1.2 Atoommodel ALF

1.1 Atoombouw en het periodiek systeem
Er is een verdeling tussen metalen en 
niet-metalen in het periodiek systeem.
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

1.1 Atoombouw en het periodiek systeem
Er is een verdeling tussen metalen en 
niet-metalen in het periodiek systeem.

Slide 1 - Tekstslide

Groep 1

Alkalimetalen
lithion, natrium, kalium, rubidium

allemaal gaan ze gemakkelijk een verbinding aan met een niet-metaal.
Groep 2

Aardalkalimetalen
beryllium, magnesium, calcium, barium

allemaal gaan ze gemakkelijk een verbinding aan met een niet-metaal.

Slide 2 - Tekstslide

Groep 17

Halogenen
fluor, chloor, broom, jood

allemaal gaan ze gemakkelijk een verbinding aan met een metaal.
Groep 18

Edelgassen
helium, argon, neon

Edelgassen reageren niet met andere stoffen. 

Slide 3 - Tekstslide

1.1 Atoombouw en het periodiek systeem
Welke atomen zie je in deze atoommodellen?

Slide 4 - Tekstslide

Atoommassa
  • Atoommassa wordt gegeven in u (unit)​

  • 1 u = 1,66*10-27 kg (Binas tabel 5)​

  • De massa van een atoom is niet precies gelijk aan het massagetal​

  • De juiste atoommassa’s zijn te vinden in Binas 25A​

  • In het periodiek systeem zijn gemiddelde atoommassa’s te vinden (gemiddelde van de atoommassa’s, afhankelijk van hoeveel het voorkomt in de natuur)

Slide 5 - Tekstslide

Gemiddelde atoommassa
Voorbeeld boor (B)​
Gemiddelde atoommassa van boor is 10,81 u ​        (periodiek systeem, Binas 99)​
Dit kun je zelf uitrekenen met Binas 25A​

Gem. atoommassa = (19,9 * 10,012937 + 80,1 * 11,009305) / 100 = 10,81 u​
Relatieve atoommassa B is 10,81 (maar zonder eenheid).​

Slide 6 - Tekstslide

Molecuulmassa
  • Massa van een molecuul ​

  • Eenheid u (unit)​

  • Optellen van afzonderlijke (gemiddelde) atoommassa’s (Binas 99)​

  • Molecuulmassa’s van veel voorkomende moleculen in Binas 98​
  • Voorbeeld​: Molecuulmassa van H2O = 2 * 1,008 + 1 * 16,00 = 18,016 u​

Zie voorbeeldopgave 3 in je boek (blz. 18)
Relatieve molecuulmassa Mr is 18,016 (maar zonder eenheid)

Slide 7 - Tekstslide

§1.2 Chemische hoeveelheid

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Leerdoelen
  1. Je weet wat de mol is in scheikunde
  2. Je leert om te rekenen van mol naar moleculen

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Binas t3

Slide 12 - Tekstslide

n=NAN
Binas t3

Slide 13 - Tekstslide

Doen
Maak opgaven 1, 2, 3, 6 en 7 van blz 28 en 29

Huiswerk voor maandag

Slide 14 - Tekstslide