Recensie

De recensie
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4,5

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 7 videos.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

De recensie

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Planning
- theorie recensie
- theorie literaire argumenten
- lezen verhaal Poep van Manon Uphoff
- schrijven inleiding recensie o.b.v. Poep
- schrijven alinea middenstuk o.b.v. Poep
- toets: recensieopdracht Boy 7 en 54 minuten

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tussentoets periode 2
Recensie schrijven over Boy 7 en 54 minuten
Beoordeling:
  • structuur (18 punten)
  • inhoud (25 punten)
  • formulering, spelling en toon (17 punten)
  • voorbereiding (4 punten)

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Definitieve boekenlijst
De definitieve boekenlijst moet voor volgende vrijdag zijn ingeleverd via SOM.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Recensie

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De recensie
www.vandale.nl: 
"re·cen·sie (de; v; meervoud: recensies)
beoordeling, kritische beschouwing van een boek, voorstelling, film enz. in een dagblad of tijdschrift."

Slide 6 - Tekstslide

Voorkennis ophalen.

Eventuele vragen: 
Lees je weleens een recensie voordat je bijvoorbeeld naar een film gaat? 

Heb je weleens bedacht dat je een bepaalde film wilde zien, maar dat je er vanaf zag nadat je een recensie erover gelezen had? 

Of ging je juist naar die film, omdat de recensie zo positief was?

De inhoud van een recensie
Een recensie is de bespreking van een boek, film of andere uitvoering. In een recensie kan een schrijver positieve en/of negatieve commentaren leveren, maar altijd goed onderbouwd. 
Het is altijd meer dan alleen een beoordeling, er wordt ook inhoudelijk over het werk verteld en geanalyseerd.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onderdelen van een recensie
Een recensie bestaat uit:
  1. Informatie over het boek (informatie over de inhoud en de belangrijkste personages).
  2. Een analyse van het verhaal, wat wil de schrijver er eigenlijk mee vertellen, heeft het een boodschap, diepere betekenis.
  3. Een waardeoordeel: de recensent geeft aan wat volgens hem de kwaliteit of het belang van het boek is.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oordeel en argumenten
Het klinkt misschien gek: je schrijft een objectieve tekst, maar toch moet je in een recensie je eigen mening geven én argumenten die het standpunt ondersteunen. Het komt er dus op neer dat je je eigen mening weergeeft alsof het feitelijke informatie is. Dus niet: "Ik vind dat ...", maar: "Het is zo dat ..." 
Zorg dat je zinnen in begrijpelijk taal geformuleerd zijn. Doe je dat niet, dan wordt het voor de lezer onduidelijk wat je bedoelt. 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soorten argumenten (1)
  • Realistische argumenten: over de personages en gebeurtenissen in relatie tot de werkelijkheid. Is het verhaal geloofwaardig, komen de personages levensecht over, zijn de gebeurtenissen voorstelbaar?
  • Emotieve argumenten: over de gevoelens die de tekst bij de lezer oproept. Raakt het verhaal je? Hoe komt de sfeer van het verhaal over? Je gebruikt in je argumentatie bijvoorbeeld woorden als beklemmend, meeslepend, fascinerend, aangrijpend, verrassend, ontroerend. 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soorten argumenten (2)
  • Morele argumenten: over normen en waarden. Wat is je oordeel over het standpunt dat of de houding die personages innemen? Hoe reageren personages op gebeurtenissen? Handelen zij goed/slecht? Keur je hun handelen goed of af, en waarom? Word je geïnspireerd na te denken over de normen en waarden van het verhaal?
  • Structurele argumenten: over de opbouw van het verhaal. Wat vind je van de vorm/opbouw van het verhaal? Je gebruikt in je argumentatie woorden als: samenhangend, eenheid, uitgebalanceerd, complex.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soorten argumenten (3)
  • Stilistische of esthetische argumenten: over de stijl en formulering. Vind je het verhaal mooi, origineel, slap, of clichématig? Wat vind je van het literair taalgebruik: beeldspraak, stijlmiddelen, woordgebruik?

