Oefenen met hst 3 par 2 en 3 3M

Hst 3 par 2 en 3
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Hst 3 par 2 en 3

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar ging de crisis van 1929 over?
A
De aandelen beurs in New York kwam ten val
B
De handel in consumptiegoederen was nog niet gestart
C
Veel fabrieken hadden een personeelstekort
D
De industrialisatie veroorzaakte werkloosheid

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom werd de crisis van 1929 een "wereldcrisis"
A
Vanwege WO1 en WO2
B
Heel veel landen konden minder handel drijven
C
De hele wereld had teveel aandelen gekocht
D
Het was geen "wereld" crisis, maar een Amerikaanse crisis

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Val van de Beurs, 1929

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Welk begrip is kenmerkend voor de tijd waarin dit affiche verscheen?

A
Oorlogsjaren
B
Verzorgingsstaat
C
Verzuiling
D
Wederopbouw

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat ging de Nederlandse regering doen om de crisis tegen te gaan?
A
Er werd meer geld uitgegeven aan de industrie
B
Bedrijven moesten meebetalen aan uitkeringen
C
Werklozen kregen een uitkering
D
Er kwamen liefdadigheidsprojecten

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen "stempelen" en "werkverschaffing"? Leg uit met 15-25 woorden.

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Noem twee element op de foto die kenmerkend zijn voor het gezinsleven in Nederland direct na de Tweede Wereldoorlog.

Slide 8 - Open vraag

Hallo test
Waarom ging de Nederlandse regering de uitkeringen verlagen?

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Na WO2 moesten Nederlanders hard werken. De overheid hield de lonen laag. Waarom deden ze dat?
A
Om te bezuinigen, zodat alles weer opgebouwd kon worden
B
Om mensen aan te moedigen zuinig te leven in moeilijke tijden
C
Om de prijzen van producten laag te houden
D
De overheid hield de lonen helemaal niet laag

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wie is dit?
A
Colijn, minster-president in de crisisjaren
B
Kennedy, de Amerikaanse president in 1929
C
koning Willem II, hij veranderde de grondwet

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

NL na WO2, par 3

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wie is dit?
A
Minister-president van NL, meneer Colijn
B
Minister-president van NL, meneer Drees
C
de vader van koning Willem-Alexander

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vul het juiste antwoord in;
Onder leiding van de overheid besloten werknemers en ...(1)... samen te werken en Nederland weer op te bouwen.

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe kon de Nederlandse regering de wederopbouw financieren?
A
Herstelbetalingen van Duitsland
B
Er was geen geld en de wederopbouw duurde lang
C
Geld lenen van de EU
D
Geld uit de VS

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom hielpen de VS Europese landen na WO2?

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke groep mensen werd als eerste geholpen in de wederopbouw?
A
de bejaarden
B
de bedrijven
C
de werklozen
D
de gezinnen

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

"De verzorgingsstaat werd uitgebreid". Leg dit uit + gebruik een voorbeeld.

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat hoort bij "maatregelen van de regering bij de verzorgingsstaat".
Kerk
stempelen
na WO1
na WO2
pensioen
WW
NSB
sociale zekerheid
Marshallplan

Slide 19 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies