1MH Bezitsvorm en getallen les 2

boek lezen 
timer
15:00
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

boek lezen 
timer
15:00

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesprogramma
- Zelfstandig lezen (15 min)
- Uitleg bezitsvorm en getallen
  plus maken opdrachten boek.
  (30 min)
- Afsluiting : Nabespreken les
  (5 min) 
- les 2 = oefentoets voor
  maandag.
  

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Blok 5 - Spelling
5.7 Bezitsvorm
5.8 Getallen
Open vast LessonUp.app!

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

           Getallen
5.8
In teksten schrijf je meestal geen cijfers, maar schrijf je getallen voluit.
Op deze regel zijn een paar uitzonderingen:
  • Bij maten en gewichten zijn getallen overzichtelijker.
  • Grote, ingewikkelde getallen schrijf je meestal in cijfers. 
  • De tijd wordt altijd in getallen geschreven.

  • Voor of na cijfers en getallen kom je soms speciale tekens en afkortingen tegen zoals %, €, kg of cm. In een tekst schrijf je deze voluit: procent, euro, kilo of centi m eter.
  • Getallen tot en met twintig schrijf je voluit.
  • Net als tientallen en  honderdtallen.

Slide 4 - Tekstslide

Hier beschrijf je de leerdoelen van deze les.

Klik de goede spelling van de getallen aan.
A
Bij 2 winkels zijn de chocopinda’s in de aanbieding.
B
Bij twee winkels zijn de chocopinda’s in de aanbieding.

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Klik de goede spelling van de getallen aan.
A
Nu zijn ze maar 1 euro 50.
B
Nu zijn ze maar een euro vijftig.

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Klik de goede spelling van de getallen aan.
A
Ik ben er vanochtend om 09.00 uur meteen naartoe gegaan.
B
Ik ben er vanochtend om negen uur meteen naartoe gegaan.

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Klik de goede spelling van de getallen aan.
A
Gelukkig lagen er nog wel meer dan 50 zakken!
B
Gelukkig lagen er nog wel meer dan vijftig zakken!

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Weet je het nog ?
Terugblik op vorige les : bezitsvormen.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

bezitsvorm 
De schoenen van mijn vader




mijn vaders schoenen
(bezitsvorm) 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2 BK Blok 4 Spelling
Kijk en luister goed naar volgend filmpje!

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Video

Deze slide heeft geen instructies

 regel 1:
Je kunt de bezitsvorm maken door een s achter de naam of een zelfstandig naamwoord te zetten. 

de schoenen van mijn vader  >  mijn vaders schoenen
de kleren van mijn zusjemijn zusjes kleren
het beroep van Sarah >  Sarahs beroep 

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak een bezitsvorm:
het horloge van Sam

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Maak een bezitsvorm:
de telefoon van mijn broer

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

regel 2: 
Als een naam of zelfstandig naamwoord op een a, i, o, u, of y, eindigt, dan zet je een ' voor de s. Je schrijft dus 's
een '- teken heet een apostrof

het huis van oma   >   oma's huis
de moeder van Eddy   >   Eddy's moeder
de speen van de baby   >   baby's speen

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

maak een bezitsvorm:
de sigaar van opa

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

maak een bezitsvorm
de brief van Hugo

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Regel 3: 
Eindigt het zelfstandig naamwoord of de naam op een sisklank
Schrijf dan alleen een apostrof, dat is ' 

De broer van Max  >  Max' broer
De zus van Bas  >  Bas' zus

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

maak een bezitsvorm
De jas van Els

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Maak een bezitsvorm
De laptop van Lukas

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

O         Maken opdrachten 24 en 25, blz. 243
5
Wat niet af is, is huiswerk !

Slide 22 - Tekstslide

Hier beschrijf je de leerdoelen van deze les.