Foodmarketing oefenen lesstof

1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
MarketingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Planning - Foodmarketing - periode 3
Week 1 - 12/13 januari '22: Inleiding in foodmarketing en reclamecode
Week 2 - 19/20 januari '22: Doelgroep, positionering
Week 3 - 26/27 januari '22: Geen les ivm open dag 
Week 4 - 03/04 februari '22: Consumentengedrag, winkelformule
Week 5 - 10/11 februari '22: Voedingsclaims, herhaling lesstof
Week 6 - 17/18 februari '22: Geen les i.v.m. studiedag / Marketingplan
Week 7 - 24/25 februari '22: Voorjaarsvakantie 
Week 8 - 03/04 maart '22: Marketingplan / Herhaling lesstof
Week 9 - 10/ 11 maart '22: Toetsweek, schriftelijke/digitale eindtoets

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is GEEN voorbeeld van marketing?
A
reclame via sociale media
B
je als winkel richten op een heel kleine doelgroep
C
een beleid hebben voor de manier waarop je verkoopt
D
wel zien aan wie je wat verkoopt

Slide 3 - Quizvraag

D
A: B2B marketing is marketing gericht op bedrijven
B: B2C marketing is marketing gericht op consumenten
A
a=waar b=niet waar
B
a= niet waar b= waar
C
a en b zijn niet waar
D
a en b zijn waar

Slide 4 - Quizvraag

D
Wat is marketing?
A
Reclame maken voor het bedrijf met als doel zoveel mogelijk omzet te maken
B
Naamsbekendheid verhogen voor het bedrijf zodat de omzet stijgt
C
Onderzoek doen naar de wensen en behoeften van de klant en deze proberen te vervullen
D
Wensen en behoeften van de klant te vervullen

Slide 5 - Quizvraag

C
Stel je bent city host en je hebt te maken met hoge parkeerkosten in een stad. Waar komt deze situatie in de SWOT?
A
Sterk/Zwak
B
Kansen/Bedreigingen

Slide 6 - Quizvraag

B
Stel je runt een hotel in een binnenstad. Waar komt 'bereikbaarheid openbaar' vervoer in de SWOT?
A
Sterk/Zwak
B
Kansen/Bedreigingen

Slide 7 - Quizvraag

B
Er heerst corona over de wereld. Waar komt deze ontwikkeling in de SWOT?
A
Sterk/Zwak
B
Kansen/Bedreigingen

Slide 8 - Quizvraag

B
Stel je beschikt over een gemotiveerd team. Waar komt deze stelling in de SWOT?
A
Sterk/Zwak
B
Kansen/Bedreigingen

Slide 9 - Quizvraag

A
Om welke P van marketing gaat het? Er zijn veel concurrenten in een stadswinkelcentrum.
A
Prijs
B
Product
C
Plaats
D
Promotie

Slide 10 - Quizvraag

C
Mensen willen graag een vakantie of verblijf met een thema.
Waar komt deze ontwikkeling in de SWOT analyse?
A
Sterk/zwak
B
Kansen/bedreigingen

Slide 11 - Quizvraag

B
De SWOT-analyse is een analyse van....
A
sterktes - zwaktes kansen- bedriegingen
B
strengths-wealth opportunities-threats
C
strengths-weaknesses opportunities-treats
D
sterktes - zwaktes kansen- bedreigingen

Slide 12 - Quizvraag

D
INTERN
EXTERN
"City Sneaker" heeft een situatie analyse gedaan.  Sleep de uitkomsten naar de juiste onderdelen van de SWOT 
STRENGTH
WEAKNESS
OPPORTUNITIES
THREATS
De “ all round”  sneaker heeft recent de markt betreden   

Personeel blijft gemiddeld 6 maanden in dienst  

Er is een ervaren schoenontwerper aangetrokken 

De markt voor sneakers groeit de afgelopen jaren    

City sneaker heeft een winkelpand in de Kalverstraat in Amsterdam   

Productie van sneakers gaat gepaard met een hoog uitval percentage
Goede eigen website
City sneaker heeft geen eigen marketing afdeling  

