Jaja, komende tijd gaan wij alles herhalen en vandaag beginnen we met tijdvak 5 - De tijd van ontdekkers en hervormers
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4
In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Welkom bij tijdvak 5!
Jaja, komende tijd gaan wij alles herhalen en vandaag beginnen we met tijdvak 5 - De tijd van ontdekkers en hervormers
Slide 1 - Tekstslide
1. Over welke tijdsperiode gaat tijdvak 5?
A
1550-1650
B
1500-1600
C
1600-1700
D
1400-1500
Slide 2 - Quizvraag
2. Wat weet je nog over tijdvak 5?
Slide 3 - Woordweb
3. Welk onderwerp komt NIET aan bod in tijdvak 5?
A
Gouden Eeuw
B
Europese Expansie
C
Renaissance
D
De Nederlandse Opstand
Slide 4 - Quizvraag
4. Leg in EIGEN WOORDEN uit waar de Renaissance over ging
Slide 5 - Open vraag
Bekijk deze afbeelding goed
Slide 6 - Tekstslide
5. Welk kenmerkend aspect hoort hierbij? Leg uit waar je dat aan kunt zien.
Slide 7 - Open vraag
6. Voeg hier een afbeelding toe die met Europese Expansie te maken heeft.
Slide 8 - Open vraag
7. Noem 3 kritiekpunten van Maarten Luther op de katholieke kerk
Slide 9 - Open vraag
2. Examenvragen oefenen
Dusssss.... kijken of je tijdvak 5 al voldoende begrijpt om classic examenvragen te beantwoorden! :)
Slide 10 - Tekstslide
Lees bovenstaande vraag door...
Slide 11 - Tekstslide
8. Geef aan: - welke opvatting Luther had over gehoorzaamheid aan de overheid en - welke opvatting Calvijn hierover had en - wat dit betekende voor de Opstand.
Slide 12 - Open vraag
Voorbeelden van goede antwoorden:
Volgens Luther kon de vorst het geloof van zijn onderdanen bepalen (en mochten zij zich daartegen niet verzetten) (1p)
Volgens Calvijn mochten onderdanen zich verzetten tegen de godsdienstpolitiek van de vorst (als zij het daar niet mee eens waren) (1p)
Waardoor voor calvinisten de Opstand tegen Filips II werd gelegitimeerd (en voor de aanhangers van Luther niet) (1p)
Slide 13 - Tekstslide
Lees eerst de bron door
Slide 14 - Tekstslide
9. Een bewering: Deze tekst van Paracelsus past bij de overgang tussen de middeleeuwen en de vroegmoderne tijd. - Kies twee voorbeelden uit de tekst om deze bewering te ondersteunen en geef bij elk voorbeeld aan waarin Paracelsus zich aansluit bij de vroegmoderne tijd.
Slide 15 - Open vraag
Voorbeeld van juiste antwoorden:
Uit de tekst blijkt dat Paracelsus kritiek heeft op het al te slaafs navolgen van de beroemde artsen van de oudheid / wijst op het belang van eigen onderzoek naar de werking van de krachten van de natuur (1p)
wat past bij de nieuwe wetenschappelijke benadering van de vroegmoderne tijd (1p)
Uit de tekst blijkt dat Paracelsus de filosofie/astronomie/alchemie van de klassieken de fundamenten van de geneeskunde noemt (1p)
Wat past bij het veranderende mens- en wereldbeeld / de (hernieuwde) oriëntatie op het erfgoed van de oudheid in de Renaissance (1p)
Slide 16 - Tekstslide
10. Welk onderwerp uit tijdvak 5 vond je lastig en levert wellicht problemen op als je het moet bestuderen?