Spelling les 3 th5 gr8

• Spelling
• Basisschool
• Groep 8

Spelling

Schrijf de verleden tijd hij-vorm op.
Vertellen
Benoemen

Schrijf het voltooid deelwoord op.
Hij heeft ... (benoemen)
Hij heeft ...... (vertellen)

Doel bespreken

We kunnen het voltooid deelwoord schrijven van werkwoorden die beginnen met een voorvoegsel.

Er komt geen voorvoegsel voor een voorvoegsel.

Hij heeft verteld en niet hij heeft geverteld.

Typ het eerste woord.

Typ het tweede woord.

Typ het derde woord.

Typ het vierde woord.

Typ het vijfde woord.

Typ het zesde woord.

Typ het zevende woord.

Typ het achtste woord.