In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 90 min
Onderdelen in deze les
Communicatie (verdieping)
Slide 1 - Tekstslide
Vandaag
1. Hoe gaat het met iedereen?
2. Hoe zit het met de opdrachten, nu dringende vragen?
3. Wat moet je doen voor dit blok?
4. Wat weten we nog?
5. Even theorie
6. Lezen van de theorie en opdrachten maken online in de klas.
Slide 2 - Tekstslide
wat weet je nog?
Slide 3 - Tekstslide
Feedback geven is....
A
Is een boodschap over de persoonlijkheid of prestaties van de ander
B
Is een boodschap over de persoonlijkheid en gedrag van de ander.
C
Is een boodschap over de gedrag of de prestaties van de ander
D
Is een boodschap over de persoonlijkheid
Slide 4 - Quizvraag
Regels bij feedback geven
A
Benoem meningen, WIJ- vorm toepassen, geef feedback op de persoon en gedrag, geef feedback achteraf.
B
Benoem feiten., Ik- vorm toepassen, geef feedback op gedrag, feedback geven op het juiste moment.
Slide 5 - Quizvraag
Feedback is terugkoppeling gebaseerd op iemands gedrag of prestatie. Doel: de ander inzicht te geven in zijn/haar gedrag en ontwikkelpunten. Met kritiek geef je aan dat je iets niet goed vindt, je keurt iets af.
A
Dit klopt niet; Feedback is het zelfde als kritiek
B
Dit klopt
C
Dit klopt gedeeltelijk
Slide 6 - Quizvraag
Er zijn 3 vormen van feedback, Welke zijn dat?
A
Feedback, Feeddown, feeddeel
B
FeedUP, Feedback, Feedforward
Slide 7 - Quizvraag
Jonge kinderen zijn niet erg gevoelig voor feedback
A
Alleen voor negatieve feedback
B
Klopt als een bus
C
Jawel, maar met name voor feedback gericht op het proces
D
Iedereen is gevoelig voor feedback
Slide 8 - Quizvraag
Welke manier van feedback ontvangen hoort er niet bij?
A
Je neemt een open houding aan
B
Je luistert aandachtig
C
Je stelt vragen als je iets niet begrijpt
D
Je benoemt ook wat de ander beter kan doen
Slide 9 - Quizvraag
Wat is er met name nodig voor een positief effect van feedback?
A
Vertrouwen
B
Geduld
C
Eigenheid
D
Rust
Slide 10 - Quizvraag
Wat kan je het beste doen als feedback onduidelijk voor je is?
A
Het erbij laten
B
Doorvragen aan die persoon
C
Bespreken met iemand anders
D
Ermee aan de slag gaan
Slide 11 - Quizvraag
Je hebt feedback op twee niveaus Welke antwoordt is juist?
A
Inhouds- en bevestigingsniveau
B
Inhouds- en beoordelingsniveau
C
Inhouds- en betrekkingsniveau
D
Alle antwoorden zijn onjuist.
Slide 12 - Quizvraag
A
Klopt, zo ervaar ik het ook
B
Feedback ervaar ik zeker niet als een cadeautje
C
Soms wel, soms niet
D
Als ik feedback geef is het altijd een cadeau!
Slide 13 - Quizvraag
Lilian geeft Maureen feedback. Lilian vertelt dat ze de handeling niet goed uitvoert, maar ze zegt er niet bij wat Maureen niet goed doet.
Jeroen en Mathijs zijn goede collega's. Jeroen weet dat hij alles tegen Mathijs kan zeggen, zonder dat hij er boos om wordt .
Nanouk is geïrriteerd en roept tegen Kirsten: 'Jij kan er ook helemaal niets van!'.
De manier waarop je feedback geeft
De relatie die je met de andere hebt
De inhoud van de boodschap
Slide 14 - Sleepvraag
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Wat heeft het Johari venster te maken met feedback?
A
Niets
B
Alles
C
Geen idee, ik ken het Johari venster niet
D
Weet ik niet. Ik ken het Johari venster wel, maar zie niet de link
Slide 23 - Quizvraag
Slide 24 - Tekstslide
Slide 25 - Tekstslide
Investeren in professioneel communiceren met ouders
Ouders: Gelijkwaardige klanten met wettelijk geregelde inspraak!
Een open relatie met ouders is voor iedereen goed! Dit gaat niet vanzelf, daarin moet je investeren.
Naast de gebruikelijke oudercontacten is door de Wet kinderopvang de medezeggenschap van ouders geregeld via oudercommissies.
Slide 26 - Tekstslide
Ouders bereiken is een kwestie van organiseren.
Organiseer de communicatie, dus maak iemand verantwoordelijk voor de communicatie vanuit je organisatie.
Een communicatieplan is voor de interne communicatie én de communicatie naar ouders en derden.
Zijn jullie op de hoogte van het communicatieplan van de organisatie?
Slide 27 - Tekstslide
Opdracht
We verdelen de groep in 4 groepjes. Elke groep bekijkt de communicatie van de 4 onderstaande onderwerpen. Hoe ziet de communicatie van deze onderwerpen er uit voor onze locatie?