2.2 Een leven lang leren Deel 2

2.2 Een leven lang leren
Deel 2
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Introductie

Een leven lang leren Deel 2

Onderdelen in deze les

2.2 Een leven lang leren
Deel 2

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Allemaal leuk...
maar IK dan?
  • Tijdens het hele proces ontwikkel je ook jezelf:          'je eigen ik'

  • Dit heet identiteit = de persoon die jij bent, gevormd door alle kenmerken die bij jou horen en je ervaringen.

Slide 3 - Tekstslide

Referentiekader - Normen - Verwachtingen

Slide 4 - Tekstslide

Begrippen: 
  • Rolgedrag/ Rolpatronen
  • Rolbevestigend
  • Roldoorbrekend 
  • Gendernormen
  • Genderneutraal

Slide 5 - Tekstslide

Rolgedrag
Gedrag dat we van elkaar in bepaalde situaties verwachten.
Rolbevestigend gedrag
Roldoorbrekend gedrag

Slide 6 - Tekstslide

Rolbevestigend gedrag
Roldoorbrekend gedrag

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Rollen doorbreken
Wanneer je je gedraagt volgens een rolpatroon, dan vertoon je rolbevestigend gedrag.

Roldoorbrekend gedrag = Gedrag dat je niet direct bij iemands rol verwacht.



 

Slide 10 - Tekstslide

Begrippen: 
  • Rolbevestigend
  • Roldoorbrekend 
  • Gendernormen
  • Genderneutraal

Slide 11 - Tekstslide

Rollen:
Rolpatronen: gedrag dat we van elkaar in bepaalde situaties verwachten.

Rolbevestigend: wat bij je rol past. 

Roldoorbrekend: wat je in eerste instantie niet van iemand verwacht. 

Slide 12 - Tekstslide

Rolbevestigend / veranderend?

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Zoek een plaatje waarin een rolbevestiging te zien is:

Slide 15 - Open vraag

Zoek een plaatje waarin een roldoorbreking te zien is:

Slide 16 - Open vraag

Oefenvragen paragraaf 2.2
Lees in je lesboek bladzijde 22 - 23

Slide 17 - Tekstslide

Bij sociale controle:
A
letten mensen op hoe jij je gedraagt.
B
controleren mensen elkaars waarden.
C
verdedigt iedereen zijn belangen.
D
gaat het vooral om het afleren van aangeboren eigenschappen.

Slide 18 - Quizvraag

Een ander woord voor beloning en straf is …

Welk woord is weggelaten?
A
aangeleerd
B
eigenschap
C
sanctie
D
imitatie

Slide 19 - Quizvraag

Zijn de uitspraken juist of onjuist?

1. Boodschappen doen voor je buren is een positieve sanctie.
2. Sancties hebben te maken met sociale controle.
A
1 is juist, 2 is onjuist.
B
1 is onjuist, 2 is juist.
C
1 en 2 zijn beide juist.
D
1 en 2 zijn beide onjuist.

Slide 20 - Quizvraag

Als normen en waarden een vanzelfsprekend gedeelte van je gedrag zijn geworden, is er sprake van:
A
een sanctie.
B
sociale controle.
C
imitatie
D
internalisatie

Slide 21 - Quizvraag

Je identiteit is een combinatie van je ervaringen en je ...

Welk woord is of welke woorden zijn weggelaten?
A
aangeboren eigenschappen.
B
sociale controle.
C
aangeleerde eigenschappen.
D
kennis

Slide 22 - Quizvraag

Wat is een goed voorbeeld van een rolpatroon?
A
Een bankdirecteur op de fiets.
B
Een vrouwelijke stratenmaker.
C
Een leraar die veel spelfouten maakt.
D
Een strenge politieagent.

Slide 23 - Quizvraag

Wat zijn rolpatronen?
A
Rolpatronen zijn hetzelfde als beeldvorming.
B
Rolpatronen zijn aangeboren.
C
Rolpatronen geven aan welk gedrag van je verwacht wordt.
D
Rolpatronen zijn gekleurde stukken behang.

Slide 24 - Quizvraag

De verandering in het OV van Beste dames en heren naar Beste reizigers is een voorbeeld van:
A
Socialisatie
B
Internalisatie
C
rolpatronen
D
Genderneutraal

Slide 25 - Quizvraag

Wat is genderneutraal?
A
Als mannen en vrouwen dezelfde kleding dragen.
B
Als er geen onderscheid wordt gemaakt tussen mannen en vrouwen.
C
Als homo's, lesbiennes en biseksuelen worden geaccepteerd.
D
Als mannen en vrouwen compleet gelijk zijn.

Slide 26 - Quizvraag

Een toilet zonder logo voor jongens of meisjes noemen we
A
Cisgender
B
Non binair
C
Genderneutraal
D
Bi-seksueel

Slide 27 - Quizvraag