Door stijgende importheffingen worden stoffen uit China duurder

Slide 13 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het doel van een SWOT-analyse?
A
Het is een onderdeel van je marketingmix
B
Het geeft inzicht in de markt en helpt om je strategie te bepalen
C
Het laat de kansen en bedreigingen van je onderneming zien
D
Het is een onderdeel van je marketingstrategie

Slide 14 - Quizvraag

B
Wat wordt er in een marketingplan beschreven
A
Wat je gaat verkopen, aan wie en hoe.
B
Combinatie van de zes marketinginstrumenten.
C
Hoeveel geld je nodig hebt voor je onderneming.
D
Welke functies er in je bedrijf komen.

Slide 15 - Quizvraag

A
Om welke claim gaat dit?
Het suikergehalte van het product is maximaal 0,5 gram/100 gram of 0,5 gram/100 milliliter.
A
Suikerarm
B
Suikervrij
C
Zonder toegevoegde suikers
D
Verlaagde energetische waarde

Slide 16 - Quizvraag

C
Om welke claim gaat dit?
Het vetgehalte van het product is maximaal 3 gram/100 gram of 1,5 gram/100 milliliter. Met uitzondering van halfvolle melk: 1,8 gram/100 milliliter.
A
Vetarm
B
Vetvrij
C
Verlaagde energetisch waarde
D
Lage energetische waarde

Slide 17 - Quizvraag

A
Wat is een claim?
A
Claims zijn leugens over het product, dus je zegt bijvoorbeeld dat een product gezond is, terwijl dat helemaal niet zo is.
B
Claims zijn ingrediënten die voor allergische reacties kunnen zorgen.
C
Claims zijn beweringen op etiketten en in reclame die zeggen dat een product bepaalde eigenschappen heeft.
D
Claims zijn de verplichte informatie die op een etiket moeten staan.

Slide 18 - Quizvraag

C
Welke vier P's vind je in een marketingplan?
A
Performen, Plezier, Product en Promotie
B
Plaats, Posten, Product en Promotie
C
Plaats, Prijs, Product en Promotie
D
Plezier, Prijs, Product en Promotie

Slide 19 - Quizvraag

C

In het marketingplan van een supermarkt vinden we een interne en een externe analyse. Welk antwoord zou kunnen behoren tot de resultaten van de interne analyse?
A
Groeiende koopkracht, opkomst van internetwinkelen, meer vraag naar luxeartikelen.
B
De groeiende populariteit van internetbestellen en afhalen, de relatieve vergrijzing van de bevolking
C
Wij zijn goed in het verkopen van verse groenten en fruit en we hebben een fantastisch personeelsbeleid
D
Groeiende concurrentie van andere ketens, groei van de koopkracht en het aantal inwoners

Slide 20 - Quizvraag

C
Bij welke van onderstaande voorbeelden is de marketingmix niet in balans?
A
Een hoge prijs met een exclusieve locatie
B
Een meubelwinkel die veel aan promotie doet
C
Een bouwmarkt met een ruime parkeerplaats
D
Een cadeauwinkel in een doodlopende straat

Slide 21 - Quizvraag

D
De marketingmix bestaat uit verschillende instrumenten. Omdat Cartier-horloges zeer exclusief zijn, zijn ze slechts verkrijgbaar bij enkele exclusieve juweliers. Welk marketinginstrument staat in deze beschrijving centraal?
A
Plaats
B
Prijs
C
Product
D
Promotie

Slide 22 - Quizvraag

A
De marketingmix is gericht vanuit de marketeer (het bedrijf).
Waar of niet waar?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 23 - Quizvraag

A
Leren voor de toets:
1. Wat is marketing?
2. Inhoud van marketingplan: 4P's, SWOT-analyse
3. Claims
4. Doelgroep bepalen
5. Winkelformule

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies