 6 - Tekstslide

Wat is de molecuulformule van koolstofdisulfide?

Slide 7 - Open vraag

Stappenplan: van systematische naam naar molecuulformule
a.) Noteer de naam van de elementen met het symbool erachter.

b. Zet het bijbehorende cijfer achter het telwoord.

c. Zet de symbolen met hun index op de juiste volgorde bij elkaar.

Slide 8 - Tekstslide

Voorbeeld koolstofdioxide
a.) Noteer de naam van de elementen met het symbool erachter.
 koolstof = C
 oxide = zuurstof = O
b. Zet het bijbehorende cijfer achter het telwoord.
 di = 2
c. Zet de symbolen met hun index op de juiste volgorde bij elkaar.
 

CO2

Slide 9 - Tekstslide

Wat is de systematische naam van
P2O5

Slide 10 - Open vraag

Het opstellen van een reactievergelijking
Drie soorten reacties:
  1. Verbrandingsreactie: brandstof + zuurstof -> één of meer oxide
  2. Ontledingsreactie: één beginstof -> meerdere reactieproducten
  3. Vormingsreactie: twee beginstoffen -> één of meer reactieproducten 

Slide 11 - Tekstslide

Het opstellen van een reactievergelijking
Stappenplan:
1. Bekijk wat voor soort reactie het is
2. Onderstreep stofnamen en molecuulformules
3. Noteer beginstoffen en reactieproducten
4. Zet de beginstoffen en reactieproducten in een reactieschema
5. Vervang stofnamen door molecuulformules
6. Maak de reactievergelijking kloppend

Slide 12 - Tekstslide

Voorbeeld
De verbranding van methaan  (               )
CH4

Slide 13 - Tekstslide

Voorbeeld: verbranding methaan
1. wat voor soort reactie? verbranding
2. onderstreep stofnamen en molecuulformules
3. beginstoffen: methaan en zuurstof
     eindstoffen: koolstofdioxide en water
4. reactieschema: methaan + zuurstof --> koolstofdioxide + water
5. reactievergelijking: 
6. kloppende reactievergelijking
CH4
CH4+O2CO2+H2O
CH4+2O2CO2+2H2O

Slide 14 - Tekstslide