Burgers en stoommachines

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Omschrijf het begrip 'Industriële Revolutie'.

Slide 3 - Open vraag

In welk land begon de Industriële Revolutie?
A
Frankrijk
B
Duitsland
C
Amerika
D
Engeland

Slide 4 - Quizvraag

Een stoommachine zet andere machines in beweging.
A
waar
B
niet waar

Slide 5 - Quizvraag

Slide 6 - Tekstslide

Met welk begrip uit de leertekst heeft de afbeelding te maken?

Slide 7 - Open vraag

Waar lag het eerste treintraject in Nederland?
A
Amsterdam - Den Haag
B
Amsterdam - Utrecht
C
Amsterdam - Rotterdam
D
Amsterdam - Haarlem

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Tekstslide

Wat was de eerste sociale wet in Nederland?
A
Leerplichtwet
B
Woningwet
C
Werkloosheidswet
D
Kinderwet van Van Houten

Slide 10 - Quizvraag

Omschrijf het begrip 'sociale kwestie'.

Slide 11 - Open vraag

Wie zegt: 'Om genoeg geld te verdienen moet mijn hele gezin werken'.
A
Een arbeider.
B
Een fabrieksdirecteur.
C
Een minister.
D
Een rijke burger.

Slide 12 - Quizvraag

Wie zegt: 'Er moet zoveel mogelijk winst gemaakt worden'.
A
Een arbeider.
B
Een fabrieksdirecteur.
C
Een minister.
D
Een rijke burger.

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Tekstslide

Welk gevolg van de Industriële Revolutie is te zien?

Slide 15 - Open vraag

Slide 16 - Tekstslide

Thorbecke was een ... .
A
socialist
B
katholiek
C
protestant
D
liberaal

Slide 17 - Quizvraag

Welke 2 zinnen passen bij
de grondwet van 1848?
De koning verbood opstanden in Europa.
De rechten van de koning worden uitgebreid.
De rijke burgers mochten voortaan stemmen.
De macht van de koning verschoof naar het parlement.
Nederland werd een republiek.

Slide 18 - Sleepvraag

Mensen die strijden voor gelijke rechten voor mannen en vrouwen.
A
liberalen
B
feministen
C
katholieken
D
protestanten

Slide 19 - Quizvraag

Bij liberalen past het woord 'gelijkheid'.
A
waar
B
niet waar

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Tekstslide

Wat is de naam van deze Nederlandse feministe?

Slide 22 - Open vraag

Slide 23 - Tekstslide