unidad 1.3

Buenas tardes
¿Qué tal ?

unidad 1.3
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMBOStudiejaar 4

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Buenas tardes
¿Qué tal ?

unidad 1.3

Slide 1 - Tekstslide

Sleep de blauwe woorden naar de gele woorden!
yo
él, ella, usted
nosotros
vosotros
ellos, ellas, ustedes
soy
eres
es
somos
sois
son

Slide 2 - Sleepvraag

¿Cuántos años tienes?
Tengo  58  años

Slide 3 - Tekstslide

Geeft de vervoeging van de regelmatige werkwoorden : tegenwoordige tijd 
 _______(tener-yo) una bicicleta roja 
Sam___________ (tener) un gato
Emely y Luke _______________(tener) dos hermanos
Maud y yo ___________ (tener) diecisiete años
 Alex y yo _____ (tener) clases español los lunes.
Tú...................................(tener) muchos amigos
tengo
tiene
tienen / tenéis
tenemos
tenemos
tienes

Slide 4 - Sleepvraag

Lidwoorden in het Spaans
bepaald (de/het)
enkelvoud
meervoud
mannelijk
el libro
het boek
los libros
de boeken
vrouwelijk
la mesa
de tafel
las mesas
de tafels
onbepaald (een)
enkelvoud
meervoud
mannelijk
un libro
een boek
unos libros
enkele boeken
vrouwelijk
una mesa
een tafel
unas mesas
enkele tafels

Slide 5 - Tekstslide

mannelijke woorden
Vrouwelijke woorden
televisión
avión
café
libro
ciudad
Fresa
médico
información
playa

Slide 6 - Sleepvraag

Slide 7 - Video

Welke lidwoord?
aeropuerto
A
las
B
los
C
el
D
la

Slide 8 - Quizvraag

Welke lidwoord?
calle (straat)
A
la
B
los
C
las
D
las

Slide 9 - Quizvraag

Welke lidwoord?
bicicletas
A
la
B
las
C
lo
D
los

Slide 10 - Quizvraag

Welke lidwoord?
teatros
A
los
B
las
C
la
D
el

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Link

Plaats de zelfstandige naamwoorden bij het juiste lidwoord.
la
una
los
unos
las
unas
el
un
profesor
hoteles
maletas
libro
hermanos
aviones
vacaciones
tienda
señora
familia

Slide 13 - Sleepvraag

Schrijf 4 woorden
in het meervoud

Slide 14 - Woordweb

huiswerk CDE 1.04 t/m1.08

Slide 15 - Tekstslide

El, La






           1.05/106  (bz 140 ) ¿Qué significa?


Slide 16 - Tekstslide

Verbos -ar 1.11, páginas 25/26
STAM +
Yo
o
as
Él/ella/usted
a
Nosotros
amos
Vosotros
áis
Ellos/ellas/ustedes
an

Slide 17 - Tekstslide

verbos regulares (regelmatige werkwoorden)
-ar, -er, -ir



Hablar
(praten)

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Slide 20 - Video

- AR werkwoorden
yo bail
tú bail
él/ella/usted bail
Nosotros/nosotras bail
vosotros/as bail
ellos/ellas/ustedes bail
-O
-AS
-A
-AMOS
-ÁIS
-AN

Slide 21 - Sleepvraag

Schrijf deze werkwoorden op -ar 
Maak de hele rij zoals bij ´trabajar"
 
 Werkwoorden op -Ar

Slide 22 - Tekstslide

Oefenen met regelmatige werkwoorden op -AR
YO
ÉL, ELLA, USTED
NOSOTROS, NOSOTRAS
VOSOTROS, VOSOTRAS
ELLOS, ELLAS, USTEDES
HABLO
BAILO
CANTA
BAILAN
ESCUCHAS
TOCAMOS
ESCUCHÁIS
BAILA
HABLAN
CANTAMOS
ESTUDIÁIS
HABLAS

Slide 23 - Sleepvraag

Deberes 1.09, 1.10,1.11

Slide 24 - Tekstslide