01 THEMA BACK TO SCHOOL: THEORIE REKENVAARDIGHEID SCHAAL
REKENVAARDIGHEID - SCHAAL
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
PAVMiddelbare schoolvmboLeerjaar 3,4
In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 150 min
Onderdelen in deze les
REKENVAARDIGHEID - SCHAAL
Slide 1 - Tekstslide
DOELSTELLINGEN
FUNCTIONELE TAALVAARDIGHEID
Kijk- en luistervaardigheid: de leerlingen kunnen informatief luisteren
FUNCTIONELE REKENVAARDIGHEID
De leerlingen kunnen schaal functioneel gebruiken
Slide 2 - Tekstslide
Eerst het metriekstelsel herhalen
schaal = rekenen met lengte maten
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Video
Een handig ezelsbruggetje
Kan Het Dametje Met De Centimeter Meten?
OF.....
Slide 5 - Tekstslide
En nu door naar het rekenen met schaal.
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Video
Even op een rijtje
eenheden gelijk = in cm!
altijd een verhoudingstabel
antwoord in juiste eenheid
Slide 8 - Tekstslide
De theorie even op een rijtje:
1. Definitie: De schaal duidt de verhouding aan tussen de getekende en de werkelijke maat.
2. Schaalaanduiding:
door verhouding: 1 : 200 of 1 / 200 de afmetingen op plan, tekening, kaart… zijn 200 maal kleiner dan de werkelijke afmetingen. 5 : 1 of 5 / 1 de afmetingen op tekening zijn 5 maal groter dan in werkelijkheid.
door schaallijn: 0 2 4 6 8 km Elk stukje van de schaallijn meet 2 cm en komt overeen met een werkelijke afstand van 2 km. Op kaart, plan … komt 1 cm overeen met 1 km.
Slide 9 - Tekstslide
door gelijkheid: 1 cm = 5 km 1 cm op kaart, plan, tekening… komt overeen met 5 km in werkelijkheid.
3. Werkelijke afmeting bepalen:
Formule: Werkelijke afstand = schaal x afstand kaart, plan, tekening…
4. Afmeting op plan bepalen
Formule: Afstand tekening = afstand werkelijkheid
schaal
5. Schaal bepalen
Werkwijze:
Ø afstand werkelijkheid en afstand plan in dezelfde eenheid herleiden
Ø beide afstanden schrijven in verhouding
Ø verhouding vereenvoudigen (kleinste afstand wordt 1)
Ø schaal afronden
Slide 10 - Tekstslide
6. Een figuur op schaal tekenen
Werkwijze:
Ø werkelijke afstanden bepalen
Ø schaal bepalen
Ø werkelijke afstanden delen door schaal + herleiden
Ø figuur tekenen (waar nodig passer gebruiken)
Zie ook INSTRUCTIEKAART SCHAAL. Waar vind je deze kaart terug?
Een breukschaal kan je zowel noteren als bijvoorbeeld 1:200 of 1/200. Hoe lees je een breukschaal af?
Slide 12 - Open vraag
Van dit schaalmodel bestaat ook een echt model. Het schaalmodel is 15 cm lang en de echte auto is 3 m lang.
Slide 13 - Tekstslide
Het schaalmodel is 15 cm lang en de echte auto is 3 m lang. Wat is de schaal van het model? 1 : ....
Slide 14 - Open vraag
De schaal van een tekening is 1/200. Op de tekening is de hoogte van het huis 4 cm. Hoe groot is het huis in werkelijkheid?
A
8 m
B
4 m
C
8000 cm
D
800 mm
Slide 15 - Quizvraag
Op een kaart met schaal 1/250 ligt punt A 11,2 cm van punt B. Hoeveel is de werkelijke afstand in meter?
Slide 16 - Open vraag
Punt A ligt op een kaart 7,8 cm van punt B. De schaal op deze kaart is 1/2500. Hoeveel km liggen A en B werkelijk uit elkaar?
Slide 17 - Open vraag
Puurs en Herselt liggen in het echt 75 km uit elkaar. We zoeken deze gemeenten op een kaart met schaal 1/5 000. Hoeveel cm liggen ze dan uit elkaar?
Slide 18 - Open vraag
Een vlieg wordt onder een microscoop gelegd. We bekijken haar poten. Deze zijn nu 4 cm. De schaal van de microscoop is ingesteld op 8/1. Hoe lang in mm is de poot in het echt?