In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Winterdijk
Zomerdijk
Uiterwaard
Kribben
Slide 1 - Sleepvraag
Welke soort vervuiling?
A
Organische vervuiling
B
Chemische vervuiling
C
Thermische vervuiling
Slide 2 - Quizvraag
Welke soort vervuiling?
A
Organische vervuiling
B
Chemische vervuiling
C
Thermische vervuiling
Slide 3 - Quizvraag
Het zorgen voor het juiste waterpeil is erg belangrijk in een polder.
Welke begrippen horen bij welke omschrijving?
Draineren
Bemaling
Inklinking
Het inzakken van de grond door uitdroging en verrotting.
Het oppompen van water uit een laaggelegen gebied.
Het laten wegstromen van water om de grond droog genoeg te maken voor landbouw.
Slide 4 - Sleepvraag
Door klimaatverandering ontstaat wateroverlast op drie verschillende schaalniveaus. Welke schaalniveaus horen bij welke gevolg?
Schaal van deel van een continent
Wereldschaal
Plaatselijk
De zeespiegel stijgt door het afsmelten van poolijs en het uitzetten van zeewater.
Door langere droogtes en perioden met veel neerslag verandert het regiem van rivieren.
Door het meer heftige onweersbuien bij warm weer staan straten vaker onder water.
Slide 5 - Sleepvraag
Je kunt vervuiling van water op verschillende manieren indelen. Een manier is naar de stoffen waarmee het water is vervuild. Welke begrippen horen bij welke omschrijving?
Chemische vervuiling
Thermische vervuiling
Organische vervuiling
Het water is vervuild met biologisch afbreekbare stoffen uit bijvoorbeeld voedsel.
Het water is vervuild met stoffen die door mensen zijn gemaakt en die moeilijk afbreekbaar zijn.
Er zijn geen stoffen aan het water toegevoegd, maar het water is warmer, wat nadelig is voor het leven in het water.
Slide 6 - Sleepvraag
Waarom kunnen wij grondwater uit het westen niet goed als drinkwater gebruiken?
Slide 7 - Open vraag
Slide 8 - Tekstslide
Welke maatregel uit "ruimte voor de rivier"zie je op de foto
A
aanleggen van een nevengeul
B
dijkverlegging
C
uiterwaarde afgraving
D
dijkberhoging
Slide 9 - Quizvraag
Slide 10 - Tekstslide
welke maatregel uit "ruimte voor de rivier" is hier toegepast
A
kribverlaging
B
dijkverlegging
C
dijkverhoging
D
nevengeul
Slide 11 - Quizvraag
Slide 12 - Tekstslide
welke maatregel uit "ruimte voor de rivier" wordt hier toegepast
A
uiterwaarde afgraving
B
dijkverlegging
C
dijkverhoging
D
kribverlaging
Slide 13 - Quizvraag
waarom helpt kribverlaging om de rivier minder snel te laten overstromen
Slide 14 - Open vraag
wat is de "watervoetafdruk"?
A
totaal aan water wat je uit de kraan gebruikt
B
totaal aan water wat je gebruikt in en om je huis
C
Al het zoete water dat iemand gebruikt voor huishouden en landbouw- en industrieproducten.
Slide 15 - Quizvraag
waterchallenge.be
Slide 16 - Link
de overwal bestaat uit:
A
zand
B
klei
Slide 17 - Quizvraag
de komgronden bestaan uit:
A
zand
B
klei
Slide 18 - Quizvraag
Slide 19 - Tekstslide
Hoe noem je de waterplas op de foto
Slide 20 - Open vraag
Kunstmatige afwatering is in hoog Nederland niet nodig. daar is natuurlijke afwatering, vanwege het hoogteverschil. Met een ......... proberen ze toch water vast te houden. wat moet op de stippellijn staan?
A
sluis
B
stuw
Slide 21 - Quizvraag
Het naar de bodem zakken (neerleggen) van klei en slib noem je...