Workshop bipolaire stoornis, persoonlijkheidsstoornis, conversiestoornis

workshop: bipolaire stoornis, persoonlijkheidsstoornis, conversiestoornis
1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

workshop: bipolaire stoornis, persoonlijkheidsstoornis, conversiestoornis

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

cijfers uit de GHZ
In Nederland hebben ongeveer 2,2 miljoen mensen een verstandelijke beperking. Dat houdt in dat hun IQ lager is dan 85. Van deze groep heeft 30 tot 50% van de mensen psychische klachten.
Denk aan:
angst
somberheid
onrust
traumatische gebeurtenissen herbeleven
horen of zien van vreemde dingen

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Psychische problemen bij ouderen

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

leervragen
  • Leren omgaan met claimend gedrag en stemmingswisselingen 
  • Wat is kenmerkend voor deze stoornissen en welke ondersteuning hebben zij nodig?
  • Kenmerken hiervan, hoe ontstaat dit, hoe wordt dit ''vast gesteld''?

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

hoe wordt dit ''vastgesteld''?

Slide 6 - Tekstslide

Zie vragenlijst als voorbeeld 
Wat is de DSM 5?
De DSM 5 staat voor Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders. Het is het diagnostisch en statistisch handboek van psychiatrische aandoeningen. Het wordt door psychologen en psychiaters gebruikt als classificatiesysteem. Maar de DSM wordt ook gebruikt door zorgverzekeraars. Ze gebruiken dit om te bepalen of een behandeling wel of niet vergoed kan worden.
Classificatie
  • stemmingsstoornissen
  • persoonlijkheidsstoornissen
  • ontwikkelingsstoornis
  • psychotische stoornis
  • verslavingsproblematiek
  • somatisatiestoornis

Slide 7 - Tekstslide

Stemmingsstoornissen: • Volgens DSM IV: depressieve stoornissen, bipolaire stoornissen, 
ontwikkelingsstoornis; Zwakzinnigheid, ADD, ADHD, dyslexie
persoonlijkheidsstoornis
Borderline 
psychotische stoornis• Schizofrenie
 Optreden van psychoses, ernstige verstoring van contact met realiteit. 
somatisatiestoornis; Conversiestoornis 


Stemmingsstoornissen

Slide 8 - Tekstslide

Een verzamelnaam voor psychische aandoeningen waarbij de gemoedstoestand of emoties ernstig verstoord zijn of niet passen bij de situatie waarin iemand zich verkeert.
Er zijn dus 3 soorten stemmingsstoornis te onderscheiden. Depressie, Dysthyme stoornis Bipolaire stoornis

Welke stemmingsstoornissen kennen jullie al?

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

stemmingen

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Invloed op stemming
Aanleg
Grondstemming
Toekomstverwachting
lichamelijke conditie
Stemming
Recente gebeurtenis
Uur van de dag
voorgeschiedenis
Actuele omstandigheden

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Manie = je voelt je als of je de hele wereld aankunt. Bij manie ook psychotische componenten
Hypomaan = lichtere vorm van overdreven opgewektheid wat samen gaat met het hebben van veel energie (hypomanie)
Depressie = ernstig verlies van interesse in alles en iedereen om je heen

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Video

https://youtu.be/p-99L_dInZQ
Aandachtspunten bij stemmingsstoornissen
  • Risico suïcide
  • Medicatietrouw en effect
  • Therapietrouw en effect
  • Herstel contact en werk


Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oorzaken
Biologische factoren
Sociale factoren
Psychische factoren.

