Beschouwing 3: middenstuk

Welkom

Ga lekker zitten.
Pak alvast je leesboek, pen en schrift..
                                                    Nederlands havo4
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welkom

Ga lekker zitten.
Pak alvast je leesboek, pen en schrift..
                                                    Nederlands havo4

Slide 1 - Tekstslide

timer
15:00

Slide 2 - Tekstslide

Beschouwing
  • Ik weet wat een beschouwing is,  hoe een middenstuk is opgebouwd en ik kan deze theorie toepassen.

  • Ik kan reflecteren op mijn toetsresultaat.



Slide 3 - Tekstslide

Opdracht
H9: 9.1.3 in je online planning
  • Maak aantekeningen van de theorie (in je schrift)
timer
10:00

Slide 4 - Tekstslide

Beschouwing
  • Opiniëren: lezer vormt zelf mening
  • Hoofdgedachte: 'de meningen lopen uiteen...'
  • Tekststructuren: 
        - verklaringsstructuur
        - voor- en nadelenstructuur
        - probleem-oplossingsstructuur  (Inleiding: probleem. Kern: gevolgen, oorzaken, mogelijke oplossingen)

Slide 5 - Tekstslide

Beschouwing
  • Beschouwingen oefenen: 
       - 1x voor- en nadelenstructuur
       - 1x probleem- /oplossingsstructuur, 
       - (naar keuze nog een keer extra)
  • Op basis van (aangeleverde) bronnen
  • In de les, stukje voor stukje
  • Feedback in groepjes, verbeteren, beste versie inleveren voor feedback docent

Slide 6 - Tekstslide

Schrijfproces
  1. Inhoud genreren en structureren (wat ga je schrijven, in welke volgorde?) --> Bouwplan
  2. Tekst schrijven (focus op inhoud, verbeter pas later)
  3. Tekst verbeteren (r1: inhoud,r2: taalgebruik, r3: spelling)

Slide 7 - Tekstslide

Evaluatie
Welke drie tekststructuren passen bij een beschouwing?
  • verklaringsstructuur
  • voor- en nadelenstructuur
  • probleem-oplossingsstructuur

Slide 8 - Tekstslide

Toets bespreken
Ruim je spullen op, leg je laptop dicht op je tafel. Pak een potlood. 

Tel de punten na. Klopt het niet? Noteer bovenaan met potlood het puntenaantal dat het moet zijn volgens jou. 

Slide 9 - Tekstslide

Opvallendheden
vraag 2b, 4, 9c, 31, 33: antwoord vaak 'onaf': benoem alle/beide elementen bij een overeenkomst of verschil.

  • 2b: Beatrijs, x, middeleeuwen x, dus passend bij elkaar
  • 4: boekdrukkunst = meer boeken = voor meer mensen beschikbaar = meer mensen met kennis
  • 31: jongen x, man x, dus thema y

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Link

Huiswerk
Vrijdag 19 januari:
  • H9, P9.1.3 (zie planning NN)
  • invullen Forms toets

Vrijdag 26 januari:
  • boekopdracht 2 in de les

Slide 12 - Tekstslide