In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
1.3 Nederlandse stadswijken
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan wij vandaag doen?
Quiz: begrippen §1.2
Leerdoelen voor vandaag
Uitleg
- Aantekeningen maken
Zelfstandig aan de slag
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoelen voor deze les
Je kunt stadswijken uit vijf verschillende perioden herkennen.
Je kunt de verschillen tussen de stadswijken uit vijf verschillende perioden verklaren.
Slide 3 - Tekstslide
Suburbanisatie is...
A
dat mensen naar de stad verhuizen
B
dat mensen naar een ander land verhuizen
C
dat mensen op het platteland gaan wonen
D
dat een stad groeit
Slide 4 - Quizvraag
Wat is bevolkingsdichtheid?
A
Het aantal mensen dat bij elkaar in de straat woont
B
Het aantal mensen dat op een vierkante meter woont
C
Het aantal mensen dat verhuist naar het platteland
Slide 5 - Quizvraag
Wat is urbanisatie?
A
Mensen trekken naar de dorpen
B
Mensen verhuizen
C
Mensen verhuizen naar de steden
D
Mensen zijn op zoek naar ruimte en een grote woning
Slide 6 - Quizvraag
Aantekeningen maken
Open Word op je device of pak je aantekeningenschrift erbij.
Slide 7 - Tekstslide
Het stadscentrum
Elke stad heeft een begin! Dat begin ligt voor veel Nederlandse steden in de middeleeuwen, ongeveer vanaf het jaar 1200.
Dit eerste en oudste stukje van de historische stad is in veel steden nog goed te zien. Je herkent het aan de kleine, oude huizen en gebouwen. Er staat vaak een kerk en er is een marktplein
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Geschiedenis Martinitoren
Wist je dat er eerst twee andere torens hebben gestaan?
De eerste werd gebouwd in de 13e eeuw, maar door blikseminslag werd de toren in 1408 vernietigd!
De toren werd opnieuw gebouwd maar stortte in 1468 in elkaar!
Wist je dat?
Tijdens de Tweede Wereldoorlog overleefde de toren verschillende branden. Onder meer de Grote Markt, de Waagstraat, de Guldenstraat en een belangrijk deel van de Oude Ebbingestraat gingen volledig in vlammen op! De Martinitoren liep echter vrij weinig schade op. In een van de klokken is nog wel altijd een kogelgat te zien.
Iemand de ogen uitsteken
Tijdens de eerste bouw van de toren, was groningen zo trots op de klokken in de toren. Dat de architect nergens anders zulk soort klokken mocht nabouwen. Om dit te voorkomen werd besloten om zijn ogen uit te steken!
De spreekwoorden ‘iemand de ogen uitsteken’ en iemand het licht niet in de ogen gunnen’ zijn hierdoor ontstaan.
Slide 11 - Tekstslide
De arbeiderswijken
Na 1850 werden er arbeiderswijken rond het stadscentrum gebouwd. Daar woonden de arbeiders dicht bij de fabrieken.
Slide 12 - Tekstslide
Zelfstandig aan de slag!
Lezen: de lesstof van §1.3 Nederlandse stadswijken.