In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
WO NAUT thema 3
Slide 1 - Tekstslide
Elektriciteit en magnetisme
Slide 2 - Woordweb
Met elektriciteit kun je magnetisme opwekken. Omgekeerd is het mogelijk om met magneten stroom op te wekken. Apparaten met draaiende elementen hebben vrijwel altijd een elektromotor. Dat is een motor die draait dankzij elektriciteit en een magneet.
Slide 3 - Tekstslide
Wat zijn elektronen?
A
De energie die een stroom elektronen overbrengt.
B
Elektronen kunnen niet, stromen, maar willen dat wel.
C
Kleine onzichtbare deeltjes die door een stroomdraad stromen
D
kleine zichtbare deeltjes die door een stroomdraad stromen.
Slide 4 - Quizvraag
Wat is statische elektriciteit?
A
De energie die een stroom elektronen overbrengt.
B
Elektronen kunnen niet stromen, maar willen dat wel.
C
Kleine onzichtbare deeltjes die door een stroomdraad stromen.
Slide 5 - Quizvraag
Welke zinnen over spanning zijn niet waar?
A
Op plastic beschermlaag van een stroomdraad staat spanning.
B
Hoeveel energie een batterij levert, hangt niet af van de spanning
C
Dankzij de spanning op het stopcontact krijgen apparaten energie.
Slide 6 - Quizvraag
Om stroom te laten lopen is een stroomkring nodig. Die maak je door een stekker met een apparaat eraan in het stopcontact te steken. Op een stopcontact staat spanning. Elektrische spanning wordt gemeten in Volts (afgekort V). De spanning staat voor de kracht waarmee de stroombron de elektronen door de draad laten stromen.
Slide 7 - Tekstslide
Hoe ontstaat een kortsluiting?
A
Door zekeringen in de meterkast
B
Door beschadigde stroomdraden
C
Door statische elektriciteit
Slide 8 - Quizvraag
Welke polen trekken elkaar aan?
A
Pluspool - pluspool
B
Minpool - Minpool
C
Minpool - pluspool
D
Pluspool - minpool
Slide 9 - Quizvraag
Noem apparaten waar een accu in zit.
Slide 10 - Woordweb
Wist je dat....
Stroom naar jou huis gaat doordat er elektriciteit wordt gemaakt van energiebronnen. Dat daarna hoogspanningskabels de energie vervoeren. De spanning op de stroomdraden worden verlaagd. En uiteindelijk de stroom in je huis komt, via de meterkast.
Slide 11 - Tekstslide
Noem voorwerpen die aan magneten zouden blijven hangen.
Slide 12 - Woordweb
Een elektromagneet maak je met een...
A
zekering.
B
spoel.
C
kompas.
D
spanning
Slide 13 - Quizvraag
wist je dat....
de aarde een grote magneet is met een Noord- en een Zuidpool.