Het standpunt van waaruit een verhaal wordt verteld.
1. Ik-vertelperspectief
De gebeurtenissen worden verteld door een personage in de ik-vorm.
2. Personaal vertelperspectief
De gebeurtenissen worden in de hij- of zij-vorm verteld.
Slide 8 - Tekstslide
Vertelperspectief
3. Auctoriaal vertelperspectief
Dit is een alwetende verteller, die zelf geen rol speelt in het verhaal, maar hij weet alles van alle personages en gebeurtenissen.
4. Wisselend perspectief
Als een schrijver kiest voor het ik-perspectief of het hij- of zij-perspectief, dan kunnen verschillende personages elkaar afwisselen als hoofdpersoon en/of verteller.
Slide 9 - Tekstslide
Kijk naar de volgende korte film 'Raak'
Vragen:
Beschrijf de setting (= tijd + ruimte)
Bij wie ligt het perspectief?
Wat kom je te weten over de hoofdpersonen?
Wat kun je zeggen over de vertelvolgorde? (chronologisch, niet-chronologisch, terugverwijzing, vooruitwijzing, flashback)
Slide 10 - Tekstslide
0
Slide 11 - Video
Aan de slag!
Maak de vragen op de volgende slides
12 t/m 29
Slide 12 - Tekstslide
Hoe weet je in welke tijd het verhaal speelt?
De historische tijd kun je aflezen aan:
Jaartal
Historisch figuur (bijv. Philips II van Spanje --> 16e eeuw)
Historische gebeurtenis (bijv. De val van de muur in Duitsland --> 1989)
Gewoontes, voorwerpen, kleding en eten (bijv. hoge hoed -> vooral eerste helft 19e eeuw; bijv. Volkswagen Polo --> sinds wanneer geproduceerd? --> 1975 of later)
Omgeving (bijv. het gebouw Beeld en Geluid in Hilversum --> wanneer gebouwd? --> 2006 of later)
Tijdloze verhalen: Er was eens …..
Slide 13 - Tekstslide
Wat is de historische tijd van dit fragment? “De ochtend gloor helder en koud, met iets tintelends in de lucht dat op het einde van de zomer duidde. Ze vertrokken met de dageraad om getuige te zijn van een onthoofding, twintig man in totaal. Bran reed tussen hen in, een en al nerveuze opwinding. Voor het eerst was hij oud genoeg bevonden om zijn heer vader en broers te vergezellen, om te zien hoe in naam des konings de gerechtheid werd voltrokken.”George R. R. Martin. (1996). Het lied van IJS en Vuur, Het eerste boek. Spel der tronen, p. 19.
Slide 14 - Open vraag
Slide 15 - Tekstslide
Welk perspectief zie je bij het fragment van Sherlock Holmes?
A
alwetende verteller
B
personaal/hij-zij
C
ik-vertelperspectief
Slide 16 - Quizvraag
Wat is de historische tijd? “Jochem stuurt appjes en selfies, meer dan normaal, want hij moet in beeld zien te blijven bij zijn vrienden.” Daan Remmerts De Vries. (2017). Geest, 64
Slide 17 - Open vraag
Slide 18 - Tekstslide
Lees het fragment op de vorige slide. Hier is sprake van een...
A
Terugverwijzing
B
Vooruitwijzing
C
Flashback
D
Flashforward
Slide 19 - Quizvraag
Leg uit wat het verschil is tussen verteltijd en vertelde tijd.
Slide 20 - Open vraag
Wat wordt bedoeld met chronologische volgorde?
Slide 21 - Open vraag
'Ik liep naar het lokaal toe. Ik wist toen al dat ik een 8 voor de toets zou gaan halen, zo goed had ik geleerd.'
A
ik-perspectief
B
personaal perspectief
C
alwetend perspectief
D
meervoudig perspectief
Slide 22 - Quizvraag
Welke 4 perspectieven zijn er in verhalen?
Slide 23 - Open vraag
Een chronologisch verteld verhaal kan flashbacks bevatten
A
Niet waar
B
Waar
Slide 24 - Quizvraag
Een chronologisch verhaal kan tijdssprongen bevatten
A
Niet waar
B
Waar
Slide 25 - Quizvraag
Een flashforward en een vooruitwijzing zijn hetzelfde
A
Niet waar
B
Waar
Slide 26 - Quizvraag
Lesdoel behaald? Ik weet welke 4 vertelperspectieven er zijn.
A
Ja
B
Nee
Slide 27 - Quizvraag
Lesdoel behaald? Ik weet welk vertelperspectief in Geest wordt gebruikt.
A
Ja
B
Nee
Slide 28 - Quizvraag
Lesdoel behaald? Ik weet welke 4 vertelperspectieven er zijn.