In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Les 1 - Observeren en nauwkeurig kijken
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we vandaag behandelen?
- Korte terugblik op het vorige blok en de toets.
- Toetsstof blok 2.
- Doelen van deze les.
- Paragraaf 8.1
- Huiswerk
Slide 2 - Tekstslide
Wat vond je van de toets?
Slide 3 - Woordweb
Nodig bij de komende lessen:
* Leer- en werkboek: Basisboek Opvoeding en Ontwikkeling. * Eventueel pen en papier voor aantekeningen.
Slide 4 - Tekstslide
Toetsstof blok 2
- Hoofdstuk 8 - Observeren
- Hoofdstuk 9 - Een veilig klimaat
- Het voorbereidingsformulier (3-fasen)
Slide 5 - Tekstslide
Wat zijn de lesdoelen voor vandaag?
Aan het einde van de les:
- Weet je het verschil tussen waarnemen en observeren.
- Ken je waarnemingsfouten.
- Weet je wat selectieve, objectieve en subjectieve waarneming is.
Slide 6 - Tekstslide
Effectiever leren met leerstrategieën!
In blok 2 staan plannen en motivatie centraal. Tijdens PDO besteden wij hier ook aandacht aan. Je herkent de leerstrategieën aan de verschillende pictogrammen.
Slide 7 - Tekstslide
Leerstrategie: Jezelf motiveren
Je motivatie kennen
Doel: laten nadenken over de eigen motivatie en de gevolgen daarvan. Inzet: In groepjes van 2 of 3 studenten.
Jullie beantwoorden, in het groepje, om de beurt de vragen op de volgende sheets.
Slide 8 - Tekstslide
Wat is waar voor jou, als het gaat om leren?
A. Ik doe mijn best voor school. B. Voor het ene vak doe ik meer mijn best dan voor het andere. C. Ik doe zo weinig mogelijk voor school.
Slide 9 - Tekstslide
Heb je antwoord B of C gekozen, dan beantwoord
je onderstaande vragen in je groepje.
-In hoeverre helpt dit mij verder op school en voor mij toekomst?
-Maakt dit school leuker of juist minder leuk?
-Wat zou ik anders kunnen doen en wat zou mij dat opleveren?
-Wat zou ik kunnen doen om (het leren voor) bepaalde vakken leuker te maken?
Slide 10 - Tekstslide
Waarnemen & observeren
Waarnemen doe je (bewust en onbewust) met al je zintuigen de hele dag en nacht door.
Observeren is bewust, met een gericht doel en objectief waarnemen.
Slide 11 - Tekstslide
Waarnemen doe je (vaak) onbewust de hele dag met al je zintuigen. Schrijf op wat je de komende 30 seconden allemaal waarneemt.
Slide 12 - Open vraag
Slide 13 - Video
Wat kan er fout gaan?
Er zijn drie soorten waarnemingsfouten:
-Onvolledig waarnemen: er gebeurt teveel tegelijk.
-Verschillend waarnemen: je ziet iets anders dan anderen.
-Onjuist waarnemen: je ziet het straks anders dan nu.
Slide 14 - Tekstslide
Wat zie je?
Slide 15 - Tekstslide
En hier?
Slide 16 - Tekstslide
Verschillend waarnemen...
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Video
Je kiest wat je ziet
Lees de paragraaf "Je kiest wat je ziet" aandachtig door.
Opdracht
Leg de invloed van je referentiekader en je waarden en normen bij het observeren in eigen woorden uit aan je buurman of buurvrouw en geef een passend voorbeeld.
timer
1:00
Slide 19 - Tekstslide
Welk begrip hoort bij: "Tijdens een observatie zie je dingen sneller, omdat het om gedrag gaat dat je (van) zelf herkent?"
Slide 20 - Open vraag
Objectief observeren
-Opschrijven wat je ziet
-Feiten
-Iemand anders ziet hetzelfde
Subjectief observeren
-Referentiekader speelt een rol
-Meningen en gedachten
-Iemand anders ziet het anders
Slide 21 - Tekstslide
Objectief of subjectief?
Slide 22 - Tekstslide
Welke woorden of zinnen komen niet voor in een objectieve observatie?
Slide 23 - Open vraag
Aan het werk...
Tijd over?
Ga aan de slag met de opdrachten van 8.1 in je werkboek.