EC2_Bij welke markt hoort jouw product

EC2_Bij welke markt hoort jouw product
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

EC2_Bij welke markt hoort jouw product

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je weet in welke twee categorieën een product wordt verdeeld.
  • Je weet welke vier markvormen er zijn en kunt bedrijven sorteren in deze vier marktvormen.

Slide 2 - Tekstslide

Producten worden verdeeld in de categorieën :
  • Homogene producten of heterogene producten
  • Homogene producten zijn producten waarbij er geen verschillen tussen de producten zijn. 
  • Een voorbeeld zijn van homogene producten zijn landbouwproducten zoals melk (van de boer), suiker en graan of elektriciteit en gas
  • Heterogene producten zijn producten waarbij er verschillen in het product zijn en bij elke producent is het product net even anders
  • Voorbeelden hiervan is bier, eten uit een restaurant en kleding 

Slide 3 - Tekstslide

Heterogene goederen

Homogene goederen
Tarwe
Kristal suiker
Elektriciteit
Frisdrank
Melk van de fabriek
Auto
Geld

Slide 4 - Sleepvraag

Bedrijven zitten in 1 van de volgende 4 markten:
Monopolie
Oligopolie
Volkomen concurrentie
Monopolistische concurrentie

Slide 5 - Tekstslide

Monopolie:
  • Een markt heeft maar één bedrijf die het product maakt. Dit bedrijf kan dus de prijs betalen. 
  • In Nederland is dit verboden, omdat bedrijven dan hoge prijzen kan opleggen op een product.

Slide 6 - Tekstslide

Zijn er dan helemaal geen monopolies in Nederland?

Slide 7 - Open vraag

Oligopolie: 
  • Een markt waar maar weinig bedrijven producten van maken.
  • Een kenmerk van een oligopolie is dat het lastig is voor nieuwe bedrijven om op de markt te komen, door de hoge instapprijs. 
  • Letop! dit kenmerk geldt niet voor alle bedrijven die in de marktvorm oligopolie zitten.
  • Voorbeelden van oligopolie:
  • Oliebedrijven en gameconsoles 

Slide 8 - Tekstslide

Volkomen concurrentie:

  • Een markt met veel bedrijven, dus er zijn veel bedrijven die dit product maken
  • Deze markten bieden alleen homogene goederen aan. 
  • Homogene goederen zijn: identieke producten. (komt weinig voor)
  • Voorbeelden van homogene goederen zijn: gas, elektriciteit en water uit de kraan.
  • Voorbeeld van volkomen concurrentie:
  • Zijn landbouw bedrijven. 

Slide 9 - Tekstslide

Monopolistische concurrentie:

  • Een markt met veel bedrijven, dus er zijn veel bedrijven die dit product maken
  • Deze markten bieden heterogene goederen aan. 
  • Heterogene goederen, zijn goederen waarvan er  verschillende varianten worden verkocht.
  • Voorbeelden van monopolistische concurrerende bedrijven zijn:
  • Restaurants en kledingwinkels.

Slide 10 - Tekstslide

Monopolie
Volkomen concurrentie

Monopolistische concurrentie
Oligopolie
Homogene producten
Heterogene producten
Een aanbieder
Enkele aanbieders
Veel aanbieders
Zowel homogene als heterogene producten
Veel aanbieders

Slide 11 - Sleepvraag