les 4 steden vergelijken
1 / 21
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Video
Slide 3 - Woordweb
Wanneer ontstonden er steden in Nederland? Sleep de pin naar de juiste plek op de tijdlijn.
Slide 4 - Sleepvraag
Waar ontstonden de eerste steden?
A
Aan de kust
B
Aan rivieren of kruisingen van rivieren en wegen.
C
In de bossen
D
Op het platteland
Slide 5 - Quizvraag
Waar woonden kooplieden in de Middeleeuwen?
A
Aan de kust, voor de rust.
B
Net buiten de stad, want dat was goedkoper.
C
Vlakbij een kasteel, kerk of fort, voor de veiligheid .
D
Op het platteland, om daar extra te werken.
Slide 6 - Quizvraag
Slide 7 - Tekstslide
Welk bouwwerk zag je net op het plaatje?
A
De dam
B
De waag
C
De burcht
D
De meelfabriek
Slide 8 - Quizvraag
Wat betekent urbanisatie?
A
Het trekken van de stad naar het platteland.
B
Het trekken van het platteland naar de stad.
C
De tweede trek van het platteland naar de stad.
D
Het vertrekken naar een ander land.
Slide 9 - Quizvraag
Wat betekent suburbanisatie?
A
Het vertrekken van het platteland naar de stad.
B
Het vertrekken naar een ander land.
C
Het vertrekken van de stad naar het platteland.
D
De tweede trek van het platteland naar de stad.
Slide 10 - Quizvraag
Wat betekent Re-urbanisatie?
A
Het vertrekken naar een ander land.
B
Het trekken van het platteland naar de stad.
C
De tweede trek van het platteland naar de stad.
D
Het trekken van de stad naar het platteland.
Slide 11 - Quizvraag
Hoe noemen we de redenen om ergens te gaan wonen?
A
Push factoren
B
Pull factoren
Slide 12 - Quizvraag
Hoe noemen we de redenen om ergens weg te gaan?
A
Push factoren
B
Pull factoren
Slide 13 - Quizvraag
Push of pull?
'Oorlog en onderdrukking'
'Oorlog en onderdrukking'
A
push factor
B
pull factor
Slide 14 - Quizvraag
Push of pull?
'Mogelijkheden voor werk'
'Mogelijkheden voor werk'
A
push factor
B
pull factor
Slide 15 - Quizvraag
..6..
Sleep naar de juiste plek (getal)
historisch stadscentrum
naoorlogse hoogbouw & laagbouw jaren '70-'80
19e eeuwse bebouwing
nieuwbouw / vinex
bedrijfs-
terreinen
Slide 16 - Sleepvraag
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Hoe vond je deze les?
😒🙁😐🙂😃
