In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslide en 1 video.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Herhalen lesstof H.4 en stripboek
Slide 1 - Tekstslide
Wat was de Koude Oorlog?
A
De laatste maanden van de 2de Wereldoorlog
B
De 3de Wereldoorlog
C
Het conflict tussen de VS en SU
D
Een conflict tussen West en Oost-Europa
Slide 2 - Quizvraag
Kenmerk van de Koude Oorlog
A
Twee machtsblokken, VS en SU
B
Tegen Duitsland
C
Begonnen in 1917, na de Russische Revolutie
D
Wapenwedloop
Slide 3 - Quizvraag
De Koude Oorlog begint:
A
na de nederlaag van WO1 door Duitsland
B
door de dood van Roosevelt (april 1945)
C
de nederlaag van Japan
D
na WOII in 1945
Slide 4 - Quizvraag
De Koude Oorlog was een oorlog die vooral met woorden werd gevoerd. Wat was GEEN oorzaak voor de Koude Oorlog?
A
S.U. weigeren Oost-Europa te verlaten na WO II
B
Vietnam-oorlog
C
S.U. wilde weten hoe V.S. de atoombom hadden gemaakt
D
Het Marshallplan waarmee V.S. Europese landen wilde helpen
Slide 5 - Quizvraag
Wat is een koude oorlog?
A
Een oorlog in een koud gebied
B
Een gewapende vrede
C
Een oorlog met atoomwapens
D
Een oorlog tussen twee supermachten
Slide 6 - Quizvraag
Wat is de bijnaam van de Koude Oorlog?
A
De vijftig jarige oorlog
B
de oorlog waar niemand won
C
Donkey War
D
de spionnen oorlog
Slide 7 - Quizvraag
In de Koude Oorlog gebeurde er veel. Wat is géén gebeurtenis in de Koude oorlog?
A
De Cubacrisis
B
De wapenwedloop
C
Hitler valt Polen aan
D
De bouw van de Berlijnse muur
Slide 8 - Quizvraag
Welke tekst hoort bij welk begrip?
Let op!: ieder begrip mag maar één keer worden gebruikt.
Let op! Er blijft één begrip over.
Er werden handelsnederzettingen op gunstig gelegen plaatsen gesticht. Die bestonden uit een fort, een haven, wat pakhuizen en woningen. Van hieruit werd handel gedreven met de inlandse bevolking.
Begin 1621 verscheen de VOC met twaalf schepen voor het grootste eiland van de Banda-eilanden. De bemanning opende het vuur en kreeg de belangrijkste vestiging van het eiland in handen. Duizenden Bandanezen vluchtten naar de bergen. Hun dorpen werden verwoest. De inwoners werden onthoofd.
De koning van het eiland gaf aan de Compagnie de verzekering dat alle peper en wilde kaneel die in zijn rijk groeiden aan de Compagnie geleverd zouden worden. Verder zou alle peper geladen worden op schepen van de Compagnie, zonder dat andere landen er iets van zouden krijgen.
factorij
monopolie
strafexpeditie
cultuurstelsel
Slide 9 - Sleepvraag
Hieronder staan enkele namen en begrippen die te maken hebben met de geschiedenis van Indonesië. Welke zijn kenmerkend voor de tijd dat de VOC actief was in Indonesië?
Sleep alleen deze namen/begrippen naar het VOC-logo.
contractarbeiders
hongitochten
J.P. Coen
cultuurprocenten
plantloon
Slide 10 - Sleepvraag
Hieronder staan vijf zinnen die te maken hebben met het einde van de VOC. Geef van elke zin aan of het een oorzaak of een gevolg is van het einde van de VOC. Sleep de zinnen naar de juiste plek.
Oorzaken
Gevolgen
De VOC had grote concurrentie vanEngeland.
De VOC hield op te bestaan.
Door de vierde Nederlands-Engelse oorlog had de VOC geen inkomsten meer.
De VOC voerde een slecht financieel beleid.
De bezittingen van de VOC kwamen in handen van de Nederlandse staat.
Slide 11 - Sleepvraag
Noem drie onderdelen uit de bron waaraan je kunt a zien dat de schilder de gebeurtenis heeft geschilderd met de blik van een Nederlander. Sleep de oogjes naar de plek in het schilderij.
Let op!: niet alle oogjes hoeven gebruikt
te worden
Slide 12 - Sleepvraag
Wanneer waren de Politionele Acties in Indonesië?
A
1945-1946
B
1947-1948
C
1948-1949
D
1950-1953
Slide 13 - Quizvraag
Wie verklaart Indonesië onafhankelijk?
A
Koningin Wilhelmina
B
Soekarno
C
Hatta
D
Keizer Hirohito
Slide 14 - Quizvraag
Door de Japanse bezetting van Indonesië werden de mensen in Indonesië:
A
Nationalistischer
B
Kwaad op de Japanners
C
Kwaad op de Nederlanders
Slide 15 - Quizvraag
Wanneer erkende Nederland de onafhankelijkheid van Indonesië?
A
In 1945 na het uitroepen van de republiek
B
In 1946 na het zenden van Nederlandse troepen naar Indonesië
C
In 1947 na de politionele acties
D
In 1949 na de soevereiniteitsoverdracht
Slide 16 - Quizvraag
Door de Japanse bezetting van Indonesië werden de mensen in Indonesië:
A
Nationalistischer
B
Kwaad op de Japanners
C
Kwaad op de Nederlanders
Slide 17 - Quizvraag
Wat was de reden voor Nederland om de onafhankelijkheid van Indonesië te erkennen?
A
De politionele acties waren niet succesvol.
B
Nederland had na WO II niet meer de middelen om Indonesië te kunnen besturen.
C
De VS dreigde de Marshallhulp voor Nederland in te trekken.
D
De wederopbouw van Indonesië zou de economie van Nederland te zeer verzwakken.
Slide 18 - Quizvraag
Hoe bestuurde Nederland Indonesië?
A
Gebruikte van veel ambtenaren
B
Gebruik maken van de inheemse leiders
C
De VOC had deze verantwoordelijkheid
D
Door het leger in te zeggen
Slide 19 - Quizvraag
Wat waren de gevolgen van de onafhankelijkheid van Indonesië?
A
Er was wantrouwen richting Nederlanders die nog in Indonesië waren
B
Java wilde niet bij Indonesië horen
C
Molukkers werden gezien als vijand
D
Indonesië lag in puin door de oorlog
Slide 20 - Quizvraag
Een spotprent over de Koude Oorlog.
Wie wint er volgens deze prent?
A
Sovjet-Unie
B
Verenigde Staten
C
D
Slide 21 - Quizvraag
Hoe past deze spotprent bij de koude oorlog?
BEMOEM WAAR JE DAT ZIET AAN DE BRON.
Slide 22 - Open vraag
Spotprent van tekenaar E.H. Shepard, verschenen op 14 juli 1948 in het Engelse tijdschrift Punch.
Vraag a: Leg uit over welke gebeurtenis uit de Koude Oorlog deze afbeelding gaat. (1p)
Slide 23 - Open vraag
Analyseer de spotprent volgens het stappenplan. Je legt dus uit wat de boodschap van de maker is.
Slide 24 - Open vraag
De spotprent komt uit de periode van de Koude Oorlog. Op welke gebeurtenis heeft deze spotprent direct betrekking? Eén woord.