Slide 18 - Tekstslide

Erfelijke (genetische) factoren
Vaak speelt erfelijkheid een rol. Oftewel: je genetisch materiaal. Bekend is onder meer dat twee derde van alle mensen met manische depressiviteit een familielid heeft met een stemmingsstoornis.
Sociale factoren
Ook stressvolle omstandigheden kunnen bijdragen aan het ontstaan van een stemmingsstoornis. Denk bijvoorbeeld aan ernstige relatieproblemen, het overlijden van een dierbare of grote spanningen op het werk. Ook een ingrijpende positieve gebeurtenis kan het proces in gang zetten, zoals de geboorte van een kind gevolgd door een postpartum depressie.
Psychische factoren
Een stemmingsstoornis heeft te maken met bepaalde karaktereigenschappen en/of denkpatronen. Voorbeelden zijn perfectionisme, een laag zelfbeeld of het onvermogen om moeilijkheden zelfstandig op te lossen. Dit kan depressieve gevoelens of andere stemmingsstoornissen in de hand werken.
Erfelijke (genetische) factoren
Vaak speelt erfelijkheid een rol. Oftewel: je genetisch materiaal. Bekend is onder meer dat twee derde van alle mensen met manische depressiviteit een familielid heeft met een stemmingsstoornis.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Psychische factoren
Een stemmingsstoornis heeft te maken met bepaalde karaktereigenschappen en/of denkpatronen. Voorbeelden zijn perfectionisme, een laag zelfbeeld of het onvermogen om moeilijkheden zelfstandig op te lossen. Dit kan depressieve gevoelens of andere stemmingsstoornissen in de hand werken.

Slide 20 - Tekstslide

Psychische factoren
Een stemmingsstoornis heeft te maken met bepaalde karaktereigenschappen en/of denkpatronen. Voorbeelden zijn perfectionisme, een laag zelfbeeld of het onvermogen om moeilijkheden zelfstandig op te lossen. Dit kan depressieve gevoelens of andere stemmingsstoornissen in de hand werken.
Sociale factoren
Stressvolle omstandigheden kunnen bijdragen aan het ontstaan van een stemmingsstoornis. Bijvoorbeeld ernstige relatieproblemen, het overlijden van een dierbare of grote spanningen op het werk. Ook een ingrijpende positieve gebeurtenis kan het proces in gang zetten, zoals de geboorte van een kind gevolgd door een postpartum depressie.

Slide 21 - Tekstslide

Sociale factoren
Ook stressvolle omstandigheden kunnen bijdragen aan het ontstaan van een stemmingsstoornis. Denk bijvoorbeeld aan ernstige relatieproblemen, het overlijden van een dierbare of grote spanningen op het werk. Ook een ingrijpende positieve gebeurtenis kan het proces in gang zetten, zoals de geboorte van een kind gevolgd door een postpartum depressie.
Psychische factoren
Een stemmingsstoornis heeft te maken met bepaalde karaktereigenschappen en/of denkpatronen. Voorbeelden zijn perfectionisme, een laag zelfbeeld of het onvermogen om moeilijkheden zelfstandig op te lossen. Dit kan depressieve gevoelens of andere stemmingsstoornissen in de hand werken.
een persoonlijkheidsstoornis

Slide 22 - Tekstslide

Bij een persoonlijkheidsstoornis is er sprake van langdurig starre manieren van denken en gedragingen die in contact met de omgeving steeds problemen geven
De cliënt is niet in staat zich aan te passen aan wisselende omstandigheden en vragen van de buitenwereld.
Hij ervaart dat de problemen veroorzaakt worden door de buitenwereld.
De cliënt kan niet reflecteren op zijn eigen rol in situaties.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

hooghartige heren en drammende dames

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Video

https://youtu.be/58Op4iiICQ8

Mensen met borderline persoonlijkheidsstoornis (BPS) hebben een extreme angst om verlaten te worden en hebben emotieregulatie problemen. Dit zorgt erg vaak voor instabiel en impulsief gedrag, heftige stemmingswisselingen, turbulente relaties en een laag zelfbeeld.
Dit kan ertoe leiden dat iemand met BPS destructief gedrag vertoont, zoals zelfmoordpogingen of automutilatie (snijden in zichzelf).

Slide 29 - Tekstslide

Functionele afstand
Geen vertrouwelijkheden uitwisselen
Voorzichtig zijn met adviezen
Vriendelijke, correcte maar ook duidelijke benadering
Alleen afspraken maken die waargemaakt kunnen worden
Zorg dat jouw grenzen absoluut gerespecteerd worden. Duld geen enkele dreiging.
Consequent aan regels en afspraken houden
Zorg dat je niet opgebrand raakt. Deze mensen zijn kampioen in het zichzelf -vaak definitief- eruit te laten gooien. Wel mee-leven maar niet mee-lijden.
In team lucht geven aan frustraties en irritaties

somatisatiestoornis
• Somatische symptoomstoornis is een psychiatrische diagnose die wordt gekenmerkt door somatische (lichamelijke) symptomen die ofwel zeer schrijnend zijn of een significante verstoring van het normale functioneren veroorzaken.
• Symptomen zijn gewoonlijk pijn, vermoeidheid, zwakte en kortademigheid.. Bij sommige mensen kunnen de symptomen worden herleid tot een andere medische aandoening.
• Het belangrijkste kenmerk van SSD zijn buitensporige en onevenredige gedachten, gevoelens en gedragingen die verband houden met de symptomen of de gezondheid. Om de diagnose SSD te krijgen, moeten aanhoudende symptomen zijn die minstens 6 maanden aanhouden.
• Zoals bij de meeste psychiatrische aandoeningen, is er geen duidelijke oorzaak van somatische symptoomstoornis.

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Tekstslide

Conversiestoornis (CD), ook wel functionele neurologische symptoomstoornis genoemd, wordt gekenmerkt door het optreden van neurologische symptomen (zoals verlamming, toevallen, blindheid of doofheid) zonder organische of biochemische oorzaken. In vroegere tijdperken werd naar dergelijke gebeurtenissen vaak verwezen als ' hysterische blindheid 'of' hysterische verlamming '.

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Psycho-educatie
Ziekte inzicht
Werking en bijwerking medicijnen
Herkenning van symptomen die aanleiding vormen tot een ernstige ontregeling
Tijdig hulp zoeken/actie ondernemen

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Therapieën
  • Cognitieve gedragstherapie (CGT)
  • Farmacologische therapie 
  • Psychotherapie
  • Electroconvulsietherapie (ECT)
  • Zorg op afstand

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Video

https://youtu.be/0DWxaO5D0Bs

Slide 37 - Video

https://youtu.be/tDDcBLxxSNo
lithium
Lithium is een medicijn om acute manie en depressies te verhelpen en toekomstige manieën en depressies te voorkomen. Het wordt ook wel voorgeschreven samen met carbamazepine of valproaat als een medicijn alleen niet voldoende werkt. 

Slide 38 - Tekstslide

Verschijnselen van lithiumvergiftiging zijn bijvoorbeeld: bevende handen of kaak, misselijkheid, spierzwakte, lopen en praten alsof u dronken bent, een sloom gevoel.

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een symptoom van een depressie kan zijn
A
Dwangmatig dingen controleren
B
Wisselende stemmingen hebben
C
Denken dat je Jezus bent
D
Moeite hebben met keuzes maken

Slide 40 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

wat is verlies van ziektebesef?
A
zelf niet in de gaten hebben dat je ziek bent
B
je beseffen dat je ziek bent

Slide 41 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat moet hoort niet tot je taak als verzorgende IG of begeleider specifieke doelgroepen bij het verzorgen/begeleiden van mensen met een depressie?
A
Stimuleren tot activiteit
B
Observeren van (bij)werking medicatie
C
Rapporteren van gedrag
D
Gedragstherapeutische gesprekken

Slide 42 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zijn de leervragen beantwoord?
  • Leren omgaan met claimend gedrag en stemmingswisselingen 
  • Wat is kenmerkend voor deze stoornissen en welke ondersteuning hebben zij nodig?
  • Kenmerken hiervan, hoe ontstaat dit, hoe wordt dit ''vast gesteld''?

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

extra's
  • https://www.kiesbeter.nl/onderwerpen/persoonlijkheidsstoornissen?subjectId=254&sectorId=104
  • https://puntp.nl/psychische-problemen/
  • https://www.vankleefinstituut.nl/inspiratie/tips-communiceren-met-mensen-met-moeilijk-en-onbegrepen-gedrag/
  • https://www.ggzstandaarden.nl/zorgstandaarden/conversiestoornis/visie-op-zorg-gezondheid-als-perspectief/gepast-gebruik-van-labels
 

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies