3.3 De Griekse cultuur


De Oude Grieken


3.3 De Griekse cultuur
1 / 51
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 51 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les


De Oude Grieken


3.3 De Griekse cultuur

Slide 1 - Tekstslide

Lesprogramma
  1. Huiswerk bespreken
  2. Uitleg en PO
  3. Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het eind van deze les...

  • ken kun je de rol van godsdienst in het daglijks leven van de Grieken beschrijven.

  • Kun je Griekse beeldkunst herkennen en beschrijven.

  • kun je duidelijk maken dat Grieken door filosofie en wetenschap op een andere manier gingen nadenken. 

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide


Bloeiende cultuur

Cultuur is eigenlijk de manier waarop mensen denken en wat mensen doen. Dus ook alles wat door de samenleving is bedacht en gemaakt:
  • Geloof, kunst, wetenschap, filosofie.
  • De oude Grieken hadden een bloeiende cultuur dankzij de welvaart.
  • De Griekse cultuur noemen wij ook wel de klassieke cultuur. Niet omdat het oud is, maar omdat het steeds weer als voorbeeld dient.

Slide 5 - Tekstslide


Griekse geloof



    • Polytheïsme (meer godendom).
    • Verering in tempels, met pocessies (optochten) en door priesters, maar ook met de Olympische Spelen
    • De wereld verklaren aan de hand van de goden. 
    • Orakels geven boodschappen van de goden door.


    Slide 6 - Tekstslide


    Mythologie

      • Verzameling van mythen.
      • Verhalen waarin goden, helden en wezens een rol spelen.
      • De Griekse mythen werden mondeling doorgegeven als lessen voor het leven.

      Slide 7 - Tekstslide


      Griekse goden

      • Grieks goden zien er uit als mensen.
      • Ze hebben menselijke eigenschappen (verliefd, boos, jaloers).
      • Ze hebben ook goddelijke eigenschappen (superkrachten, onsterfelijk).
      • Vanwege de bovennatuurlijke krachten werd het geloof ook wel een natuurgodsdienst genoemd.
      • Communicatie met de mensen en boodschappen door middel van orakels.

      Slide 8 - Tekstslide






      De Olympische Spelen

      Slide 9 - Tekstslide

      Slide 10 - Video

      Olympia

      Slide 11 - Tekstslide

      De Olympische Spelen
      • Eens in de vier jaar was er een sportevenement in Olympia.

      • Er werd dan geen oorlog gevoerd.

      • Hier lieten ze aan elkaar en de goden zien hoe goed ze waren.

      • Meedoen was een eer en winnaars waren helden.

      Slide 12 - Tekstslide

      Klassieke kunst
      • De ideale mens in de beeldhouwkunst (reliëf).

      • Tragedies en komedies in openluchttheaters.

      • Prachtige tempels dankzij wiskunde (symmetrisch).

      Slide 13 - Tekstslide


      Amfora

      Griekse vazen
      Vaak met afbeeldingen uit de Griekse mythologie.

      Slide 14 - Tekstslide


      Theater

      Gespeeld in een halfrond theater.
      Alle rollen gespeeld door mannen.
      Gebruik van maskers voor gezichtsuitdrukkingen.
      Twee soorten toneelspelen: komedie (blijspel) en tragedie (treurspel).

      Slide 15 - Tekstslide


      Architectuur


      De Grieken bouwden hele mooie gebouwen. Dat kon dankzij de wiskunde.
      Sommige van die gebouwen zijn er nu nog!
      De tempels waren symmetrisch, op de achtergrond zie je dat aan de zuilen.

      Slide 16 - Tekstslide

      Architectuur

      Slide 17 - Tekstslide

      Slide 18 - Tekstslide

      Deze zuil heeft vaak een voetstuk. De zuil is slanker dan de Dorische zuil en heeft relief versiering met krullen.
      Deze zuil is kaal en breed. De zuil staat niet op een voetstuk en is vaak redelijk saai.
      Deze zuil is nog slanker dan de Ionische zuil. Daarnaast zijn er veel versieringen 

      Slide 19 - Tekstslide


      Filosofie

      filos = zoon/vriend
      sofia = wijsheid
      • Filosofen waren leraren, zij trokken rond om
        jongens te leren spreken in het openbaar. 
      • Zij gaven les in het geven van je mening. De wereld verklaren.




      Slide 20 - Tekstslide

      Waarom?
      • Mythen zijn niet altijd waar

      • Antwoorden zoeken op vragen

      • Niet zomaar alles aannemen: kritisch en nieuwsgierig zijn en blijven!

      • Zelf ontdekken van de waarheid

      • Observeren

      Slide 21 - Tekstslide

      Video
      Plato: De Allorgie van de grot

      Slide 22 - Tekstslide

      Slide 23 - Video

      Wat is waar over de allegorie van de grot? Wat wilde Plato aantonen?
      A
      Wij zien niet altijd de realiteit.
      B
      We moeten alleen geloven wat we zien.
      C
      Als we niet weten hoe iets komt moeten we het onderzoeken.
      D
      Als we iets niet snappen dan hebben de goden ermee te maken.

      Slide 24 - Quizvraag


      Socrates


      • Eén van de belangrijkste Atheense filosofen
      • Goed en kwaad (Ethiek)
      • Socratische manier van vragen stellen
      • Hij moest zelfmoord plegen.

      Slide 25 - Tekstslide

      Slide 26 - Video

      Slide 27 - Tekstslide

      Leg uit wat je ziet op het schilderij op de vorige slide.

      Slide 28 - Open vraag


      Plato

      • Leerling van Socrates
      • Oprichter van de Akademeia (school)
      • Bekendste werk: De Staat, over politiek
      ''De wijze spreekt omdat hij iets te zeggen heeft, de domme spreekt alleen om iets te zeggen te hebben.''

      Slide 29 - Tekstslide


      Aristoteles


      • Leerling van Plato
      • Filosoof én natuurkundige
      • Belangrijkste werk: Rethorica
      ''De mens is een sociaal dier, hij is niet gemaakt om alleen te leven.''

      Slide 30 - Tekstslide


      Natuurfilosofen

      • Zijn eigenlijk wetenschappers.
      • Hebben belangrijke ontdekkingen gedaan, die (soms) vandaag de dag nog steeds kloppen. 
      • Wiskunde, geschiedenis en geneeskunde. 

      Slide 31 - Tekstslide

      Waarom zijn de natuurfilosofen uit de Griekse oudheid zo belangrijk voor ons?

      Slide 32 - Open vraag


      Archimedes

      • Natuurkunde
      • Wet van Archimedes
      • Deze wet ontdekte hij in bad, sprong eruit, en liep naakt over straat te roepen: "Eureka!" Dat betekent: ''Ik heb het!''

      Slide 33 - Tekstslide

      Slide 34 - Video

      Herodotus
      • Geschiedenis: de eerste historicus
      • Belangrijkste werk: Historiën
      • Dit werk bestaat uit 9 delen, vernoemd naar de 9 muzen uit de mythologie
      • Hij schreef over Egypte als 'het geschenk van de Nijl'

      Slide 35 - Tekstslide

      Waarom zou Herodotus voor jullie docent geschiedenis belangrijk zijn?

      Slide 36 - Open vraag


      Pythagoras


      • Wiskunde
      • Bekend van de stelling van Pythagoras
      • Deze leer je nog steeds bij Wiskunde...

      Slide 37 - Tekstslide

      Slide 38 - Video


      Hippocrates

      • Geneeskunde
      • Eed van Hippocrates (zie volgende slide)
      • Zou een afstammeling van de halfgod Asclepius (Esculaap)
      • 4 lichaamssappen.

      Slide 39 - Tekstslide


      Hippocrates

      • Geneeskunde
      • Eed van Hippocrates
      • Zou een afstammeling van de halfgod Asclepius (Esculaap)
      • 4 lichaamssappen.

      Ik zweer bij Apollo, de geneesheer, bij Asclepius [zoon van Apollo en (half)god van genezing en geneeskunde], bij Hygiea [de gezondheid], bij Panacea [algemeen geneesmiddel] en bij de goden en godinnen, hen tot mijn getuigen nemend, dat ik, overeenkomstig mijn bekwaamheid en inzicht, deze eed zal gestand doen. Dat ik mijn leraar in de geneeskunde met mijn ouders zal gelijk stellen; dat ik hem deelgenoot van mijn leven zal maken; als hij in geldnood is, zal ik het mijne met hem delen; zijn gezin zal ik als mijn eigen broeders beschouwen en deze kunde zal ik hun onderwijzen als zij deze wensen te leren, zonder geldelijke beloning of contract; alle voorschriften, mondeling instructie en alle ander onderricht zal ik meedelen aan mijn eigen zonen, aan de zonen van mijn leermeester en aan door een contract gebonden leerlingen die de dokterseed hebben afgelegd, maar aan geen ander. Ik zal de behandeling gebruiken om de zieken te helpen naar mijn bekwaamheid en inzicht, maar nooit om schade te berokkenen of onrecht te doen. Noch zal ik een vergif toedienen aan iemand die zulks vraagt noch zulk een maatregel aan de hand doen. Ook zal ik geen vrouw een middel geven om vruchtafdrijving te veroorzaken. Maar ik zal beide, mijn leven en mijn kunde, zuiver en heilig houden. Ik zal het mes niet gebruiken, zelfs niet bij lijders aan stenen, maar ik zal dat overlaten aan hen die daarin bedreven zijn. In welke huizen ik ook binnentreed, ik zal er binnengaan om de zieken te helpen en ik zal afzien van alle opzettelijke onrecht en letsel, in het bijzonder van misbruik van de lichamen van mannen en vrouwen, slaaf of vrij. En wat ik ook zal zien of horen in de loop van mijn beroep, zowel als buiten mijn beroep in mijn omgang met mensen, als het iets is dat niet openbaar mag worden, zal ik het nooit verspreiden, zulke dingen voor heilige geheimen houdend. Als ik nu deze eed gestand doe en hem niet breek, moge ik voor altijd een goede naam bij alle mensen verwerven om mijn leven en mijn kunde; maar aar ik hem breek en een meineed doe, moge het tegenovergestelde mij gebeuren. 

      Slide 40 - Tekstslide

      Leg uit waarover de eed van Hippocrates gaat.

      Slide 41 - Open vraag

      Slide 42 - Tekstslide

      Slide 43 - Tekstslide

      Slide 44 - Tekstslide

      Slide 45 - Tekstslide

      Slide 46 - Tekstslide

      Slide 47 - Tekstslide

      Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd

      Slide 48 - Open vraag

      Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen

      Slide 49 - Open vraag


      Nu wil ik...
      de uitleg nog 1 keer horen.
      meer voorbeelden krijgen.
      mijn werkboek opdrachten maken.
      een samenvatting / woordweb maken.
      aan mijn PO werken.
      de les in LessonUp nog eens bekijken.

      Slide 50 - Poll

      0

      Slide 51 - Video