10 tijdvakken toets & jaartellingen

10 tijdvakken les
30 vragen 
alles goed = een 10 
toets af:
lever hem in 

Sluit LessonUp af 
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

10 tijdvakken les
30 vragen 
alles goed = een 10 
toets af:
lever hem in 

Sluit LessonUp af 

Slide 1 - Tekstslide

In welk jaar begint het tijdvak van de Grieken & Romeinen
A
500
B
3000 v. Chr.
C
1000
D
1500

Slide 2 - Quizvraag


Deze afbeelding hoort bij de tijd van burgers en stoommachines.
A
Juist
B
Niet juist

Slide 3 - Quizvraag

Deze afbeelding hoort bij de tijd van monniken en _________

Slide 4 - Open vraag

Met welk jaar eindigt de tijd van pruiken en revoluties?
A
1500
B
1600
C
1700
D
1800

Slide 5 - Quizvraag

De tijd van Grieken en Romeinen + de tijd van monniken en ridders vormen samen de Middeleeuwen.
A
Juist
B
Niet juist

Slide 6 - Quizvraag

De afbeelding hoort bij de Vroegmoderne tijd.
A
Juist
B
Niet juist

Slide 7 - Quizvraag

Welk tijdvak hoort niet in het onderstaande rijtje thuis?
A
Tijd van televisies en computers.
B
Tijd van Wereldoorlogen.
C
Tijd van burgers en stoommachines.
D
Tijd van pruiken en revoluties.

Slide 8 - Quizvraag

De tijd van ontdekkers en hervormers komt na de tijd van steden en staten.
A
Juist
B
Niet juist

Slide 9 - Quizvraag

Deze afbeelding hoort bij de tijd van __________ & computers

Slide 10 - Open vraag

Met welk jaar eindigt de Oudheid?
A
3000 v. Chr.
B
500
C
1000
D
1500

Slide 11 - Quizvraag

Een andere naam voor de tijd van jagers en boeren is de Prehistorie.
A
Juist
B
Niet juist

Slide 12 - Quizvraag

Deze afbeelding hoort bij de tijd van __________ & stoommachines

Slide 13 - Open vraag

Met welk jaar begint de Moderne tijd?
A
1500
B
1800
C
1900
D
1950

Slide 14 - Quizvraag

De tijd van steden en staten begint met het jaar 1500.
A
Juist
B
Niet juist

Slide 15 - Quizvraag

De Middeleeuwen vormen een periode van 1000 jaar.
A
Juist
B
Niet juist

Slide 16 - Quizvraag

De 16e eeuw begint met het jaar 1501?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 17 - Quizvraag

De 2e eeuw begint met het jaar ........
A
100
B
99
C
101
D
200

Slide 18 - Quizvraag

Het jaar 534 v. Chr. hoort bij de 5e eeuw v. Chr.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 19 - Quizvraag

De 19e eeuw eindigt met het jaar .......
A
1800
B
1801
C
1900
D
1901

Slide 20 - Quizvraag

Na de 9e eeuw v. Chr begint de 8e eeuw v. Chr.
A
waar
B
niet waar

Slide 21 - Quizvraag

Met welk jaartal begint de 14e eeuw?

Slide 22 - Open vraag

Het jaar 1917 hoort bij de 20e eeuw.
A
waar
B
niet waar

Slide 23 - Quizvraag

Na het jaar 833 v.Chr. begint het jaar 834 v.Chr.
A
waar
B
niet waar

Slide 24 - Quizvraag

Met welk jaar begint de 3e eeuw v.Chr.?
A
300
B
201
C
300 v. Chr.
D
201 v. Chr.

Slide 25 - Quizvraag

Met welk jaar eindigt de 17e eeuw?

Slide 26 - Open vraag

De jaartelling VOOR de geboorte van Jezus Christus loopt af.
A
waar
B
niet waar

Slide 27 - Quizvraag

Met welk jaar begint de 21e eeuw?

Slide 28 - Open vraag

Met welk jaar eindigt de 8e eeuw v.Chr.? (lees deze vraag heel goed!)
A
800 v. Chr.
B
800
C
701 v. Chr.
D
701

Slide 29 - Quizvraag

Het jaar 1445 v.Chr. hoort bij de 15e eeuw v.Chr.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 30 - Quizvraag

In 1945 eindigde de Tweede Wereldoorlog. In welke eeuw was dat?
A
19e eeuw
B
20e eeuw
C
21e eeuw
D
22e eeuw

Slide 31 - Quizvraag