08 Verslag 1 Deel 2

Welkom!
Welkom   
Verslag 1
Vervolg op vorige week
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
ProjectMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Welkom!
Welkom   
Verslag 1
Vervolg op vorige week

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Programma van de les
  • Samen aan de slag met ''Verslag 1"
  • Zelf aan de slag met ''Verslag 1"

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen van vandaag
Verslag 1
Je kunt in een verslag goed samenvatten wat de spreker zegt.
Je test of jij de leerstof uit deze taakmodule beheerst.
Je kunt een fragment uit een vergadering notuleren.
Je kunt een opgenomen vergadering notuleren.

Slide 3 - Tekstslide

Bij opdrachten 7, slottest 11,  8 en 9.  
Examen
Project
Periode 4 lesweek 5
Examen W4 Werken in een organisatie 1e kans

Periode 4 lesweek 8
Examen W4 Werken in een organisatie 2e kans


Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhaling
Bij elk overleg moet iemand een verslag maken.
Wat is de officiële naam voor:
- deze persoon
- het verslag
- het maken van dit verslag

Slide 5 - Open vraag

Notulist
Notulen
Notuleren
Herhaling

Notulen
Verslag
+
Actielijst
+
Besluitenlijst

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 7 Goed samengevat
 
Course presentation met vragen
+
alinea met vaagtaal naar duidelijke taal
+
alinea naar objectieve taal

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem twee kenmerken van een goed verslag

Slide 8 - Open vraag

. Geschikt voor de doelgroep
2. Volledig
3. Beknopt
4. Objectief (neutraal)
+
Bedrijvende vorm
Geen vaagtaal
Een goed verslag van een vergadering is onder andere objectief.
De betekenis van objectief is:
A
Dat je ook de gevoelens van de sprekers weergeeft
B
Dat je samenvat zonder de emoties te verwerken in je verslag
C
Dat je ook je eigen mening in het verslag verwerkt

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een goed verslag
1. Geschikt voor de doelgroep
2. Volledig
3. Beknopt
4. Objectief (neutraal)
+
Bedrijvende vorm
Geen vaagtaal

-> We gaan dit nu behandelen

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een goed verslag


--> Geschikt voor de doelgroep


Begrijpelijk
Niet te moeilijk 
Niet te kinderlijk

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een goed verslag


--> Volledig


Voor de deelnemers kan het een beknopt verslag zijn
Voor niet aanwezigen moet het waarschijnlijk uitgebreider

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een goed verslag


--> Beknopt


Alleen opnemen wat bijdraagt aan besluit/actie
Niet opnemen: herhalingen, discussie

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een goed verslag


--> Objectief


Neutrale woorden
Zakelijke bewoordingen
Niet woordelijk notuleren

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kies het neutrale woord.
De verzending van de polisbladen loopt vertraging op omdat Ingrid ..... is.
A
zorgvuldig
B
pietluttig
C
nauwkeurig

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kies het neutrale woord.
De nieuwe medewerker kleedt zich .....

A
raar
B
niet passend
C
ordinair

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een goed verslag


Gebruik bedrijvende vorm = actieve vorm
Geeft duidelijkheid -->wie doet er wat

en niet de lijdende vorm

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak een zin in de lijdende vorm

Slide 18 - Open vraag

Voorbeeld lijdende vorm
De afdeling Inkoop zal worden gevraagd om een offerte op te vragen.

Voorbeeld: lijdende vorm
De door de evenementenbureaus uitgewerkte voorstellen inzake het schoolfeest zullen aan de voorzitter en aan de andere leden van de feestcommissie worden voorgelegd.

Mogelijke oplossing: bedrijvende vorm
Tanja legt de voorstellen van de evenementenbureaus voor aan de feestcommissie.
Maak een zin in de bedrijvende vorm (= actieve) vorm

Slide 19 - Open vraag

Voorbeeld
Mischa van Personeelszaken gaat op zoek naar een stagiaire voor de receptie.

Het is duidelijk wie er wat doet
Een goed verslag


Geen "vaagtaal"
=
Geen onduidelijke en moeilijke woorden



Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak hier een duidelijke zin van:

In november beschikte een groot deel van de debiteuren niet over het kapitaal om de openstaande declaratie voor de verrichtte juridische occupaties te dekken.

Slide 21 - Open vraag

Duidelijker
In november kon 60% van de klanten de rekening voor de juridische werkzaamheden die zijn gedaan niet betalen.  
Het onderstaande staat in de kop van de notulen van een overleg.
Wat betekent dit?

Afwezigen: Erik (m.k.) en Ans (z.k.)

Slide 22 - Open vraag

Erik is niet aanwezig en heeft zich afgemeld --> met kennisgeving
Ans is niet aanwezig en heeft zich niet afgemeld --> zonder kennisgeving
Opdracht 11 Slottest
 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 8
Jij bent de notulist 
 
De student bekijkt vier
videofragmenten waarin telkens
de bespreking van één
agendapunt van een overleg te
zien is.
De student notuleert deze vier
agendapunten op het werkblad

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 9
H&M Home
 projectvergadering
 
Tijd over dan -> Opdracht 9
H&M Home projectvergadering 

De student bekijkt een
opgenomen vergadering en
maakt hiervan beknopte
notulen, een actielijst en een
besluitenlijst.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelf aan de slag
Verslag 1
Opdracht 7 Goed samengevat -> via CumLaude
Opdracht 11 Slottest
Opdracht 8 Jij bent de notulist -> via CumLaude
Tijd over dan -> Opdracht 9 H&M Home Project -> via CumLaude

Wil je feedback over een uitwerking? Hulp nodig? Vraag het!

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelf aan de slag!

Maar stel vragen als iets niet duidelijk is! 

 

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies