Question tags

This is a question, isn't it?
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
engMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

This is a question, isn't it?

Slide 1 - Tekstslide

Wat is een 'Tag Question'?

Slide 2 - Tekstslide

Wat is een 'Tag Question'?
Een korte vraag die aan het eind van een zin wordt geplakt.
               





Slide 3 - Tekstslide

Wat is een 'Tag Question'?
Een korte vraag die aan het eind van een zin wordt geplakt.
               
That's easy!




Slide 4 - Tekstslide

Wat is een 'Tag Question'?
Een korte vraag die aan het eind van een zin wordt geplakt.
               
That's easy!
That's easy, isn't it?




Slide 5 - Tekstslide

Wanneer gebruik je een 'Tag question'?

Je gebruikt een 'tag question' om te checken of wat jij denkt klopt, of om er achter te komen wat iemand vindt.



Slide 6 - Tekstslide

Wanneer gebruik je een 'Tag question'?

Je gebruikt een 'tag question' om te checken:
- of wat jij denkt klopt
- of om er achter te komen wat iemand vindt

We don't have homework for this class, do we?
You would agree with me on this, wouldn't you?

Slide 7 - Tekstslide

Wanneer gebruik je een 'Tag question'?

Je gebruikt een 'tag question' om te checken of wat jij denkt klopt, of om er achter te komen wat iemand vindt.

We don't have homework for this class, do we?
You would agree with me on this, wouldn't you?

Slide 8 - Tekstslide

De 'regels'
1. Je gebruikt het hulpwerkwoord uit de zin om een question tag te maken:
James is working on that. Isn't he?
Your phone didn't ring? Did it?

Slide 9 - Tekstslide

De regels
2. Geen hulpwerkwoord in de zin? Gebruik "To do" ( Don't , Didn't, Doesn't)
Let op! als de zin geschreven is met " to be" dus I am / he is/ they are. dan gebruik je het werkwoord "to be" voor de question tag.

Slide 10 - Tekstslide

De regels
Jenny eats cheese, doesn't she?
I said that already, didn't I ?
You aren't happy about your grade, are you?
I am not done with school yet, am I?

Slide 11 - Tekstslide

Let op!

Als het gaat om de ik-vorm ( I ). en de question tag is negatief. -> I am happy that there is a long weekend next week. Aren't I?

Word het niet Am not I? maar "Aren't I?"
 

Slide 12 - Tekstslide

Let op! Nu volgt een trick-tag-->
He is barely strong enough to carry such a heavy load, is he?


Bestudeer deze zin bedenk waarom er geen NOT voor of na de komma staat. Doe dit in gedachten, niet hardop!

Slide 13 - Tekstslide

Welk woord in de zin vervangt 'NOT'?
He's barely strong enough to carry such a heavy load, is he?

Slide 14 - Open vraag

We can hardly wait to start the quiz, .......?
A
do we?
B
can we?
C
can't we?
D
don't we?

Slide 15 - Quizvraag

Time to practice

Slide 16 - Tekstslide

Time to practice
Get out your cellphone or computer and go to:
www.Lessonup.app

Slide 17 - Tekstslide

She's Scottish,
A
is she?
B
does she?
C
doesn't she?
D
isn't she?

Slide 18 - Quizvraag

They live in London,
A
do they?
B
don't they?
C
does they?
D
doesn't they?

Slide 19 - Quizvraag

It was cold yesterday
A
wasn't it?
B
was it?
C
does it?
D
doesn't it?

Slide 20 - Quizvraag

They won't be late,
A
won't they?
B
will they?
C
would they?
D
wouldn't they?

Slide 21 - Quizvraag

He won't give us homework,
A
will us?
B
won't he?
C
does he?
D
will he?

Slide 22 - Quizvraag

The bus isn't coming,
A
was it?
B
isn't?
C
is it?
D
isn't it?

Slide 23 - Quizvraag

She hasn't eaten all the cake,

Slide 24 - Open vraag

He went to the party last night,

Slide 25 - Open vraag

We work hard,

Slide 26 - Open vraag

We will try harder,

Slide 27 - Open vraag

You remember the exception,

Slide 28 - Open vraag

I am clever,

Slide 29 - Open vraag

You should always obey your parents,

Slide 30 - Open vraag

We rarely go out on Sundays,

Slide 31 - Open vraag

I'm so glad this is the last question,
A
am I?
B
amn't I?
C
are you?
D
aren't I?

Slide 32 - Quizvraag