In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
De evolutietheorie
Slide 1 - Tekstslide
Lesprogramma
Huiswerk
Leerdoelen
Uitleg
Vragen
Nabespreken
Huiswerk
Slide 2 - Tekstslide
Welke vragen van het huiswerk willen jullie dat ik bespreek?
Slide 3 - Open vraag
Leerdoelen
Je kunt verschillen noemen tussen het creationisme, de evolutietheorie van Lamarck en de evolutietheorie van Darwin.
Je kunt uitleggen wat de neodarwinistische evolutietheorie inhoudt.
Slide 4 - Tekstslide
Feit of fabel: De mens stamt af van de mensaap
A
Feit
B
Fabel
Slide 5 - Quizvraag
Feit of fabel: De mens stamt af van de neanderthalers
A
Feit
B
Fabel
Slide 6 - Quizvraag
Feit of fabel: Zonder verschillende allelen was evolutie niet mogelijk
A
Feit
B
Fabel
Slide 7 - Quizvraag
Feit of fabel: Slangen hebben benen
A
Feit
B
Fabel
Slide 8 - Quizvraag
Feit of fabel: De mens is klaar met evolueren
A
Feit
B
Fabel
Slide 9 - Quizvraag
Feit of fabel: De mens heeft onbruikbare organen
A
Feit
B
Fabel
Slide 10 - Quizvraag
Wat weten jullie nog over evolutie?
Slide 11 - Woordweb
Evolutietheorieën
Creationisme:
de aarde en organismen zijn geschapen
sommige organen te ingewikkeld om door evolutie te zijn ontstaan --> intelligente schepper
Lamarck (1744-1829):
eigenschappen veranderen tijdens leven individu
veranderde eigenschap wordt doorgegeven
Darwin (1809-1882):
On the origin of species (1859) --> evolutietheorie
Gregor mendel (1822-1884)
DNA bevat alle erfelijke eigenschappen
Voor het eerst ontdekt in 1871
Structuur pas ontdekt in 1953
Slide 12 - Tekstslide
Evolutie
Verschillen in genotypen door mutaties --> ontstaan allelen --> genetische variatie
Natuurlijke selectie = organismen met gunstige eigenschappen overleven en hebben meer kans om zich voort te planten dan organismen met 'ongunstige eigenschappen'
Survival of the fittest = Organismen die beter kunnen overleven, kunnen zich voortplanten. Hierdoor gaat een soort steeds beter passen in zijn omgeving
Overerving van de 'goede eigenschappen'
Slide 13 - Tekstslide
Evolutie
Selectiedruk = invloed van milieufactoren op genetische variatie.
hoger --> minder variatie
lager --> overleving voor iedereen makkelijker
To fit = passen, aanpassen (Engels)
Fitness = voortplanting geschiktheid doordat het organisme het beste is aangepast.
Fitness is afhankelijk van het milieu.
Adaptatie = aanpassing
Slide 14 - Tekstslide
Door evolutie
A
Past een populatie zich op de lange termijn aan op het milieu
B
Kan een individu zich direct aanpassen aan het milieu
Wij gebruiken cookies om jouw gebruikerservaring te verbeteren en persoonlijke content aan te bieden. Door gebruik te maken van LessonUp ga je akkoord met ons cookiebeleid.