3GR week 49

3GR week 49
Trojaanse oorlog: wat ging er vooraf aan de strijd?
-onderzoekje in tweetallen
-delen van bevindingen
-vragen beantwoorden in boek 

Lesdoel: je kunt op nuttige wijze onderzoek verrichten naar een cultuuronderwerp.


1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

3GR week 49
Trojaanse oorlog: wat ging er vooraf aan de strijd?
-onderzoekje in tweetallen
-delen van bevindingen
-vragen beantwoorden in boek 

Lesdoel: je kunt op nuttige wijze onderzoek verrichten naar een cultuuronderwerp.


Slide 1 - Tekstslide

De opdracht: deel 1 
0. Docent deelt klas in in tweetallen (A of B)
1. Zelfstandig: Inloggen op de laptop 

2. Zelfstandig: filmpje A of B bekijken 

3. In tweetallen (AA, BB): samenvatting maken bij het filmpje

Slide 2 - Tekstslide

Switchen van tweetal 
A-B combinaties 

Slide 3 - Tekstslide

De opdracht: deel 2 
4. In tweetallen (AB, AB): Deel de samenvattingen met elkaar 

5. Zelfstandig: Lees de vragen in het boek op p. 2 en 3 

6. In tweetallen (AB, AB): Beantwoord de vragen 

Slide 4 - Tekstslide

Reflectie 
Alles kunnen beantwoorden? 
Werkvorm? 

Slide 5 - Tekstslide

Woensdag 6 december
1. Bespreking Achilles/Odysseus-achtergronden 
2. De datief in al zijn vormen en functies 
3. Oefenen met naamvallen 


Lesdoel: je kunt het gebruik van de datief verklaren
Je kunt de datief herkennen 

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Video

DUS 
1. Wat doet de datief? 
2. Hoe herken je de datief het snelst? 



Lesdoel: je kunt het gebruik van de datief verklaren
Je kunt de datief herkennen 

Slide 9 - Tekstslide

Donderdag 7 december 
1. De datief 
2. Oefening bespreken
3. Proefwerk bespreken 

Lesdoel:
1. Je kunt de datief herkennen 
2. Je kunt m.b.v. PSOLMO een Griekse zin ontleden en vertalen  

Slide 10 - Tekstslide

  De Datief
De datief is de vierde naamval.

Vormen:
nom. ev.       ἡ μαχη              ἡ χωρα               ὁ δεσποτης                   ὁ δουλος           το θηριον           
dat. ev.         τῃ  μαχῃ          τῃ  χωρᾳ             τῳ δεσποτῃ                 τῳ δουλῳ          τῳ θηριῳ

nom mv.        αἱ μαχαι          αἱ χωραι             οἱ δεσποται                  οἱ δουλοι           τα θηρια
dat. mv.        ταις μαχαις    ταις χωραις        τοις δεσποταις          τοις δουλοις      τοις θηριοις

Slide 11 - Tekstslide

De Datief
Gebruik van de datief
1. Als aanvulling (+dat):  χαλεπαίνει τῇ βασιλείᾳ (zij is boos op de koningin) 


Slide 12 - Tekstslide

De Datief
Gebruik van de datief
1. Als aanvulling (+dat):  χαλεπαίνει τῇ βασιλείᾳ (zij is boos op de koningin) 

2. Na voorzetsels: ἐν τῇ οἰκίᾳ (in haar huis)



Slide 13 - Tekstslide

De Datief
Gebruik van de datief
1. Als aanvulling (+dat):  χαλεπαίνει τῇ βασιλείᾳ (zij is boos op de koningin) 

2. Na voorzetsels: ἐν τῇ οἰκίᾳ (in haar huis)

3. De betrokken persoon (ind.obj./MV)  Ἡ βασίλεια αὐτῷ λέγει (De koningin zegt tegen hem)

Slide 14 - Tekstslide

De Datief
Gebruik van de datief
4. Bijwoordelijke bepaling
a. middel: τὸν Πλούτωνα λόγοις αἰτεῖ (Hij vraagt Plouton met woorden)
b. oorzaak: χολῷ βαίνει (uit woede gaat zij...)
c. omstandigheden: δολερᾷ ἐπινοίᾳ λέγει (met listige bedoeling zegt zij)
 

Slide 15 - Tekstslide

De Datief
Gebruik van de datief
4. Bijwoordelijke bepaling
a. middel: τὸν Πλούτωνα λόγοις αἰτεῖ (Hij vraagt Plouton met woorden)
b. oorzaak: χολῷ βαίνει (uit woede gaat zij...)
c. omstandigheden: δολερᾷ ἐπινοίᾳ λέγει (met listige bedoeling zegt zij)
 
5. Bezit:  Τῇ δ’ Ἱππολύτῃ ζώνη ἐστιν. (Hippolyte heeft een gordel, letterlijk: 'voor H. is een gordel')

Slide 16 - Tekstslide

Oefenen met naamvallen 
Lees tekst 9A door en markeer vijf datieven 

Slide 17 - Tekstslide

Oefenen met naamvallen 
Kopietje
Begin met oefening A, laat controleren en dan door met B etc...

Slide 18 - Tekstslide

Vooraf:
1. Waarom waren de Grieken op weg naar Troje? 
2. Hoe hadden zij Odysseus meegekregen? 
3. Hoe hadden zij Achilles' identiteit onthuld en hem ook meegekregen? 
4. Wie was Agamemnon? 

Slide 19 - Tekstslide

De Grieken in Aulis 
Tekst 9A 

Lesdoel: Je kunt Griekse teksten ontleden en vertalen 

Slide 20 - Tekstslide

Reflectie op de toets 
-wat ging het vaakst goed? (PV, OW, LV, woordjes etc...)
-wat ging het minst vaak goed? 
-hoe heb je de toets de vorige keer voorbereid?
-wat ga je de komende keer hetzelfde doen en wat ga je anders doen?
-hoe ga je dit aanpakken en wat/wie heb je daarvoor nodig? 

Slide 21 - Tekstslide