3A_herhaling §3.6+§3.7+§3.8 deel 1_20210128

Herhalingsles
Herhaling van §3.6+§3.7+§3.8-deel 1
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Herhalingsles
Herhaling van §3.6+§3.7+§3.8-deel 1

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Wat is het symbool van...
Jullie krijgen 3 namen te zien en moeten binnen 10 seconden het juiste symbool aangeven

Slide 3 - Tekstslide

Wat is het symbool van:
Wolfraam
A
Wm
B
Wo
C
W
D
Wa

Slide 4 - Quizvraag

Wat is het symbool van:
Kwik
A
Hg
B
K
C
Kw
D
Ha

Slide 5 - Quizvraag

Wat is het symbool van:
Silicium
A
S
B
Si
C
Sc
D
Sm

Slide 6 - Quizvraag

Wat is de naam van...
Jullie krijgen 3 symbolen te zien en moeten binnen 10 seconden de juiste naam aangeven

Slide 7 - Tekstslide

Wat is de naam van:
Ne
A
Stikstof
B
Mangaan
C
Neon
D
Uraan

Slide 8 - Quizvraag

Wat is de naam van:
Au
A
Aurilium
B
Goud
C
Zilver
D
Koper

Slide 9 - Quizvraag

Wat is de naam van:
Na
A
Natrium
B
Stikstof
C
Neon
D
Mangaan

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Wat is de formule voor:
Ammoniak
A
NH2
B
NH3
C
N2H3
D
N3H3

Slide 20 - Quizvraag

Wat is de formule voor:
butaan
A
C3H8
B
C5H12
C
C4H10
D
CH4

Slide 21 - Quizvraag

Geef de chemische notatie van:
5 moleculen koolstofdioxide
A
5 koolstofdioxide
B
5 CO2
C
5 CO
D
C5O5

Slide 22 - Quizvraag

Geef de chemische notatie van:
een mengsel van 6 moleculen ammoniak en 2 moleculen salpeterzuur
A
6 NH2 + 2 HNO3
B
6 NH3 + HNO2
C
6 NH3 + 2 HNO3
D
Weet ik niet

Slide 23 - Quizvraag

Maak de volgende reactievergelijking kloppend:
.... NaCl (s) --> ....Na (s) + .... Cl2 (g)
A
2 NaCl (s) --> 2 Na (s) + 2 Cl2 (g)
B
2 NaCl (s) --> 2 Na (s) + Cl2 (g)
C
NaCl (s) --> 2 Na (s) + Cl2 (g)
D
2 NaCl (s) --> Na (s) + Cl2 (g)

Slide 24 - Quizvraag

Maak de volgende reactievergelijking kloppend:
.... H2 (g) + .... Cl2 (g) --> .... HCl (g)
A
H2 (g) + Cl2 (g) --> 2 HCl (g)
B
2 H2 (g) + Cl2 (g) --> 2 HCl (g)
C
H2 (g) + 2 Cl2 (g) --> 2 HCl (g)
D
2 H2 (g) + 2 Cl2 (g) --> 2 HCl (g)

Slide 25 - Quizvraag

Slide 26 - Tekstslide