In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
3.5: Wetenschap en techniek
Slide 1 - Tekstslide
Deze les:
terugblik en herhaling
wat weet je over de wetenschappelijke revolutie
uitleg paragraaf 3.5
afsluiten
Slide 2 - Tekstslide
Leg uit wat een stapelmarkt is en hoe deze bijdroeg aan de welvaart van Nederland
Slide 3 - Open vraag
De bewoners van de eilandengroep 'de Molukken' mochten specerijen als; kruidnagel, nootmuskaat en foelie alleen aan de VOC verkopen. Leg uit waarom de bewoners dit van de VOC niet aan anderen mochten verkopen
Slide 4 - Open vraag
De WIC maakte gebruik van een driehoekshandel. Leg in drie stappen uit hoe deze driehoekshandel eruit zag
Slide 5 - Open vraag
Leg uit dat deze schuilkerk een goed voorbeeld is van de gewetensvrijheid in de republiek.
Slide 6 - Open vraag
3.5: Wetenschap en techniek:
In deze paragraaf leer je:
Hoe wetenschappers anders gingen werken in de 17e eeuw.
Ken je de wetenschappers Newton, Galileo en Huyger
Hoe wetenschap praktisch werd toegepast.
Hoe de landbouwgrond in Nederland werd uitgebreid.
Slide 7 - Tekstslide
Kennis door onderzoek:
17e eeuw: wetenschap is nieuw en spannend
terug te zien als onderwerp van schilderijen
Slide 8 - Tekstslide
Kennis door onderzoek:
andere manier van denken in de 17e eeuw
wat in eeuwenoude teksten staat hoeft niet waar te zijn.
vertrouwen op systematische waarnemingen, proeven en redeneringen
wetenschappelijke revolutie.
Slide 9 - Tekstslide
Voorbeeld
Galileo Galilei
Aarde draait om de zon (gebaseerd op ideeën Copernicus)
Slide 10 - Tekstslide
Voorbeeld
Christiaan Huygens
maakte de eerste nauwkeurige klok met een slingeruurwerk.
Slide 11 - Tekstslide
Voorbeeld
Isaac Newton
Wet van de zwaartekracht
--> natuurwetten
Slide 12 - Tekstslide
Praktische toepassing:
oprichting koninklijke academie waar wetenschappers bij elkaar kwamen door Franse en Engelse koning.
legers, berekenen waar kanonskogels neer moesten komen.
scheepskapiteins, betere meetinstrumenten, precies bepalen waar op zee ze waren.
Slide 13 - Tekstslide
Meer landbouwgrond:
Jan Adriaanszoon 'Leeghwater'
meren droogleggen met behulp van windmolens.
inpolderen
bekendste polder: de beemster
weidegronden voor boeren die vlees, melk en kaas produceerden.
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Aan de slag:
Werk de leerdoelen van paragraaf 3.5 uit.
Maak de paragraaftoets van paragraaf 3.5
bekijk het hoofdstuk en je leerdoelendocument nog eens, noteer dingen die je niet begrijpt zodat je de volgende les om uitleg kunt vragen.