Les 4 Bloedvaten

Thema 3 Bloedsomloop
Les 4. Bloedvaten
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Thema 3 Bloedsomloop
Les 4. Bloedvaten

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Na dit hoofdstuk:
• Ken je het verschil tussen aders, slagaders en
haarvaten.
• Ken je een aantal belangrijke aders en slagaders.
• Kun je de bloeddruk van iemand meten.

Slide 2 - Tekstslide

Om bloed bij de cellen van spieren en organen te krijgen, is het hart aangesloten op 100.000 kilometer bloedvaten.
De bloedvaten splitsen bij het hart en lopen vervolgens verder door het hele lichaam.
Hoe verder ze van het lichaam afkomen, hoe fijnmaziger het
netwerk van vaten wordt en hoe dunner de buizen worden.
Uiteindelijk loopt het stelsel uit in een zeer fijn netwerk van
haarvaten dat het hele lichaam van zuurstof en voedingsstoffen
voorziet.
3 typen Bloedvaten

• slagaders (van het hart af)
• haarvaten
• aders  (naar het hart)
https://www.sanquin.nl/over-bloed/bloedcirculatie/bloedvaten

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Naam
slagader van het hart naar orgaan (bv leverslagader)
ader van het orgaan naar het hart (bv longader)
haarvaten  om het orgaan (bv hersenhaarvaten)

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slagaders
• Van het hart weg
• Gespierde wand.
• Hoge druk.
• Meestal diep in het lichaam.
• Geen kleppen (uitzondering is de longslagader en aorta).
• zuurstofrijk bloed (behalve de longslagader)

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Haarvaten
  • Vervoeren zuurstofrijk bloed richting de cellen
  • Dunne wand
  • Rondom de organen en spieren
  • Nemen koolstofdioxide op uit de cellen

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aders
• Richting het hart
• Niet gespierd.
• Bloed stroomt langzaam/lage druk
• Liggen aan de oppervlakte van het lichaam.
• Kleppen
• Aders vervoeren zuurstofarm bloed (behalve de longader)

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Video

Deze slide heeft geen instructies

OPdrachten
Bloedsomloop 3. Hart
Bloedsomloop 4. Bloedvaten

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In welke bloedvaten is de bloeddruk het hoogst?
A
Haarvaten
B
Aders
C
Slagaders

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke bloedvaten hebben kleppen?
A
Haarvaten
B
Slagaders
C
Aders

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk bloedvat vervoert zuurstof arm bloed?
A
Longader
B
Longslagader

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


A

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies