Les 3 WMO BBL

Les 3 

- Taalontwikkeling van de baby.
- Kinderziekten

1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Les 3 

- Taalontwikkeling van de baby.
- Kinderziekten

Slide 1 - Tekstslide

De taalontwikkeling bij baby’s is groot.

- Rond eerste jaar de eerste woordjes
- Voor het eerste jaar zijn de hersenen al bezig met taal en taalbesef.
- Taalbegrip komt voor het taalgebruik
- Taal kan niet ontwikkelt worden zonder anderen
- De passieve woordenschat  baby’s is altijd verder ontwikkeld (begrijpen)dan de actieve (spreken) woordenschat


Slide 2 - Tekstslide

- Veel aandacht voor omdat taalvaardigheid sterk         samenhangt met schoolsucces
- Basis is belangrijk, belangrijk om vanaf geboorte        ook veel taal te gebruiken.
- Gebruik de juiste woorden, noem een eend een eend en geen kwak kwak
- corrigeer 1x niet meerdere keer omdat kind anders niet meer durft te spreken.
- Gebarentaal ondersteund de ontwikkeling van taal
- VVE

Slide 3 - Tekstslide

4 fases taalontwikkeling:
Fase 1 Voortalige fase (0-1 jaar):
- huilen
- taal middel tot contact
- baby's praten om de beurt.
- ervaren en oefenen van klanken
- eerste maanden internationaal brabbelen.
- daarna moedertaal brabbelen
- rond 8 maanden sociaal brabbelen, stemt af op volwassenen

Slide 4 - Tekstslide

Fase 2 Vroegtalige fase 1- 2,5 jaar);

- klanken die ze horen verwijzen naar materiaal, 
  bijv bal
- Taal krijgt betekenis voor de wereld om hen  
   heen, mama eet etc
- Snel van een woord naar twee woord zinnen
- met 2 jaar ongeveer 300 woorden

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Fase 3 Differentiatiefase (2,5 -5 jaar):


In deze fase is het kind al uitgegroeid boven het niveau van de korte zinnetjes. Het vertelt al korte verhaaltjes over dingen die gebeuren en gesprekjes met kinderen gaan steeds vaker over dingen en gebeurtenissen buiten het hier en nu.  

Fase 4 : voltooiingsfase
Vanaf vijf jaar, heeft een open eind: het kind kan langere verhalen vertellen, lezen en schrijven en gesprekken voeren.
 


Slide 7 - Tekstslide

                                                           Babygebaren

- Gestart in Amerika 20 jaar geleden geïntroduceerd door de Amerikaanse gebarentaaltolk Joseph Garcia. 
- Door onderzoek dat het niet alleen bij dove ouders werkte maar ook bij horende, vroeger communiceren met je baby.
- Babygebaren toevoegen aan je gesproken taal 
- Rond de  6 mnd babymotoriek voldoende om gebaren te kunnen maken
- Je overbrugt de periode dat je baby de taal wel kent  maar nog niet kan spreken. (passief en actieve woordenschat)
- De baby handvatten zichzelf te uitten
 - Wetenschappelijk onderzoek heeft aangetoond dat gebaren niet alleen de taal- en spraakontwikkeling op jonge leeftijd bevordert, maar ook dat gebarende kinderen, als ze ouder zijn, een voorsprong hebben op niet gebarende kinderen in het lezen, schrijven en spreken.
 





Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide


                 Liedjes met gebaren?


                                      welke gebaren worden er gebruikt op de groep?








Slide 10 - Tekstslide

Bij de emotionele ontwikkeling gaat het met name over het kind zelf:

- Welke emoties ervaart het kind en hoe gaat het ermee om?
- Hoe uit hij blijdschap?
- Hoe hanteert hij verlies of tegenslag?
- Waar ontleent hij zelfvertrouwen aan?
- Hoe is het kind gehecht aan zijn ouders of andere verzorgers?
- Hoe uit hij zijn gevoelens aan anderen?
- Hoe maakt hij contact? Hoe werkt hij samen?
- Kan hij zich inleven in anderen? 

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video


Kinderziekten

Hoe dringen schadelijke micro organismes het lichaam binnen?

 - Via de luchtwegen
 - Via huid en slijmvliezen
 - Via maag-darmkanaal
 - Via het bloed 

Slide 13 - Tekstslide

Verschijnselen ontsteking:

- Roodheid
- Zwelling
- Pijn
- Warmte
- Verstoorde functie

Slide 14 - Tekstslide

                                        
                                           Signaleren van ziekte:  

- Kind vertoont ander gedrag, huilerig, hangerig, niets willen, stil, niet willen 
  eten en drinken

- Koorts

- Braken

                             Taak van de pedagogisch medewerker:

- Even afwachten hoe het verloop.
Ouders/verzorgers informeren en kind (eventueel ) laten ophalen
- Wacht niet tot het kind erg ziek is.
- Doe rustig veroorzaak geen paniek, dit kan leiden tot ongelukken.
- Beleid van organisatie ziek kind
- direct opalen bij: Meer dan 38 gr koorts, Acute diarree,  waterpokken 
-  Zorg dat je voldoende informatie hebt over het kind, bereikbaarheid ouders.


Slide 15 - Tekstslide

                                                Huisarts inschakelen

Zeer hoge koorts of koortsstuipen, 
- Aanhoudend braken  
Uitpuilende fontanel bij zuigelingen, 
- Ademhalings- moeilijkheden, 
- Blauw zien, 
- Toenemende sufheid, 
- Ernstige aanhoudende pijn,
- Rode puntjes op borstbeen/ luier methode

                                                      

 

Slide 16 - Tekstslide

Vaccinatie Programma:

Slide 17 - Tekstslide

RS Virus:
*  Het RS virus veroorzaakt infecties van de luchtwegen, 
*  Lichte tot zeer ernstige benauwdheid,
* Actief vooral tijdens oktober t/m maart,
* Gevaarlijk voor kinderen onder de 2 door opzwellen kleine bronchiën.
In ernstige gevallen, als het kind door de benauwdheid te weinig kan drinken of te weinig zuurstof in het bloed kan opnemen, leidt dit tot ziekenhuisopname. Extra risico lopen baby's die te vroeg geboren zijn (<37 weken zwangerschap) of baby's jonger dan zes weken.
*Besmetting via  lucht of via lichamelijk contact. 

Voorkomen:
* Hoesten in ellenboog
* Vaak handen wassen
* Speelgoed regelmatig schoonmaken
* volwassenen en kinderen mat verkoudheid uit de buurt van de baby te houden.
































Slide 18 - Tekstslide

 Wat zijn de symptomen?

* Niet direct herkenbaar bij het kind. 
* Hoesten en benauwdheid

Arts waarschuwen bij:
Baby's en kinderen jonger dan twee jaar kunnen het na een paar dagen zo benauwd krijgen dat zij hun neusvleugels wijd sperren. Dit heet neusvleugelen. Vaak gaat dit gepaard met slecht eten en drinken. Soms ademt het kind piepend of zagend. In de meeste gevallen heeft hij verhoging (< 38°C), maar geen hoge koorts.  
* Bij inademen trekt de huid tussen de ribben naar binnen, dit gebeurt als de baby benauwd is.
* Het kind stopt soms opeens een paar seconden met ademen.
* Sufheid: De baby lijkt slaperig en is moeilijk te wekken. 





Slide 19 - Tekstslide

Reflux

Slide 20 - Tekstslide