LE 4.2 Spieren

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 1

Wat weet je nog van periode 1?

waar zitten je spieren

• Onder je huid
• Nodig voor: Lachen, wenkbrauwen bewegen en delen van je skelet bewegen
• Armbuigspier(biceps)
• Armstrekspier(triceps)

Werking spier

• Bestaan uit spiervezels
• Dik als een haar
• kan wel 1 m lang worden
• Groepje:spierbundel
• vlies om bundel
• pezen aan de uiteinden
• pezen vast aan de botten
  

Buigen en strekken

Armbuigspier= pezen vast aan spaakbeen en schouderblad

Armstrekspier = pezen vast aan ellepijp en schouderblad

Arm buigen

• Armbuigspier samentrekken = korter en dikker
• Pezen trekken aan je spaakbeen
• armstrekspier onspant= langer en dunner

Arm strekken

• Armstrekspier  amentrekken= korter en dikker
• Pezen trekken aan je ellenpijp
• Armbuigspier ontspant = langer en dunner

Spierpijn

• Bloed voert onvoldoende afvalstoffen af.
• Warming-up
• Cooling-down
  

Quizz

Hoeveel spieren heb je ongeveer?

1. 500
2. 200
3. 400
4. 600

Wat is de juiste volgorde van groot naar klein

1. Spieren spiercellen spierstelsel
2. Spierstelsel Spieren Spiercellen
3. Spiercellen spieren spierstelsel

Spieren bestaan uit een groot aantal

1. pezen
2. spiervezels
3. vaatbundels
4. bloedvaten

Biceps

1. logisch gevolg
2. rondgang
3. huidarts
4. dikke spieren in de bovenarm

Pezen zijn taai, stevig en niet elastisch

1. onjuist
2. juist

Waar bestaan spieren uit?

1. Pezen
2. Spiervezels
3. Vlies

In je bovenarm heb je een armbuigspier, deze heet ook wel triceps

1. juist
2. onjuist

De pezen zitten vast aan

1. je vel
2. je huid
3. je bot
4. je cellen

Uitleg Casuïstiek

The End!

Evaluatie van de les

 Start met leervragen casuïstiek. Niet af = huiswerk