Module 2 markeren, aangepast

1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerplegingMBOStudiejaar 1-4

In deze les zitten 29 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Video

Dit filmpje gaat over een zorgvrager die zijn diagnose te horen heeft gekregen. Hoe is de informatie bij de zorgvrager aangekomen en wat heeft de arts eigenlijk bedoeld?
Wanneer is het juiste moment om met jouw zorgvragers (en familie) het gesprek aan te gaan over de overlijdensfase?
Als dat te laat gebeurd dan slaan mensen dicht "hou je telefoon maar aan" en neemt het verdriet direct over. 
Daarom is deze module ontwikkelt, hoe kan je familie en de zorgvrager eerder helder in laten zien dat de achteruitgang lijkt te versnellen. Ziet iedere zorgvrager wel hetzelfde en wordt dezelfde boodschap gegeven?
 

Slide 3 - Tekstslide

Dit is het pad wat is ontwikkelt om in kaart te brengen hoe het laatste stuk van de zorg verloopt bij de omring.
Eerste vraag: wanneer ben je palliatief.
voorbeeld: Ik ben nu ...jaar en ik krijg de diagnose COPD, ben ik dan palliatief (JA)
Dus de palliatieve fase kan heel lang duren, soms wel een heel leven lang. Echter behandel je niet iedereen hetzelfde die palliatief is. 
Ik laat dit zien en ga dan door naar de volgende sheet om later dit pad verder uit te leggen.

Slide 4 - Tekstslide

Terug naar het voorbeeld "ik heb copd"
Wat ga je doen met mij als patient?
- Ziekte behandelen, COPD zo klein mogelijk houden, ook al kan je niet genezen het betekent niet dat je de COPD niet gaat behandelen.
Naarmate ik ouder word ga je zien dat de ziekte meer ruimte in gaat nemen en ga je meer op de symptomen zitten en dat verschuift steeds verder.  Tot de VOOR de stervensfase je alleen nog symptomen bestrijdt (Benauwdheid, evt morfine voor benauwdheidservaring, maar geen uitgebreide fysio meer voor conditie)
Dat laatste blauwe stuk is een grote achteruitgang waar te nemen. Dit is het punt waarop de zorgvrager kwetsbaarder wordt en dit willen we markeren. Dan is het duidelijk voor de zorgverleners, familie en de zorgvrager helder dat de glijbaan van achteruitgang steeds steiler wordt en er rekening moet worden gehouden dat de resterende tijd verkort is.
Hoe die steilheid verloopt is in de volgende sheets uitgelegd. het verloop verschilt per ziekte.
Het kan ook opeens (denk aan de collum#)

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Terug naar het zorgpad.
De zorgvrager zit al een tijd in de palliatieve fase, maar komt nu meer in het blauwe gedeelte (symptoombestrijding)
Maar dat is lastig communiceren met de familie (uw vader/moeder zit in het blauwe deel...ehhh)
Dus we willen dit onder woorden brengen en we hebben gekozen om dit "markeren van de kwetsbaarheid" te noemen.
Iemand wordt gemarkeerd als uit de RAI een chess score komt van 2 of meer EN de surprise question wordt beantwoordt met "nee" door de zorg EN de arts.
De arts is doorslaggevend


Slide 9 - Tekstslide

De Chess score is onderdeel van de RAI (dit is het programma waarin verpleegkundigen en EVV scorelijsten kunnen bijhouden)
Dit is niet het zorgdossier, dat heet ONS maar is er wel een onderdeel van.
De RAI berekend aan de hand van de scorelijsten die zijn ingevuld hoe hoog de CHESS score is. 
Als deze hoger is dan 2 dan is de vpk of de EVV verplicht om de suprise vraag te stellen 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

De surprise question is niets meer dan handen en voeten geven aan het onderbuik gevoel en de chess score. 
Iemand gaat achteruit, maar hoe hard gaat dit? 
Het 12 maanden stuk is alleen bedoeld als richtlijn, iemand kan veel sneller overlijden maar ook langer leven. 
Als een zorgvrager voldoet aan minimaal 2 criteria die er staan kan je er vanuit gaan dat iemand in het blauwe stuk van de palliatieve zorg zit (symptoombestrijding) en zelfs al richting stervensfase gaat.
Alleen waar je dit normaal alleen dacht en voelde heb je nu een tool waarmee je het onder woorden kan brengen naar de arts.

Samenvatting
-Iemand heeft een onderbuikgevoel dat de zorgvrager achteruitgaat
-De VPK of EVV moet aan de hand van  dit onderbuik gevoel gaan kijken naar de chess score
-Is deze hoger dan 2 --> surprise question
-Beantwoord de VPK/EVV de surprise question met Nee en de Arts OOK:
Markeren 

Voordeel?

