P1 Les 3 ww sein pers vnw

Willkommen bei Deutsch
        setz dich auf deinen eigenen Platz

     nimm dein Buch und Heft dabei

wer weiß die W-Fragen noch?
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Willkommen bei Deutsch
        setz dich auf deinen eigenen Platz

     nimm dein Buch und Heft dabei

wer weiß die W-Fragen noch?

Slide 1 - Tekstslide

Hoe heet deze letter ook alweer?

ß
A
rare b
B
slinger s
C
gekke b
D
ringel-s

Slide 2 - Quizvraag

Wie
Wat
Wanneer
Hoe
Waar
Waarvandaan
wer
wo
wie
was
wann
woher

Slide 3 - Sleepvraag

Ich bin Imrane.

Welke vraag hoort hierbij?
A
Wer bist du?
B
Wo bist du?
C
Warum bist du?
D
Wann bist du?

Slide 4 - Quizvraag

Ich wohne in Den Haag.

Welke vraag hoort erbij?

A
Wann wohnst du?
B
Wie wohnst du?
C
Wo wohnst du?
D
Wer wohnst du?

Slide 5 - Quizvraag

Ich komme am Freitag.

Welke vraag hoort hierbij?

A
Wer kommst du?
B
Wie kommst du?
C
Wo kommst du?
D
Wann kommst du?

Slide 6 - Quizvraag

Ich mache meine Hausaufgaben.

Welke vraag hoort hierbij?

A
Wie machst du?
B
Woher machst du?
C
Wann machst du?
D
Was machst du?

Slide 7 - Quizvraag

Ich komme aus den Niederlanden.
Welke vraag hoort hierbij?
A
Wo kommst du?
B
Woher kommst du?
C
Wie kommst du?
D
Wer kommst du?

Slide 8 - Quizvraag

Ich bin dreizehn Jahre alt.

Welke vraag hoort hierbij?
A
Wo alt bist du?
B
Wer alt bist du?
C
Wie alt bist du?
D
Wann alt bist du?

Slide 9 - Quizvraag

Geef antwoord.
Wer bist du?

Slide 10 - Open vraag

Geef antwoord.
Wie alt bist du?

Slide 11 - Open vraag

Nimm dein Heft dabei.

Slide 12 - Tekstslide

werkwoord sein + persoonlijk vnw
Mondeling einde periode:
ik ben ...
hij is mijn broer
zij is mijn oma
                     

Slide 13 - Tekstslide

Het persoonlijk voornaamwoord
                                               
  • enkelvoud                 
  • meervoud                  
Wie kent er een paar NL/D?

Slide 14 - Tekstslide

ik = ich
jij = du
hij = er
zij = sie
het = es
wij = wir
jullie = ihr
zij = sie
u = Sie
*** IN SCHRIFT

Slide 15 - Tekstslide

Het werkwoord "sein"
  • in het Nederlands: "zijn"
  • in alle talen erg onregelmatig --> uit je hoofd leren

Slide 16 - Tekstslide

ich bin
du bist
er ist
sie ist
es ist
ik ben
jij bent
hij is
zij is
het is *** SCHRIFT

Slide 17 - Tekstslide

wij zijn
jullie zijn
zij zijn
u bent
wir sind
ihr seid
sie sind
Sie sind
*** SCHRIFT
--> Aufgabe 11, 13

Slide 18 - Tekstslide

Jetzt machen 
Machen: Aufgabe  11, 13 --> Seite 18

Laptop --> Magister --> Leermiddelen --> Duits (onderste link) --> H1 --> Slim Stampen --> 
B-Wortschatz --> begin met bovenste opdracht

Slide 19 - Tekstslide

Jetzt machen + Hausaufgaben
Machen: Aufgabe  11, 13 --> Seite 18
Lernen: aantekening schrift: die Zahlen 0-20, W-Fragen, persoonlijk vnw. + werkwoord sein 

Slide 20 - Tekstslide