Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
T1 verbos+ bez.vnm
BIENVENIDOS
corregir los deberes (hw nakijken)
a trabajar
explicación (uitleg) bezittelijk voornaamwoorden
a trabajar
los deberes
ejercicios (y hablar)
1 / 28
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
In deze les zitten
28 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
BIENVENIDOS
corregir los deberes (hw nakijken)
a trabajar
explicación (uitleg) bezittelijk voornaamwoorden
a trabajar
los deberes
ejercicios (y hablar)
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen hw:
Ken ik de namen van de familieleden in het Spaans
Heb ik de vervoegingen van
ser
en
tener
nog eens herhaald en ken ik deze
Ken ik de vervoegingen van het werkwoord
llamarse
Slide 2 - Tekstslide
corregir los deberes
huiswerk nakijken
leren van de woordenlijst
ejercicio 1.2 A, B, C
1.3 Werkwoorden in schrift
+ pag 16 & 17 -> 1.4 de werkwoorden
leren van de woordenlijst
Slide 3 - Tekstslide
1.2
A
1. hija
2. marido
3. nieto
4. madre
5. abuelo
6. padres
B
1. las hijas
2. los hijos
3. los hermanos
4. la hermana
5. los nietos
6. la nieta
7. los nietos
C
1. Gloria
2. Paco
3. Emilia
4. Juan
5. Ana
6. Carlos
7. Lola
Slide 4 - Tekstslide
1.3 Los verbos
ser
tener
llamarse
yo
soy
tengo
me llamo
tú
eres
tienes
te llamas
él/ella/usted
es
tiene
se llama
nosotr@s
somos
tenemos
nos llamamos
vosotr@s
sois
tenéis
os llamáis
ell@s/ustedes
son
tienen
se llaman
Slide 5 - Tekstslide
1.4
A
tienes
tengo
tiene
tenemos
tienen
tenéis
tiene
B
se llama
se llama
se llaman
te llamas
me llamo
nos llamamos
C
eres
soy
son
sois
somos
es
Slide 6 - Tekstslide
1.4 D
soy / me llamo
tengo
soy
tengo
se llama
se llama
tiene
8. tiene
9. tengo
10. se llaman
11. tiene
12. tiene
13. es
14. son
Slide 7 - Tekstslide
VOCABULARIO --> vertalen
de kleinzoon
A
el primo
B
el nieto
C
la prima
D
la nieta
Slide 8 - Quizvraag
los abuelos
A
de grootouders
B
de ouders
C
de ooms
D
de tantes
Slide 9 - Quizvraag
de nichtjes (van oom/tante)
A
las primas
B
los primos
C
las sobrinas
D
los sobrinos
Slide 10 - Quizvraag
IK HEB 4 KINDEREN
(3 dochters en 1 zoon)
A
yo tengo cuatro hijas
B
yo tengo tres nietos
C
yo tengo cuatro hijos
D
yo tengo cuatro nietos
Slide 11 - Quizvraag
a trabajar
LA pág 52 ejercicio 1
timer
5:00
Slide 12 - Tekstslide
Afronding leerdoelen
Ken ik de namen van de familieleden in het Spaans
Heb ik de vervoegingen van ser en tener nog eens herhaald en ken ik deze
Ken ik de vervoegingen van het werkwoord llamarse
Blijf deze natuurlijk wel bijhouden!
Slide 13 - Tekstslide
Leerdoelen:
Ken ik de bezittelijke voornaamwoorden in het Spaans
Kan ik iets over mijn familie vertellen in het Spaans
Slide 14 - Tekstslide
Explicación / uitleg
bezittelijk voornaamwoorden
Slide 15 - Tekstslide
A leer (lezen)
página 19 moduleboekje
¿Qué habéis leído?
Wat hebben jullie gelezen?
Slide 16 - Tekstslide
Bezittelijk voornaamwoord
Wat is een bezittelijk vnw in het Nederlands?
Dit is een woord wat een bezit aangeeft.
Zoals: mijn, jouw, onze, etc
Slide 17 - Tekstslide
Bezittelijk vnw.
mijn
jouw
zijn/haar/uw
ons/onze
jullie
hun/uw
mi
tu
su
nuestro
vuestro
su
mi
tu
su
nuestra
vuestra
su
mis
tus
sus
nuestros
vuestros
sus
mis
tus
sus
nuestras
vuestras
sus
enkelvoud meervoud
Slide 18 - Tekstslide
Bezittelijk vnw.
Het bezittelijk vnw. richt zich in het Spaans op het
bezit
en niet naar de bezitter zoals in het Nederlands.
Is het bezit
meervoud,
dan wordt het bezittelijk vnw. ook meervoud --> mis/sus/nuestros
Bij nuestro/vuestro heb je ook nog een
vrouwelijke vorm
--> nuestra/vuestra.
Slide 19 - Tekstslide
voorbeelden:
Kijk dus naar het woord wat
erachter
staat! Is dit mannelijk of vrouwelijk / enkelvoud of meervoud?
Dan pas je het bezittelijk vnm. daarop aan
mi casa = mijn huis
tus libros = jouw boeken
nuestra profesora = onze lerares
sus amigos = zijn/haar vrienden
Slide 20 - Tekstslide
Hoe zeg je in het Spaans:
jouw huis?
Slide 21 - Open vraag
Hoe zeg je in het Spaans:
mijn vader?
Slide 22 - Open vraag
Hoe zeg je in het Spaans:
haar zussen?
Slide 23 - Open vraag
Hoe zeg je in het Spaans:
onze opa&oma
Slide 24 - Open vraag
Hoe zeg je in het Spaans:
jouw boeken
Slide 25 - Open vraag
a trabajar
LA pág 52
ejercicio 2 / 3 / 4
timer
10:00
2/3
4
Nuestros,
nuestro,
nuestra,
mi,
mi,
mi,
sus,
tu
Slide 26 - Tekstslide
LE
3.1, 3.2,
3.4, 3.5 y 3.6 (p. 18 y 19)
Slide 27 - Tekstslide
Wat is een bezittelijk voornaamwoord?
Hoe gebruik je deze in het Spaans?
Slide 28 - Woordweb
Meer lessen zoals deze
T1 verbos+ bez.vnm
April 2024
- Les met
31 slides
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
week 16 les 2 bezittelijk vnw.
April 2021
- Les met
28 slides
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
week 16 les 1 mi familia + ser/tener/llamarse
April 2021
- Les met
29 slides
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Bezittelijk voornaamwoorden
Januari 2024
- Les met
20 slides
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
week 16 - bezittelijk voornaamwoord
April 2022
- Les met
34 slides
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
week 14 - Bezittelijk voornaamwoord
Maart 2024
- Les met
36 slides
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Bezittelijk voornaamwoorden + la familia
Mei 2022
- Les met
22 slides
Spaans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1-3
Klas 1 herhaling familia, verbos regulares y posesivos
December 2023
- Les met
11 slides
Spaans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1