Lesson 2: Writing opdr. 19 t/m 25

Vak: Engels
Hoofdstuk: 5
1.
Lesopening
2.
Leergebiedoverstijgende doelen + arrangementen
3.
Lesdoel (+ minicheck)
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie + afsluiting
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Vak: Engels
Hoofdstuk: 5
1.
Lesopening
2.
Leergebiedoverstijgende doelen + arrangementen
3.
Lesdoel (+ minicheck)
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie + afsluiting

Slide 1 - Tekstslide

1. Lesopening
Take your English book, don't open it yet!




Slide 2 - Tekstslide

2. Leergebiedoverstijgende doelen
Zelfstandig leren
- Werkt in de gestelde tijd zelfstandig aan opdrachten op zijn planner (bord, agenda) en houdt zelf de tijd in de gaten om het af te krijgen. 

Reflecteren
- Kijkt zijn eigen werk na en corrigeert waar nodig.  



Slide 3 - Tekstslide

Arrangementen
- Verdiept: kijk of je zelfstandig aan de slag kunt of dat je mee wil doen aan de instructie na het benoemen van de lesdoelen en het lezen van de theorie. 
Alex

- Basis: doe mee aan de mini-check. Alles goed? Zelfstandig aan de slag. Niet alles goed? Instructie volgen, daarna aan de slag. 
Bas, Noah, Shaqell, Ties, Niels, Dennis

- Intensief: doe mee aan de mini-check. Instructie volgen, kom aan de groepstafel zitten. 
Jara

Slide 4 - Tekstslide

3. Lesdoel
Na deze les kun je:
- Grammar van toekomende tijd - wil (I will go)
- Grammar van plan zijn (going to)
- Phrases van les 5.2





Slide 5 - Tekstslide

Verdiept arrangement:
Alex

Huiswerk noteren + maken:
Les: 2
blz.: 69 t/m 75
opdr.: 19 t/m 25

Slide 6 - Tekstslide

Mini-check
Quiz mee

Slide 7 - Tekstslide

(+)It _____________ to be a beautiful day!
A
are going
B
is going
C
might be going
D
will

Slide 8 - Quizvraag

Met 'will & won't' maak ik toekomstige:
A
Plannen
B
Voorspellingen
C
Afspraken
D
Schema's

Slide 9 - Quizvraag

De ontkennende vorm van Will is...
A
Willn't
B
Won't
C
Will not
D
Wouldn't

Slide 10 - Quizvraag

(+)We ... (to travel) to Canada next year.
A
am going to tavel
B
is going to travel
C
are going to travel
D
are going to to travel

Slide 11 - Quizvraag

Wie maakt wat?
3 vragen goed? Zelfstandig aan de slag:
les 2, blz. 69 t/m 72, opdr. 19 t/m 22 

De rest doet mee met de instructie

Slide 12 - Tekstslide

4. Instructie

Slide 13 - Tekstslide

Luister naar de zinnen Lees mee op 
blz. 71 

Slide 14 - Tekstslide

5. Begeleid inoefenen
Wie kan zelfstandig aan de slag (basis)?
Lees en maak les 2, blz. 69 t/m 72, opdr. 19 t/m 22 

Wie heeft nog extra instructie/leeshulp nodig (intensief)?
namen lln... kom aan de instructietafel zitten. 

Slide 15 - Tekstslide

6. Zelfstandig werken
Je leest en maakt zelfstandig, in stilte:
V: les 2, blz. 24 t/m 28, opdr. 19 t/m 25  --> Alex
B: les 2, blz. 69 t/m 72, opdr. 19 t/m 22  --> De rest van de klas
I: les 2, blz. 69 t/m 72, opdr. 19 t/m 22  --> Jara

Ben je klaar?
1. Kijk je werk zorgvuldig na + verbeter waar nodig. 
2. Huiswerk ander vak afmaken. 
3. Leren toets/ lezen / woordzoeker. 
timer
30:00

Slide 16 - Tekstslide

7. Evaluatie
Zelfstandig leren
- Werkt in de gestelde tijd zelfstandig aan opdrachten op zijn planner (bord, agenda) en houdt zelf de tijd in de gaten om het af te krijgen. 

Reflecteren
- Kijkt zijn eigen werk na en corrigeert waar nodig.  



Slide 17 - Tekstslide

(+)He_________ (to buy) a new computer.
A
am going to buy
B
is going to buy
C
are going to buy
D
is buying

Slide 18 - Quizvraag

(-) They .... (to help) me.
A
is not going to help
B
are not going to help
C
am not going to help
D
are not going to to help

Slide 19 - Quizvraag

Hopefully I (will / won't) fall.
A
won't
B
will

Slide 20 - Quizvraag

Which question is correct?
A
Will you be ready soon?
B
Shall you be ready soon?

Slide 21 - Quizvraag


(?) ...........................( to meet) your brother?
A
We is going to meet
B
Is we going to meet
C
Am we going to meet
D
Are we going to meet

Slide 22 - Quizvraag

(?) …………………… (to phone) his friend.
A
Are he going to phone
B
Is he going to phone
C
He is going to phones
D
He going to phone

Slide 23 - Quizvraag

Afsluiting
Ruim je boek en schrift van EN op.

Volgende lesuur: ....................

Slide 24 - Tekstslide