der Vater die Mutter das Kind die Eltern (meervoud)
1e naamval der die das die
4e naamval den die das die
- Als je het betreffende zinsdeel kunt vervangen door "hij" -----> 1e
- Als je het betreffende zinsdeel kunt vervangen door "hem" -----> 4e
- LET OP! Alleen bij mannelijke woorden verandert er iets!!