Les 4: 4.2 De Grote Oorlog

4.2 De Grote Oorlog
Van oorlog naar oorlog
Tijd van wereldoorlogen: 1900-1950
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

4.2 De Grote Oorlog
Van oorlog naar oorlog
Tijd van wereldoorlogen: 1900-1950

Slide 1 - Tekstslide

Dit hoofdstuk heet 'vrijheid en gelijkheid'.
Omdat de meeste mensen in de meeste delen van de geschiedenis; niet vrij of gelijk waren.
Hoe er vrijheid en gelijkheid is gekomen, in ieder geval in delen van de wereld, is iets wat we in dit hoofdstuk behandelen.
Wat gaan we doen? 
1. Leerdoelen
2. Wat weet jij van de Eerste Wereldoorlog?
3. Uitleg
4. Quiz
5. Maken leerdoelen
6. Opdracht maken

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies



D – Waarom was het leven in een 
loopgraaf ellendig? 
LEERDOELEN
A – Duitsland wilde Frankrijk verslaan. Toch vielen ze eerst
het neutrale België aan. Waarom?

B – De opmars van het Duitse leger werd gestopt en veranderde in een loopgravenoorlog. Waar vond
 deze plaats?

C – Wat is een loopgraaf?



Slide 3 - Tekstslide

Leg uit hoe de vragen beantwoord moeten worden.
'Een stadstaat is ....'
'De Grieken stichtten koloniën omdat...'
Wat weet je nog van
vorige les(sen)?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies

De landen verwachten een aantal grote veldslagen tegen elkaar te voeren, die de winnaar zou bepalen.
Duitsland vocht tegen Frankrijk en Rusland. Rusland had 6 weken nodig om haar leger bij elkaar te krijgen dus Duitsland probeerde Frankrijk snel te veroveren.


"We'll be back before christmas!" zeiden de soldaten.
De oorlog begon in juli 1914.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Om de oorlog snel te winnen bedachten de Duitsers het 'Von Schlieffenplan'. De Franse grens was streng bewaakt. Dus trokken ze óm de grens dwars door België heen en vielen ze de Fransen aan waar ze zwak verdedigd waren.


Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Belgen pikten het niet dat de Duitsers zomaar door hun land trokken. Er werd zwaar gevochten. Veel Belgen en Duitsers kwamen om en Nederland ving veel Belgische vluchtelingen op. 

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Duitsers trokken door België heen, maar de Belgen hadden hen zoveel vertraagd dat de Fransen zich konden voorbereiden.
Ook kwamen de Engelsen de Fransen te hulp. Beide partijen vochten in Frankrijk maar kwamen geen meter vooruit. Ze groeven zich in, in loopgraven, met daarin tussen niemandsland. Men bestormde de loopgraven onder zwaar machinegeweer vuur. De mannen werden bijna continu gebombardeerd door kannonen. Beide partijen kwamen nauwelijks vooruit en er vielen veel doden. 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beide legers zaten zo jarenlang tegen over elkaar. Door grote aanvallen werd gehoopt succes te bereiken maar helaas. In het loopgraf hadden soldaten last van ratten, ziektes en "drumfire"; bommen die zovaak neerkwamen dat het net op een trommel klonk.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat past er niet bij de loopgravenoorlog?
A
Ratten
B
Bombardementen
C
Helikopters
D
Ziektes

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is nationalisme?
A
Trots op eigen volk/land
B
Een vorm van dictatuur
C
Anti-Joodse ideologie
D
Trots op eigen macht/wapens

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel slachtoffers kende WO1?
A
10 miljoen
B
20 miljoen
C
30 miljoen
D
40 miljoen

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Europese landen werken samen in de EU. Wat heeft dat met de wereldoorlog te maken?
A
De EU werd destijds bestuurd door de nazi's
B
Doordat landen nu samenwerken is de kans op oorlog groter
C
De EU werd destijds bestuurd door de communisten
D
Doordat landen nu samenwerken is de kans op oorlog kleiner

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heette de kroonprins die werd vermoord, en welke nationaliteit had de moordenaar?
A
Frans Havekes, Bosnisch
B
Frans Fernand, Oostenrijk-Hongaars
C
Frans Ferdinand, Servisch
D
Frans Princip, Servisch

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom dachten soldaten bij het begin van WO1 dat ze vóór de kerst terug zouden zijn?
A
De dachten dat andere landen dan wel vrede wilden sluiten ivm kerst
B
Veel soldaten wilden aan het begin van WO1 helemaal niet vechten
C
Ze dachten na een paar veldslagen klaar te zijn

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Maak leerdoel A t/m D
Daarna:
Opdracht:
Maak een samenvatting van het onderstaande filmpje:
https://schooltv.nl/video/de-eerste-wereldoorlog-de-oorlog-van-de-loopgraven/#q=Eerste%20wereldoorlog

OF:
Maak van 4.2, vanaf blz 125, opdracht 1 t/m 4


Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies