Brugklas 11 januari

1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Planning deze week 
Blok 4:
Fictie 
Grammatica:
- Zinsontleden: meewerkend voorwerp, bijwoordelijke bepaling 
- Woordsoorten: persoonlijk voornaamwoord 

Slide 2 - Tekstslide

Weektaak 
Maken grammatica:
B4 – O9 (blz. 173)
B4 – O11 t/m O14 (blz. 175-176)
B4 – O16 t/m O18 (blz. 177-178)
B4 – O19 t/m O22 (blz. 178 t/m 180)

Slide 3 - Tekstslide

Fictie 
Spanning in verhalen: 

Hoe maakt een schrijver een verhaal spannend?

Slide 4 - Tekstslide

Spanning opwekken in een verhaal: 
- gevaarlijke omgeving 
- gevaarlijke situatie 
- onverwachte wending
- cliffhanger 
- aanwijzingen voor de afloop van het verhaal (wat zal er precies gebeuren?) 
- uitstel vlak voor de ontknoping 

Slide 5 - Tekstslide

We lezen samen het fragment op p. 162-164, uit Test van Miriam Mous. 

Vraag: op welke manieren wordt er spanning opgewekt in dit fragment?

Slide 6 - Tekstslide

Maak nu opdracht 1, p. 165 
vragen 1 t/m 6 

Bespreking morgen

Slide 7 - Tekstslide

1 a De hoofdpersoon is Elvis Long.
 b Hij is nieuwsgierig, hij blijft vrij kalm en hij is een beetje eigenwijs, omdat hij toch aan iemand vertelt wat er met zijn vader aan de hand is. Hij is vrij nuchter, want hij gelooft niet dat je van gokken rijk kunt worden.
2 Hij gaat uitzoeken wie zijn vader als laatste heeft gezien. Die persoon moet dan de ontvoerder zijn.
3 a Hondenrennen zijn wedstrijden tussen hazewindhonden. Je kunt geld verdienen door te gokken welke hond het snelst is en dus gaat winnen.
 b Jaren geleden heeft hij ooit een keer een flink bedrag gewonnen.
 c Hij hoopt rijk te worden.
 d Elvis vindt het dom, hij gelooft er niets van dat je met gokken rijk kunt worden.

Slide 8 - Tekstslide

4 Het verhaal speelt zich af in Engeland. Dat kun je zien aan de Engelse namen voor straten en bedrijven, aan het typisch Engelse eten (vis en friet) en hondenraces behoren tot de Engelse cultuur.
 Het speelt zich af in een stad, dat weet je omdat het een centrum heeft.
 De stad ligt aan de kust, dat weet je omdat er een strand is.
5 Elvis bedoelt hiermee dat hij veel spijt heeft van wat hij heeft gezegd tegen Talisha.
6 De vertelde tijd is een paar uur. Nadat Elvis het briefje heeft gekregen, loopt hij naar verschillende plaatsen in de stad om onderzoek te doen.


Slide 9 - Tekstslide

Tot morgen!

Slide 10 - Tekstslide