Slide 12 - Tekstslide

Vaak wordt er met het onderbuik gevoel niets gedaan totdat het overduidelijk is dat de zorgvrager gaat overlijden. Hierdoor is het tijdspad waarin de familie en de zorgvrager kan wennen aan het idee en hier gesprekken over kan voeren veel kleiner.
Ander voordeel: de symptomen van achteruitgang zijn makkelijker te delen met de arts, hierdoor wordt de communicatie makkelijker.

De helpende/ig/woonassistent zien de zorgvrager vaak, door dit systeem wordt hun onderbuikgevoel altijd serieus genomen en wordt het sneller gesignaleerd./

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gemarkeerd en dan?
-Zorgplan blijft hetzelfde
-Palliatieve zorg wordt extra aangemaakt
Wensen en behoeften worden gerapporteerd

Slide 15 - Tekstslide

In het stuk palliatieve zorg in ONS wordt een tabblad palliatieve zorg geopend. 
Hierin worden de afspraken die met de zorgvrager en familie zijn gemaakt vastgelegd.
Doordat het zo vroeg wordt ingezet zijn de gesprekken minder beladen dan als iemand al in de stervensfase zit en het afscheid al dichtbij komt.
Nu kunnen wensen goed in kaart gebracht worden.
Welke wensen en/of behoeften kan jij noemen?

Slide 16 - Tekstslide

Wat zijn bijzondere wensen die je hebt gehoord.
Zijn er ook wensen die je te laat hebt gehoord

BV iemand die  binnen 24 uur moet worden begraven, de schouwarts komt tot 23.00. Zou je dan een andere keuze maken?
Of 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Even de stappen herhalen...

Wanneer weet je nou wanneer de stervensfase in beeld gaat komen?
(dit vergt namelijk weer een nieuwe markering en een wijziging in het beleid maar dit komt in module 4)

De achteruitgang gaat steeds steiler verlopen, om dit in kaart te brengen wordt er een signaleringsgrafiek gemaakt. 

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

De signaleringsgrafiek:

Van alle gemarkeerde zorgvragers wordt bij ieder bewonersoverleg in samenspraak een cijfer gegeven
0= gezond
10=overleden.
Hoe slecht gaat het op dit moment met iemand?  Hier ga je over in gesprek,
Het is niet de bedoeling om hier een heel zorgplan over te schrijven, wel een paar steekwoorden waarom iemand slechter gaat (bv slechte intake, veel op bed, angst)
De grafiek geeft aan hoe de achteruitgang gaat en wanneer de zorgvrager richting stervensfase gaat.

IEDERE gemarkeerde zorgvrager krijgt een cijfer. Dit is ook weer om goed te communiceren met familie en zorgvrager. 
Uw moeder is van een 6 naar een 9 gegaan in 2 maanden, het gaat nu echt hard achteruit. Dit zorgt ervoor dat niet de ene zorgverlener die net binnen was toen de zorgvrager zich goed voelde een ander beeld schets dan de zorgvrager die ;s nachts binnen kwam en de zorgvrager verward en angstig was.
kortom : momentopnames tellen niet zo hard meer mee in het algemene beeld.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Casus George



George verhuisde in April naar het woonzorgcentrum Zonnehuis, na het overlijden van zijn vrouw.
Hij was een redelijk gezonde man die korte afstanden met rollator kon lopen, door toenemende cognitieve problemen bij de diagnose Alzheimer was het zelfstandig wonen niet meer verantwoord.
Hij was vriendelijk en behulpzaam maar mist zijn vrouw erg en zijn vertrouwde omgeving, was veel opzoek naar haar en wilde steeds naar huis.
 










Slide 25 - Tekstslide

Palliatief?

Ziektebestrijding, symptoom bestrijding?

Medio Mei klaagde George over benauwdheid, en had pijn op de borst.
Hij werd voor onderzoek naar het ziekenhuis gebracht waar bleek dat hij een klein Hartinfarct had gehad.
Hij bleef een week in het ziekenhuis voor behandeling en keerde begin Juni weer terug in het woonzorgcentrum. George was sneller vermoeid en kwam zijn kamer minder vaak uit, hij moest geactiveerd worden om mee te doen met de dagbesteding.

Slide 26 - Tekstslide

Welke Chess score zou je geven?

Is dit reden voor jou om de surprise question te beantwoorden?

Tijdens de zomer maanden (juni/juli) viel het op dat George snel kortademig was bij inspanning, ook zijn eetlust nam wat af.
Het lopen ging steeds moeizamer en was al enkele malen gevallen.
Tijdens de bewonersvakantie in augustus leek alles George te veel, hij was snel moe en lusteloos en had een gebrek aan eetlust
Op een nacht begin September is George in zijn slaap overleden

Slide 27 - Tekstslide

Als je gemarkeerd zou hebben, wat is het voordeel?


Als george niet gemarkeerd zou zijn, wat kan hem dan qua zorg onthouden zijn?

Wat voor meerwaarde zou markeren kunnen hebben voor hem?
Voor de familie?

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vragen?
Volgende module:
Symptoombestrijding

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies