Lezen (mbo-examen)

Lezen (mbo-examen)
Vandaag:
1e uur: tekst 3 in LessonUp samen
3e uur: een oud mbo-examen oefenen
Je mbo-examen lezen is op donderdag 6 maart 
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Lezen (mbo-examen)
Vandaag:
1e uur: tekst 3 in LessonUp samen
3e uur: een oud mbo-examen oefenen
Je mbo-examen lezen is op donderdag 6 maart 

Slide 1 - Tekstslide

Opbouw examen
7 teksten: 4 leesteksten en 3 kijk-luisterteksten 

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Tekst 3: Het moeten geen watjes worden, maar om ze nou te laten sporten in een herfststorm

Slide 4 - Tekstslide

15. Een tekst kan op verschillende manieren worden ingeleid. Welke manier wordt in alinea 1 gebruikt? In alinea 1
A
worden enkele interessante vragen gesteld over het onderwerp van de tekst
B
wordt de aanleiding voor het schrijven van de tekst genoemd
C
wordt vooraf een korte samenvatting van de tekst gegeven

Slide 5 - Quizvraag

16. In alinea 2 staat ''Misschien geen vraag o voor te leggen aan een sportarts en sportpsycholoog.'' Waarom is dit misschien geen vraag voor hen?
A
omdat deze personen het ook moeilijk vinden om hierop een antwoord te geven
B
omdat deze personen waarschijnlijk geen uitgesproken mening hebben over dit onderwerp
C
omdat je het antwoord eigenlijk al kunt voorspellen

Slide 6 - Quizvraag

Onder bepaalde omstandigheden kan buiten sporten problemen opleveren.
Geef van elke omstandigheid aan of deze volgende alinea 2 en 4 wel of geen problemen opleveren

Slide 7 - Tekstslide

als de lichaamstemperatuur lager wordt dan 35 graden
A
wel
B
geen

Slide 8 - Quizvraag

als het buiten hard regent
A
wel
B
geen

Slide 9 - Quizvraag

als je geen sportkleding draagt tijdens het sporten
A
wel
B
geen

Slide 10 - Quizvraag

als je in natte kleding blijft rondlopen
A
wel
B
geen

Slide 11 - Quizvraag

Welke zin uit alinea 4 geeft een conclusie weer?
A
“Sporten levert altijd wel wat spierschade op, zegt hij.”
B
“Dus droge kleren in de tas, zodat ze zich kunnen omkleden.”
C
“Maar van één keer met de auto worden het vast geen watjes, nuanceert Vroemen.”
D
“Hij zet zijn meisjes weleens bij de atletiekbaan af.”

Slide 12 - Quizvraag

Alinea 6, 7 en 8 gaan over hetzelfde deelonderwerp.
Welk deelonderwerp is dit?
A
Hoe kunnen ouders je stimuleren om buiten te blijven sporten?
B
Hoe leer je om te gaan met tegenslagen bij het sporten in de buitenlucht?
C
Wat zorgt ervoor dat je gemotiveerd bent om buiten te blijven sporten?
D
Wat zorgt ervoor dat je succesvol bent in het sporten in de buitenlucht?

Slide 13 - Quizvraag

Wat is het belangrijkste doel van deze tekst?
A
De lezer amuseren met voorbeelden van buiten sporten.
B
De lezer informeren over buiten sporten bij slecht weer.
C
De lezer overhalen om te blijven sporten ongeacht of het buiten of binnen is.
D
De lezer overtuigen om meer buiten te gaan sporten.

Slide 14 - Quizvraag

Zelfstandig werken
Maken:
Test jezelf van paragraaf 1.2 in Talent online 

Slide 15 - Tekstslide

Dit uur - start maken met mbo-examen in de online omgeving
-Ga naar Facet mbo
-Klik op Nederlandse taal 2F
-Kies het onderstaande examen

Slide 16 - Tekstslide