221201 nakijken rekenen met mg

01-12-2022


nakijken   rekenen met mg (Farmaceutisch rekenen H4.5.1) 
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
FARMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

01-12-2022


nakijken   rekenen met mg (Farmaceutisch rekenen H4.5.1) 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In de apotheek moet je vaak dingen omrekenen:

  • grammen naar milligrammen
  • grammen naar milliliters
  •  uit procenten de hoeveelheden milligrammen en milliliters . 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nakijken 
boek farmaceutisch rekenen 4.5.1 vraag 10 t/m 16

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antwoorden 10 t/m15
10. Dat is 1,8 g. Hij krijgt 3 zakjes naproxen van 600 mg per stuk.
11. Dat is 2.100 mg. De sterkte van 1 capsule is 2.100 mg : 6=350 mg antibioticum per capsule.
12. Dat is 450 mg. De sterkte van 1 tablet is 450 mg : 3=150 mg per tablet.
13. b is juist
14. b is juist
15. 2.310 mg

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke vraag wil je graag uitgelegd hebben?

Slide 5 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

10. Een patiënt slikt 1.800 mg naproxen per dag. Vul aan: Dat is … g. Hij krijgt … zakjes naproxen van 600 mg per stuk.
 11. Een patiënt slikt 2,10 g antibioticum per dag. Vul aan: Dat is … mg. Hij slikt 6 maal per dag. Wat is de sterkte van 1 capsule?
12.Een patiënt slikt 0,45 g pijnstiller per dag. Vul aan: Dat is … mg. Hij slikt dit 3 maal per dag. Wat is de sterkte van 1 tablet?
13.Mevrouw De Waal krijgt 200 µg nitroglycerine per minuut toegediend. Welke uitspraken zijn juist?
a.200 µg per minuut is gelijk aan 0,12 g/uur.
b.200 µg is gelijk aan 0,2 mg.
 14.Een patiënt slikt 1 × daags 1 tablet digoxine 62,5 µg. Welke uitspraak is juist?
 a. 62,5 µg is gelijk aan 0,00000625 kg.
b. Per week slikt de patiënt 0,4375 mg.
15.De heer Videler heeft de ziekte van Parkinson. Hij slikt levodopa/carbidopa met een sterkte van 100 mg/10 mg 3 × daags 1 tablet. Hoeveel mg krijgt de heer Videler per week binnen?








Slide 6 - Tekstslide

10. Dat is 1,8 g. Hij krijgt 3 zakjes naproxen van 600 mg per stuk.
11. Dat is 2.100 mg. De sterkte van 1 capsule is 2.100 mg : 6=350 mg antibioticum per capsule.
12. Dat is 450 mg. De sterkte van 1 tablet is 450 mg : 3=150 mg per tablet.
13. b is juist
14. b is juist
15. 2.310 mg
16. 0,0042 gram
omrekenen gram en ml 
5mg/ml => betekent dat in 1ml 5mg gnm zit 
Hoeveel mg zit er in 7 ml?
1ml => 5mg gnm
7ml => 7x5mg=35mg 
OF met een verhoudingstabel

1ml
7ml
5mg
5x7=35mg

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

16. Tretinoïneoplossing voor cutaan gebruik bevat 0,2 mg/ml. Een patiënt wordt één keer per dag met ongeveer 7 ml ingesmeerd. Hoeveel gram tretinoïne krijgt deze patiënt per 3 dagen op zijn huid gesmeerd?

Slide 8 - Open vraag

0.2mg/ml x7ml=1.4mg pk tretinoine
3x1,4ml=4,2mg per 3 dagen 
= 0,0042g
Huiswerk 
boek farmaceutisch rekenen 4.5.1 vraag 17 t/m 22

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


17.Paracetamoldrank bevat 24 mg paracetamol per ml. Arno neemt 3 maal daags 3 ml paracetamoldrank. Hoeveel mg paracetamol krijgt Arno per dag binnen?
18.Paracetamoldrank bevat 24 mg paracetamol per ml. Julian neemt 3 × daags 5 ml. Hoeveel mg paracetamol krijgt Julian per keer en hoeveel mg paracetamol krijgt Julian per 5 dagen binnen?
19.Metoclopramidedrank bevat 1 mg/ml. Kindje Addou krijgt 3 × daags 3 ml.
a.Hoeveel microgram krijgt kindje Addou per keer en per dag binnen?
b.Eén flacon drank bevat 200 ml. Hoeveel hele dagen kan kindje Addou met 1 flacon doen?
20.Marco is vier weken oud. Hij heeft last van een reflux. Hiervoor krijgt hij omeprazol. Marco moet de helft van 1 tablet omeprazol 10-mg toegediend krijgen. Suspendeer één tablet van 10 mg in 15 ml glucose 5 % in een spuit. Hoeveel krijgt Marco van deze suspensie?
21.Boet is vier dagen oud. Hij heeft last van een reflux. Hiervoor krijgt hij omeprazol. Boet moet een vierde van een omeprazol 10 milligramtablet toegediend tekrijgen. Suspendeer 1 tablet van 10 mg in 10 ml glucose 5 % in een spuit. Hoeveel geef je van deze suspensie?
22.Marciano is zes dagen oud. Hij heeft last van een reflux. Hiervoor krijgt hij omeprazol. Marciano moet
 van een omeprazol 10 milligramtablet toegediend krijgen. Suspendeer 1 tablet van 10 mg in 6 ml glucose 5 % in een spuit. Hoeveel krijgt Marciano van deze suspensie?








Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies