H3.2

Telefoon?
Voor aanvang van de les in de kluis of op eigen risico in de bak. 

Zorg dat je op tafel hebt liggen: 
- Pen;
-Rekenmachine; 
- Schrift; 
- Boek
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 3

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Telefoon?
Voor aanvang van de les in de kluis of op eigen risico in de bak. 

Zorg dat je op tafel hebt liggen: 
- Pen;
-Rekenmachine; 
- Schrift; 
- Boek

Slide 1 - Tekstslide

Programma 
  • Terugblik vorige les 
  • Doelen van deze les 
  • Uitleg paragraaf 3.2
  • 10 minuten in stilte aan het werk
  • Bespreken vraag van de week
  • Aan het werk (keuze) 
  • Afronding van deze les 

Slide 2 - Tekstslide

De saldo van de bankrekening Katinka is -€10. Welk woord hoort er achter haar saldo?
A
Debet
B
Credit

Slide 3 - Quizvraag

Er zijn drie functies van geld.
Welke ken je nog?

Slide 4 - Open vraag

Het geld wat je contant in je portemonnee hebt zitten noemen we:
A
Chartaal
B
Gartaal
C
Chiraal
D
Giraal

Slide 5 - Quizvraag

Doelen van deze les 
  • Je kent de drie spaarmotieven. De drie redenen waarom mensen sparen. 
  • Je weet waarom het voor de bank belangrijk is dat je geld spaart en welke spaarrekeningen er zoal zijn. 
  • Je weet hoe je de enkelvoudige rente op een spaarrekening kunt berekenen.

Slide 6 - Tekstslide

Waarom sparen mensen?

Slide 7 - Tekstslide

Reden 1: Het levert rente op.

Slide 8 - Tekstslide

Reden 2: Je hebt een spaardoel

Slide 9 - Tekstslide

Reden 3: je spaart uit voorzorg

Slide 10 - Tekstslide

Rol van banken

Slide 11 - Tekstslide



Tegenovergestelde van een spaardeposito:
  • Variabele rente
  • Vrij opneembaar
  • Opnemen en storten is altijd mogelijk  


Tegenovergestelde van een spaarrekening:
  • Vaste rente
  • Niet vrij opneembaar 
  • Opnemen en storten tijdens de looptijd niet mogelijk               
Spaarrekening
Spaardeposito

Slide 12 - Tekstslide

Rekenen met 
enkelvoudige rente 
Enkelvoudige rente (dit geldt ook bij een deposito)
stap 1: reken 1% uit (delen door 100) 
stap 2: bedrag 1% x rentepercentage = rentebedrag. 

Thijs spaart 5.000 euro op een spaarrekening 
met een rente van 2% (per jaar). 
1. Hoeveel (enkelvoudige) rente ontvangt Thijs na één jaar? 
timer
1:00
mag ook
met een
verhoudingstabel

Slide 13 - Tekstslide

Rekenen met 
samengestelde rente 
Samengestelde rente (over meerdere jaren)
stap 1: bepaal de groeifactor (percentage : 100 + 1,0). 
stap 2: spaarsaldo x groeifactor ^ aantal jaren 

Thijs spaart 5.000 euro op een spaarrekening 
met een rente van 5% (per jaar). 
1. Wat is het nieuwe saldo op de spaarrekening van Thijs na vijf jaar? 
2.  Hoeveel (samengestelde) rente ontvangt Thijs na vijf jaar?
VERVALT! DOEN WE IN MAVO 4 

Slide 14 - Tekstslide

Aan het werk 


De komende 10 minuten gaat iedereen aan het werk met deze opdrachten. Je kunt nu geen vragen stellen of overleggen. 

Begin met het maken van vraag 7, deze gaan we zo bespreken.
Daarna maken, par 3.2: 3 t/m 7, 12 en 13.
timer
10:00

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

par 3.1

Slide 17 - Tekstslide

Keuzewerk


Je kunt aan de slag met de volgende keuzes: 

  • Huiswerk maken, par. 3.2: 3 t/m 7, 12 en 13
  • Oefenen Quizlet
  • Maken eigen samenvatting 
  • Eigen keuze: in overleg met Tobias 
timer
10:00
H1 en H2 af? 
Kom aftekenen. 

Slide 18 - Tekstslide

Afronding van deze les 
  • Je kent de drie spaarmotieven. De drie redenen waarom mensen sparen. 
  • Je weet waarom het voor de bank belangrijk is dat je geld spaart en welke spaarrekeningen er zoal zijn. 
  • Je weet hoe je de enkelvoudige rente op een spaarrekening kunt berekenen.

Slide 19 - Tekstslide

Tot volgende week!

Slide 20 - Tekstslide