3.2 Zien deel 2
1 / 28
Lesduur is: 60 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Link
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Sleep de namen naar het juiste nummer
1
2
3
4
5
6
7
8
9
Vaatvlies
Harde oogvlies
netvlies
lens
hoornvlies
iris
oogzenuw
oogspieren
glasachtig lichaam
Slide 7 - Sleepvraag
Slide 8 - Tekstslide
Bij zeer weinig licht, worden dan de staafjes of de kegeltjes geprikkeld?
A
Staafjes
B
Kegeltjes
Slide 9 - Quizvraag
Slide 10 - Video
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Bij fel licht wordt de pupil:
A
Wijder
B
Nauwer
Slide 14 - Quizvraag
Slide 15 - Tekstslide
Kunnen we op de gele plek het scherpst of het minst scherp zien?
A
Het scherpst
B
Het minst scherp
Slide 16 - Quizvraag
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Waardoor kun je scherp zien?
A
Doordat er een beeld op het netvlies ontstaat.
B
Doordat de vorm van het netvlies verandert.
C
Doordat het beeld op het netvlies wordt omgedraaid.
D
Doordat de bolvorm van de ooglens verandert.
Slide 19 - Quizvraag
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Als je bijziend bent heb je dan een + of - bril nodig?
A
+
B
-
