Geluk
1 / 18
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 3 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 4 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 5 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 6 - Tekstslide
Deel een post-it uit:
Laat de studenten op de post-it antwoord geven op vraag 1 en 2.
Bespreek de antwoorden klassikaal.
De post-it hebben ze aan het einde van de les weer nodig.
Slide 7 - Tekstslide
Het world hapinnes report wordt jaarlijks opgesteld door wetenschappers uit de verenigde staten. Zij houden een enquete over hoe mensen zich in een land voelen.
Over een tijdsbestek van drie jaar wordt er gekeken naar hoe burgers zich voelen, de sociale steun die zij aan elkaar hebben, de corruptie binnen hun regering maar ook hun fysieke en mentale gezondheid
Na de pandemie dachten veel mensen dat Nederland erg zou dalen op de ranglijst omdat er heel veel mensen ongelukkig zijn. Dit is niet gebeurt.
Wat is geluk volgens jou?
Slide 8 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
Slide 9 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 10 - Tekstslide
1 Geld maakt gelukkig.
2 Slimme mensen zijn gelukkiger dan minder slimme mensen.
3 Goede vrienden zijn onmisbaar voor je geluk.
4 Mensen met kinderen zijn gelukkiger dan mensen zonder kinderen.
5 Gezonde mensen zijn gelukkiger dan mensen die ziek zijn.
6 Jonge mensen zijn gelukkiger dan oude mensen.
7 Mooie mensen zijn gelukkiger dan minder mooie mensen.
8 Mensen die hoog zijn opgeleid zijn gelukkiger dan mensen die lager zijn opgeleid.
9 Gelukkige mensen leven langer.
1 Geld draagt bij aan geluk.
2 Intelligentie heeft invloed op het geluksniveau.
3 Het hebben van goede vrienden draagt bij aan jouw geluk.
4 Ouderschap heeft invloed op het geluksniveau.
5 Een goede gezondheid draagt bij aan geluk.
6 Leeftijd heeft invloed op het geluksniveau.
7 Uiterlijk heeft invloed op het geluksniveau.
8 Opleidingsniveau heeft invloed op het geluksniveau.
9 Gelukkige mensen hebben mogelijk een langere levensverwachting.
Slide 11 - Tekstslide
Geluk is dus voor iedereen anders zoals je net gemerkt hebt bij het meningsspel.
maar er zijn wel 4 hormonen die geluk bevorderen, namelijk;
oxytocine, serotonine, dopamine en endorfine.
Slide 12 - Tekstslide
Oxytocine heeft niet voor niets de bijnaam knuffelhormoon. Het wordt aangemaakt tijdens aanrakingen, oogcontact en seks. Oxytocine zorgt ervoor dat jij je vertrouwd en geliefd voelt. Daarnaast blijkt dit knuffelhormoon nóg een superkracht te hebben. Als jij namelijk in tijden van stress toenadering zoekt tot mensen die je kunnen steunen, dan zorgt oxytocine ervoor dat je stresshormonen afbreekt en je hart versterkt. Mocht je meer over deze superkracht willen weten. Kijk dan zeker even deze Ted Talk. Hier wat tips om extra oxytocine aan te maken.
Hug it out. Mensen zijn sociale dieren en hebben elkaars contact nodig. Knuffelen is werkelijk perfect als je even wat oxytocine tekort komt. Zelfs oogcontact of een simpele aanraking helpt. Wist je dat tegenwoordig mensen leiden aan ‘huidhonger‘? We raken elkaar niet genoeg aan en ons lichaam heeft het echt nodig.
Neem een massage. Het werkt niet alleen ontspannend voor je spieren. Maar zorgt er ook nog eens voor dat je lichaam volraakt van het knuffelhormoon.
Oxytocine is het hormoon dat geproduceerd wordt tijdens de zwangerschap en borstvoeding. Het zorgt ook voor de kick van MDMA, een populaire drug, die oxytocine in de hersenen vrijmaakt. Oxytocine wordt primair geassocieerd met liefdevolle aanrakingen en relaties. Dit hormoon geeft een warm en wazig gevoel en zorgt voor de stimulatie van dopamine en serotonine. Het vermindert tegelijkertijd onze angst. Om jouw shot oxytocine te krijgen zonder naar de ecstasy te grijpen moet je iemand van wie je houdt een knuffel geven. Zelfs het aaien van een huisdier zal helpen.
Oxytocine is het hormoon dat geproduceerd wordt tijdens de zwangerschap en borstvoeding. Het zorgt ook voor de kick van MDMA, een populaire drug, die oxytocine in de hersenen vrijmaakt. Oxytocine wordt primair geassocieerd met liefdevolle aanrakingen en relaties. Dit hormoon geeft een warm en wazig gevoel en zorgt voor de stimulatie van dopamine en serotonine. Het vermindert tegelijkertijd onze angst. Om jouw shot oxytocine te krijgen zonder naar de ecstasy te grijpen moet je iemand van wie je houdt een knuffel geven. Zelfs het aaien van een huisdier zal helpen.
Slide 13 - Tekstslide
Serotonine is waarschijnlijk de meest bekende stof omdat dit de stof is waar het medicijn antidepressiva op inwerkt. Serotonine is een neurotransmitter, die van nature wordt gestimuleerd door meerdere dingen die we iedere dag kunnen doen. Blootstelling aan helder licht bijvoorbeeld, met name zonlicht, is een van de manieren om serotonine te verhogen. Sporten en gelukkige gedachten stimuleren de productie ook.
Slide 14 - Tekstslide
Dopamine is een neurotransmitter die vaak gezien wordt als het chemicalie van de beloningen. Als je een doelpunt scoort, een deadline haalt, of een ingewikkelde taak weet te volbrengen, krijg je een prettig shot dopamine. Hierdoor weet je dat je goed werk hebt geleverd. Zulke shots krijg je ook als je iets aardigs doet voor iemand anders. Van vrijwilligerswerk is aangetoond dat het je dopaminegehalte doet toenemen. Sommige onderzoekers hebben ontdekt dat er alleen liefdevolle gedachten nodig zijn om je dopaminegehalte te verhogen.
Slide 15 - Tekstslide
Endorfines zijn bedwelmende neuropeptiden. Dat betekent dat ze bij het centrale zenuwstelsel aangemaakt worden om ons te helpen met fysieke pijn om te gaan. Ze geven ons ook een licht gevoel in ons hoofd en maken ons soms zelfs duizelig. Een niet te pijnlijke manier om endorfines te stimuleren is door te sporten. Een onderzoek toonde aan dat 10 dagen lang iedere dag 30 minuten op een loopband lopen voldoende is om een klinische depressie te verminderen.
Slide 16 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 17 - Tekstslide
De studenten schrijven hun antwoord op de post-it die zij eerder deze les gekregen hebben.
Bespreek daarna antwoorden klassikaal.
Slide 18 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
