In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
In deze les
Debatteren, hoe gaat dat?
Hoe houd je een goed debat?
Wat zijn goede argumenten?
Tips en trucs
Oefening
Debatteren
Slide 1 - Tekstslide
Debatteren, hoe gaat dat?
Een debat is een gesprek over een
onderwerp waarover de deelnemers
het oneens zijn.
Tijdens een debat wordt het eigen
standpunt verdedigd met als doel
een derde partij te overtuigen.
Slide 2 - Tekstslide
Debatteren, hoe gaat dat?
Debatteren gebeurt ook veel in de Tweede Kamer . Hier wordt vooral gedebatteerd over beleidskwesties.
Slide 3 - Tekstslide
Wat is het doel van een debat?
A
mensen overtuigen
B
plezier hebben
C
winnen
D
mensen informeren
Slide 4 - Quizvraag
AUB - methode
Stelling: Mensen moeten minder papier gebruiken.
Argument
Uitleg
Bijvoorbeeld
Slide 5 - Tekstslide
Argument
Uitleg
Bijvoorbeeld
Als we minder papier gebruiken, worden er minder bomen gekapt. Bossen zijn enorm belangrijk, niet alleen voor het zuurstof- gehalte, maar ook voor 80% van alle dieren op aarde.
Zo leven er door de ontbossing in Indonesië bijna geen tijgers meer: er zijn er op dit moment minder dan 400. Dat blijkt uit een rapport dat Greenpeace onlangs heeft gepubliceerd.
Dat is beter voor het milieu.
Slide 6 - Sleepvraag
Rollen bij een debat
- De Voorzitter
- De Debaters
- De Jury
- Het Publiek
Slide 7 - Tekstslide
De voorzitter
hij geeft de debaters steeds het woord;
hij bewaakt dat de debaters evenveel beurten en kansen krijgen;
hij houdt de spreektijden in de gaten;
hij ziet er op toe dat de debaters zich aan de stelling houden en niet teveel uitweiden;
hij ziet toe op de debatdiscipline en grijpt waar nodig in (steeds één debater aan het woord!);
hij speelt soms advocaat van de duivel en vraagt debaters om toelichting als zaken niet helder zijn;
hij stimuleert dat debaters respectvol met elkaar omgaan;
hij sluit het debat af.
Slide 8 - Tekstslide
De debaters
het luisteren naar de stelling
brainstormen over zoveel mogelijk argumenten;
het ordenen op voor- en tegenargumenten;
reacties op deze voor- en tegenargumenten bedenken;
het ordenen van de argumenten op rangorde en volgorde;
het verdelen van de argumenten over de debaters
nadenken over het gebruik van lichaamstaal
Slide 9 - Tekstslide
De jury
Luistert naar de voor- en tegenargumenten
Schrijft op welke voor- of tegenargumenten sterk waren
De jury wijst de winnaar van het debat aan
Zij is onpartijdig
Slide 10 - Tekstslide
Het publiek
Het publiek is aandachtig luisteraar. Zij kan uiting geven aan haar opvattingen door bepaalde inbreng van debaters te honoreren met applaus.