VPRO2 - H4 Ondersteuningsplan in de praktijk

VPRO cohort 2020
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
VPROMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

VPRO cohort 2020

Slide 1 - Tekstslide

Lesplanning week 1.2


1. Terugblik week 1
2. Theorie H4: Ondersteuningsproces in de praktijk
3. Aan de slag & huiswerk 

Slide 2 - Tekstslide

Je begeleiding is erop gericht dat een cliënt zoveel mogelijk taken blijft uitvoeren: misschien eerst onder begeleiding, maar daarna mogelijk steeds zelfstandiger.

Wat bevorder je hier bij de cliënt?
A
Eigen verantwoordelijkheid
B
Zelfregie
C
Behulpzaamheid
D
Sociaal netwerk

Slide 3 - Quizvraag

Methodische cyclus
Evalueren 
Verzamelen informatie
Uitvoeren 
Vaststellen van behoeften
Doelen formuleren
Plan maken

Slide 4 - Sleepvraag

Wat weet je al over het ondersteuningsplan in de praktijk?

Slide 5 - Woordweb

Het ondersteuningsplan 

= Een schriftelijke weergave van het geheel van afspraken en doelen in de ondersteuning tussen een cliënt en een zorgaanbieder


  • Komt tot stand in dialoog (driehoeksverhouding) tussen de cliënt, hulpverleners en het sociaal netwerk.
  • Is persoonlijk
  • Geeft afspraken over wensen en doelen weer
  • Is gericht op eigen regie, zelfredzaamheid en kwaliteit van bestaan
  • Is toekomstgericht
  • Is begrijpelijk en toegankelijk voor de cliënt
  • Is overzichtelijk

Slide 6 - Tekstslide

Welke taken heb je volgens jou als persoonlijk begeleider bij het ondersteuningsplan?

Slide 7 - Woordweb

Het ondersteuningsplan inrichten

Uiteraard op basis van de methodische cyclus.
--> Terugkerende stappen: bespreken, vaststellen, uitvoeren, evalueren, bijstellen, vaststellen, uitvoeren, evalueren etc…’’

                            --> Dit leidt tot een ondersteuningscyclus


Als persoonlijk begeleider SD heb jij regie over het ondersteuningsplan,
jouw verantwoordelijkheden hierbij zijn:
- Observeren, analyseren, signaleren
- Gesprekken voeren, informatie verstrekken, rapporteren
- Vormgeving (vaste richtlijnen vanuit de organisatie)
- Afspraken (doelen, werkwijze, verantwoordelijkheden, afstemming, evaluatie momenten)
- Rechten en plichten verwerken





Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Vanwege het recht van de cliënt op informatie mag de persoonlijk begeleider geen informatie doorgeven aan de cliënt.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quizvraag

Rechten en plichten
Recht op toestemming: Een hulpverlener moet aan een cliënt > 16 en wilsbekwaam is, toestemming vragen voor de inhoud van het plan.

Recht op informatie: Voordat de cliënt toestemming geeft voor het ondersteuningsplan/ wijziging ervan moet hij geïnformeerd worden door de hulpverlener. 

Recht op privacy: De cliënt moet kunnen rekenen op geheimhoudingsplicht. 

Recht op inzage: De cliënt mag zijn eigen dossiers ten alle tijde inkijken. 

Slide 11 - Tekstslide

Ondersteuningsplan
Je brengt de volgende leefgebieden altijd in kaart:
1. Wonen
2. Dagbesteding
3. Financiën
4. Lichamelijke gezondheid
5. Psychisch functioneren
6. Psychisch functioneren
7. Praktisch functioneren
8. Sociale contacten
9. Zingeving

Slide 12 - Tekstslide

Thema opdracht 1
Stap 1
Bestudeer de theorie over ‘Voorzieningen’, ‘Vormen van zorg en hulpverlening’ en ‘Doelgroepen’.
Stap 2
Vorm groepjes van drie of vier studenten die uit dezelfde regio (dorp of wijk in een stad) komen.
Onderzoek welke organisaties in jullie directe woonomgeving maatschappelijke zorg aanbieden. Noteer van elke doelgroep minimaal een en maximaal drie organisaties in de tabel. Mogelijk zijn in jullie woonomgeving geen voorzieningen voor een specifieke doelgroep. In dat geval houd je het vakje leeg.
 hoort een korte beschrijving waarbij je ingaat op de drie hiervoor gestelde vragen.
Stap 4
Ieder groepje hangt zijn kaart op in het leslokaal. Per kaart is er een vertegenwoordiger van het subgroepje die vragen beantwoordt.
Loop langs de kaarten en stel verduidelijkende vragen over de kaarten. De vertegenwoordiger gaat in op de vragen.
Bespreek met de gehele lesgroep:
Waar zitten de overeenkomsten en de verschillen tussen de kaarten van de
verschillende groepjes?
Wat valt jullie op?
















Slide 13 - Tekstslide

Stap 3
Print een kaart van jullie omgeving. Noteer op deze kaart de naam en de plaats waar de organisaties zich bevinden die je in stap 2 hebt gevonden.
Zet op de kaart (of ernaast) bij elke organisatie een korte beschrijving waarin je de volgende vragen beantwoordt:
Welk soort voorziening is het?
Welke vorm van zorg en hulpverlening biedt de voorziening?
Met welke doelgroepen werkt men?
Let op: Het resultaat is een overzichtelijke kaart waarop organisaties voor maatschappelijke zorg staan. Bij elke organisatie
Stap 4
Ieder groepje hangt zijn kaart op in het leslokaal. Per kaart is er een vertegenwoordiger van het subgroepje die vragen beantwoordt.
Loop langs de kaarten en stel verduidelijkende vragen over de kaarten. De vertegenwoordiger gaat in op de vragen.
Bespreek met de gehele lesgroep:
Waar zitten de overeenkomsten en de verschillen tussen de kaarten van de
verschillende groepjes?

Slide 14 - Tekstslide

Huiswerk 
- Digitale leeromgeving
* Alle opdrachten H2 (zowel verwerkingsopdrachten N3/4 + 4)
* Praktijksituatie - Wie binnen drinkt doet dat niet op straat)
* 2.4 Ondersteuningsplan in de praktijk: opdracht 1 t/m 4
* Thema opdracht 1 
 
Uiterlijk 22 september klaar



Slide 15 - Tekstslide