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tot slot
Het taalgebruik van je recensie is belangrijk. Hoe enthousiaster je over het boek kunt vertellen, hoe prettiger het voor de lezer is.


Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Recensie is een vorm van een ... tekst.
A
overtuigende
B
opiniërende
C
informerende
D
beschouwende

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Video

Deze slide heeft geen instructies

De bedoeling van een recensie is:
A
Om de lezer uit te leggen waar het over gaat
B
Om de lezer te overtuigen iets te kopen
C
Om de lezer een oordeel te laten vormen over een bepaald werk
D
Om de lezer op de hoogte brengen van nieuwe boeken of films

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de belangrijkste taak van een recensent?
A
Hij geeft zijn mening over een bepaald werk (film, game, boek etc.)
B
Hij beoordeelt een bepaald werk (film, game, boek etc.)
C
Hij geeft informatie over een bepaald werk (film, game, boek etc.)
D
Hij overtuigt een lezer om een bepaald werk te lezen, kijken of kopen.

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In een goede recensie kan een recensent een lezer soms ook overtuigen of activeren om een film, boek of game te gaan kopen.
A
Ja
B
Nee

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Waarmee start de recensent zijn recensie?
A
Hij stelt een vraag
B
Hij introduceert het onderwerp
C
Hij geeft een samenvatting
D
Hij geeft zijn mening

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat vindt de recensent van de film?
Noem één pluspunt en één minpunt.

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe eindigt de recensie?
A
Met de conclusie: het is een goede film
B
Met de conclusie: het is een slechte film
C
Met een samenvatting
D
Er is geen slot

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Video

Ter introductie een korte recensie over 'One upon a time in Hollywood'. 
Duur: 2.26 minuten.

Eventuele extra vragen die gesteld kunnen worden:
Je hebt een recensie over een film gezien/je gaat een recensie van een film zien.
Bespreek met een klasgenoot wat jij vindt van deze recensie:

Geeft hij een duidelijk beeld van de film? Op wat voor een manier doet hij dat?
Hoor je een duidelijke mening van de recensent? Wat zegt hij? 

Kijk het filmpje eventueel nog een keer.

Once upon a time in Hollywood
Je hebt net een filmpje gezien van Marco Weijers. Hij is recensent bij De Telegraaf.
Bedenk de antwoorden op de volgende twee vragen: 
1. Geeft hij een duidelijk beeld van de film? Hoe doet hij dat?
2. Hoor je een duidelijke mening van de recensent? Wat zegt hij?

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat zegt de spreker in de samenvatting over
'Alleen de bergen zijn mijn vrienden'?

(meerdere antwoorden mogelijk)
A
Achtergrondinformatie schrijver
B
Hoe het boek tot stand is gekomen
C
Waar het boek over gaat
D
De schrijfstijl van de auteur.

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat bedoelt de spreker met 'Eigenlijk is het een simpel verhaal..... maar de zinnen zijn gebeeldhouwd'?
A
Simpel verhaal met stijve zinnen
B
Simpel verhaal, maar prachtig geschreven
C
Een simpel verhaal, prachtig geschreven, het is een pareltje.
D
Simpel verhaal, maar moeilijk te volgen.

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Er is sprake van een tegenstelling: een simpel verhaal - metaforen om van te smullen. Waarom wordt deze tegenstelling gebruikt? Er zijn twee antwoorden goed.
A
Een simpel verhaal moet ingewikkeld zijn.
B
Een simpel verhaal is nooit zomaar simpel, er zit meer achter de taal.
C
Een simpel verhaal is eigenlijk heel moeilijk te schrijven.
D
Een simpel verhaal krijgt diepgang door het taalgebruik.

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Geeft de spreker een spoiler weg als haar gevraagd wordt een voorbeeld te geven van een gebeeldhouwde zin?
A
Ja
B
Nee

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Video

Deze slide heeft geen instructies

In 20 seconden weet de spreker zijn enthousiasme over te brengen.
Wat zegt hij over het boek?

Slide 33 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies